Uit de Hollandse School
Nu Feyenoord terug is op aarde, weggetikt in de Champions League, achterop geraakt als nummer vijf van de eredivisie, gaat het in Nederland weer tussen PSV en Ajax. Vooralsnog staat AZ op de tweede plaats achter PSV; lofwaardig, met een veelbelovende lichting uit de eigen jeugdopleiding als hart van het elftal. Maar Ajax heeft de aanval ingezet op PSV, zowel in de competitie als in de strijd om nieuwe talenten uit de Hollandse School.
Niet langer vertrouwt Ajax blind op de traditionele doorstroming vanuit het opleidingscentrum De Toekomst. Nog altijd stonden er zondag drie spelers uit eigen aanwas in het veld: Veltman, De Ligt en Kluivert junior. Model voor de aangepaste strategie staat Frenkie de Jong, een blonde knaap van 20 jaar uit het polderland net boven Maas en Waal. Bij de overtuigende 3-0 overwinning op een onthutsend zwak PSV verscheen hij zondag pas voor de zevende keer aan de aftrap van een eredivisiewedstrijd. Vanuit de defensielijn steeds opschuivend en oprukkend groeide De Jong uit tot ‘Man of the Match’. Hij zorgde voor de gewenste versnellingen, variaties en openingen. Als een reïncarnatie van Arie Haan op het WK van 1974. ,,Een betere versie van Beckenbauer”, zei Arie Haan er zelf over. Hij klonk bloedserieus.
Frenkie de Jong leerde het vak niét op De Toekomst. Tien jaar lang doorliep hij de jeugdopleiding van Willem II. Precies twee jaar geleden was de middenvelder het beu dat trainer Jurgen Streppel hem stelselmatig negeerde in Tilburg. Als 18-jarige had hij nog geen halve wedstrijd mee mogen spelen in de eredivisie, uitgesmeerd over twee invalbeurtjes. Frenkie de Jong trok daarom zelf maar aan de bel, bij Ajax. Een half jaar eerder al had de Amsterdamse club hem gecontracteerd, ‘voor enkele peanuts’ slechts. Na een kleine anderhalf jaar met Jong Ajax in de eerste divisie, steelt De Jong dit seizoen de harten van het kritische publiek in de Arena. In Amsterdam zijn ze hun lieveling Nouri op dramatische wijze kwijtgeraakt, maar Frenkie de Jong maakt weer wat goed met zijn speelse flair, zijn jongensachtige uitstraling en een voornaam die het in zich heeft geliefkoosd te worden.
BANDÉ EN SCHUURS
De doorbraak van De Jong doet het traditioneel hooghartige Ajax inzien dat er ook buiten de Randstad en de altijd zo gekoesterde jeugdopleiding talenten kunnen opgroeien. Dat kwam vorige week tot uitdrukking in nieuwe stappen. Nog voordat er op de winterse transfermarkt gewinkeld kan worden, contracteerde Ajax alvast twee jonge spelers die elders tot bloei komen. Na de kleine 10 miljoen euro voor Hassane Bandé waarmee KV Mechelen werd verblijd, haalde de Amsterdamse club nog enkele miljoenen van de bank voor Perr Schuurs, een verdediger die op zijn zeventiende al aanvoerder werd bij het dit seizoen sterk presterende Fortuna Sittard.
In beide gevallen troefde Ajax hiermee het eveneens geïnteresseerde PSV af. Eerder was dat met Frenkie de Jong ook al het geval geweest. De club lijkt zo voor te sorteren op een mogelijk vertrek van spelers als de Duitse international Amin Younes in 2018 en de in eigen kring opgegroeide talenten Matthijs de Ligt en Justin Kluivert van wie de contracten in 2019 aflopen. Het uitblijven van tijdige verversing ontlokte al veel kritiek binnen de achterban, vooral omdat op de balans van Ajax NV een eigen vermogen van 160 miljoen staat genoteerd, waarvan 62 miljoen in liquide middelen. Het beleid lijkt bijgesteld na het vertrek in de zomer van oud-speler Theo van Duivenbode als commissaris technische zaken. Hij wilde nogal eens op de rem trappen bij de transfer-voorstellen van manager spelerszaken Marc Overmars, ook omdat de duurste aankoop, de 20-jarige Braziliaan David Neres, vorig seizoen onder Peter Bosz maar sporadisch kon overtuigen.
PSV
Anders dan Ajax gaat PSV te werk. Om de haverklap wordt op de website van de Eindhovense club een nieuw talent gepresenteerd, steeds in de categorie tussen 16 en 18 jaar, meestal uit het buitenland, uit landen als Noorwegen, Denemarken, Italië of Brazilië. De doorstroming naar het eerste elftal stagneert tot nu toe echter in veel gevallen. Bejubelde beloftes als de Belgische jeugdinternational Dante Rigo, de IJslander Albert Gudmundsson, de Braziliaan Mauro Junior, de Deen Nikolai Laursen, de Zweed Ramon Lundqvist en de Nederlander Sam Lammers komen in de eredivisie nauwelijks aan bod. Ze moeten zich tevreden stellen met speeltijd in Jong PSV, dat een niveautje lager in de eerste divisie uitkomt. In het eerste elftal zijn doelman Jeroen Zoet, middenvelder Jorrit Hendrix en (af en toe) aanvaller Steven Bergwijn de enige spelers die de jeugdopleiding van PSV doorliepen.
Voor rechtstreekse versterking van het eerste elftal doet PSV liever zaken in Latijns Amerika. Daarbij snijdt het mes aan twee kanten. WK-gangers als Hirving Lozano (Mexico), Gastón Pereiro (Uruguay) en Santiago Arias (Colombia) dragen niet alleen bij aan het koploperschap van PSV. De Eindhovense club speculeert ook op de aantrekkingskracht van het WK als het trio volgend jaar in Rusland in de etalage staat. In de traditie van Romário en Ronaldo (de Braziliaanse versie) zien veel Zuid-Amerikanen PSV als een ideale springplank voor een grotere Europese carrière. Ook de clubs handelen daarnaar. Zo heeft het Mexicaanse CF Pachuca afgelopen zomer een substantieel doorverkooppercentage bedongen bij de volgende transfer van Lozano ná PSV.
LOZANO
Het ziet er naar uit dat Lozano hooguit twee jaar bij de Philips-club zal blijven. In Nederland is hij topscorer van de eredivisie, met twee goals maakte hij indruk in de interland tegen België en de marketingmachine rondom de 22-jarige Mexicaan draait al op volle toeren. Mexicaanse, maar ook Spaanse media pakken veelvuldig uit met ‘nieuws’ over Lozano, bijvoorbeeld vorige week nog toen hij mocht vertellen zo graag samen met Messi bij Barcelona te spelen. In eigen land wordt hij al vergeleken met Hugo Sánchez. De Mexicaan is tot zo’n kijkcijferkanon uitgegroeid dat de Latijns-Amerikaanse tak van tv-zender ESPN alle eredivisiewedstrijden van PSV uitzendt en voor de topper tegen Ajax een driekoppige tv-ploeg een week lang in Nederland stationeerde.
Voor zijn opvolging winkelt PSV alwéér in Zuid-Amerika. De 18-jarige Argentijn Maximiliano Romero, die in 36 wedstrijden voor Vélez Sarsfield negen keer scoorde, is het volgende doelwit. Romero, zijn club en zijn zaakwaarnemers waren het al eens met VfB Stuttgart, totdat de club uit de Mercedes-stad zich overboden zag. PSV was daartoe in staat omdat het, net als afgelopen zomer bij de komst van Lozano, Romero’s huidige club laat meedelen bij de volgende transfer. ,,Over twee jaar is deze Romero meer dan 30 miljoen euro waard. Compliment voor PSV”, reageerde Stuttgart-directeur Michael Reschke op het afketsen van de transfer. Veelbetekenend.
Het aantrekken van Romero illustreert de sterk veranderde financiële situatie van PSV. Zes jaar geleden kon het slechts dankzij een gronddeal van 48 miljoen met de gemeente Eindhoven voor financiële ondergang worden behoed. Sindsdien verdiende PSV vele tientallen miljoenen in de Champions League en aan de transfers van onder anderen Wijnaldum, Lens, Depay en Pröpper naar Engeland. Genoeg geld, om actief te gaan handelen in Latijns Amerika waar PSV inmiddels naam maakt als een interessant handelshuis. Een Europese afzetbasis in de mondiale voetbalbusiness.
HENK MEES
@hmees
7 reacties
Pingback: website for psychologist
Pingback: oxazepam 5 mg
Pingback: buy packman disposable
Pingback: tải sunwin
Pingback: do not trust
Pingback: บุหรี่นอกราคาถูก
Pingback: unieke reizen