donderdag, maart 28

Een voorstel voor tweede klasse (1B)

Pinterest LinkedIn Tumblr +

De Pro League moet morgen beslissen over de afloop van de competitie. Na Standard oppert nu ook Racing Genk om het seizoen 2019-’20 ongeldig te verklaren en geen kampioen aan te wijzen. Als die 29 speeldagen niets waard waren, moeten de clubs de tv-zenders en hun abonnees hun geld teruggeven. Ze hebben er immers niets voor in ruil gekregen.

Hoe kan je met enig fatsoen zoiets voorstellen? En wie wordt er beter van? Of denken ze in Waterschei dat de kampioen van vorig jaar dan aan de Champions’ League mag deelnemen? Een ploeg die zevende staat in de rangschikking.

We mogen hopen dat de overgrote meerderheid van de clubs niet meegaat in die onzin. Club Brugge is de verdiende kampioen en er is maar één logische oplossing voor 1A: 18 clubs en geen play-offs. Een format voor één seizoen, nadien moet in gunstigere omstandigheden rustig bekeken worden hoe het in de zomer van 2021 verder moet.

Dat geldt ook voor 1B. Een probleemgeval sinds de geboorte en dat er nooit ernstig werk van is gemaakt door de Pro League, kan alleen als schuldig verzuim omschreven worden.

Om een probleem op te lossen, moet je het om te beginnen benoemen. Het is tweede klasse en niet 1B. En de zorgen zijn groter dan ooit: tweede klasse telt op dit moment immers slechts zeven clubs: Westerlo, Union, Lommel en vier nieuwkomers Deinze, RWDM, Seraing en Lierse Kempenzonen. Onvoldoende om zelfs de stuitende huidige formule te behouden. Gelukkig zit zelfs de werkgroep van de Pro League op die lijn.

Mijn voorstel is er vijf ploegen van spelers U23 aan toe te voegen. U23 en geen U21 omdat deze volgens kenners als Gert Verheyen niet sterk genoeg zijn. Welke vijf ploegen? De vijf die voor Europees voetbal geplaatst zijn en zo een geweldig cadeau krijgen. In ruil stoppen ze 15 procent van hun Europese inkomsten in een solidariteitsfonds.

Dat geld wordt gelijkmatig verdeeld over alle andere profclubs. Ook al zijn bijna al die clubs in handen van schatrijke (veelal buitenlandse) eigenaars. Als de politiek straks een streep trekt door de fiscale voordelen blijven alleen zij over die echt enige interesse hebben in ons voetbal en zij mogen van de solidariteit profiteren. Hoe dan ook, voor de clubs uit tweede klasse zullen het interessante extra inkomsten zijn.

Hoe zou de volgende jaargang van tweede klasse er kunnen uitzien? Ideaal zal het zeker niet zijn, maar à la guerre comme à la guerre. Zeven teams plus vijf B-elftallen. Om een sportief verloop te garanderen (de B-ploegen mogen de competitie niet vervalsen door de ene keer met een sterk en een andere keer met een zwakker team aan te treden) kan gekeken worden naar de regelgeving in Nederland, Spanje, Frankrijk en Duitsland, waar B-elftallen al jaren in het profvoetbal meedraaien.

De twaalf spelen een reguliere competitie bestaande uit 22 speeldagen. Het laagst geëindigde A-elftal kan degraderen (als er een club is die uit Eerste amateurs kan en wil stijgen) en speelt in tweede instantie heen en terug met de jongerenteams van de grote jongens. Een eindronde die helaas om niets gaat.

De zes beste A-teams beginnen met het behoud van de punten aan een eindronde van tien wedstrijden. En de ploeg met de meeste punten wordt zowaar kampioen en mag promoveren. Alles samen 32 speeldagen. Niet te veel maar ook niet te weinig.

Nogmaals, geen droomformule, maar er moet alles aan gedaan worden om tweede klasse in leven te houden. Sommigen dromen van één afdeling met profclubs, maar dat is het slechtste wat ons voetbal kan overkomen. Een tweede klasse met profvoetbal is een absolute noodzaak. Anders is degradatie uit de topklasse (een verplichting van Uefa) en een verwijzing naar de amateurs een nog dramatischer lot dan nu. Met alle gevolgen van dien.

Voor welke format er in 2021 ook geopteerd wordt, promoveren uit tweede klasse moet gemakkelijker worden. Minstens twee clubs moeten kunnen stijgen en het tv-geld moet de hoogte in. Dat kan door het Europese solidariteitsfonds te laten bestaan en dat geld aan de tweedeklassers te geven.

Share.

About Author

François Colin (1948) was achtereenvolgens rubriekleider voetbal en chef-sport van Het Nieuwsblad en senior writer van De Standaard. Na zijn pensioen in 2014 was hij tot 2021 columnist van SportVoetbalmagazine. Hij bracht verslag uit van twee Olympische Spelen, tien EK's en negen WK's voetbal en was aanwezig bij ruim driehonderd interlands van de Rode Duivels. Hij is auteur of co-auteur van een vijftiental boeken over de mooiste sport op aarde.

4 reacties

  1. Pingback: Translate

  2. Pingback: 250 sho yamaha

  3. Pingback: faw99 สล็อต

  4. Pingback: agent frigorific

Leave A Reply