maandag, december 2

Een rode kaart voor de scheidsrechters (en de VAR)

Pinterest LinkedIn Tumblr +

In deze columns heb ik in het verleden vaak de verdediging voor de scheidsrechters, en bij uitbreiding de VAR, op mij genomen. De achterliggende reden was voor mij altijd dat een scheids- of lijnrechter evenveel recht heeft op het maken van fouten als om het even welke speler en/of trainer tijdens een wedstrijd. Toch liggen de refs het vaakst in de vuurlijn, omdat ze de zwakste schakel zijn in het hele voetbalgebeuren. Ze kunnen zich zelden of nooit verdedigen, tenzij af en toe door de communicatieve stoethaspel aka Frank De Bleeckere. En die maakt een feit meestal nog erger dan het lijkt. Zoals hij ook dit weekeinde over de VAR sprak.

Telkens als ik iets over die scheidsrechters schreef, kreeg ik onmiddellijk reactie. Lik op stuk? Neen, volgens mij niet echt, want het waren haast altijd reacties van clubsupporters. Let op, ik schrijf club wel degelijk met een kleine c, want het geldt voor alle clubs. Supporters van een ploeg kijken haast per definitie met een gekleurde bril naar een wedstrijd. Daarvoor zijn het supporters. En dat respecteer ik absoluut, want een ploeg drijft op zijn achterban. Ook al lijken sommige ploegen dat wel eens te vergeten, of op zijn minst te verwaarlozen. Maar ik probeer – voor zover dat überhaupt mogelijk is – zo objectief mogelijk naar een wedstrijd te kijken en daar dan mijn conclusies bij te trekken.

Daarom zal ik de scheidsrechters blijven verdedigen telkens als dit nodig mocht blijken. Maar niet blindelings. En zeker niet om mijn gelijk te halen als het zelfs voor mij duidelijk is dat ik geen gelijk heb. Het tv-programma Extra Time bewijst week na week hoe moeilijk het is om dat gelijk door alle analisten aan de tafel te laten delen. Die specialisten – want dat moeten ze toch zijn – hebben soms diametraal tegenovergestelde meningen over één en dezelfde actie.

Dit gezegd zijnde gaan we over tot de orde van de dag. En dan kunnen we niet anders dan besluiten dat enkele scheidsrechters het dit weekeinde wel heel bont hebben gemaakt. Op verschillende velden. Het was gewoon niet goed. Meer zelfs, het was vaak archislecht en kon bij momenten eigenlijk niet door de beugel. Het duidelijkste voorbeeld was wel duidelijk het geval Abakar Sylla. Zelfs de meest geharde Clubsupporter zal moeten toegeven dat a. de fout op Joseph Paintsil absoluut niet kan en bloedrood is en b. er heel wat werk nodig is om van hem een faire speler te maken die het verschil ziet tussen een bal en een deur. Het deeltje b. is iets wat ze binnen de club zullen moeten oplossen, maar had niet gehoeven als Lawrence Visser had gedaan wat hij moest doen. Onmiddellijk optreden en rood trekken, want dit was echt niet iets wat hij niet kon zien. Daarbovenop komt dat het gebeurde voor de ogen van de vierde scheidsrechter Wim Smet. Hij had altijd zijn collega moeten corrigeren, maar hij wil hem niet afvallen en doet het niet. Geen idee, waarom hij niet ingrijpt of waarom die twee niet overleg plegen. Lawrence Visser is de nummer één in ons land en Wim Smet heeft bakken ervaring in eerste klasse. En dan moet je er nog aan toevoegen dat de VAR zogezegd niet aan alle criteria voldeed om in te grijpen. Deze uitleg is belachelijk en onbegrijpelijk.
Als dit de nieuwe richtlijnen zijn voor de tweede helft van de competitie, dan kunnen we ons elke week doodergeren. En dan lijkt het misschien ook maar normaal dat onze Belgische referees Europees niet aan de bak komen. Want het moet echt wel beter dan wat we dit weekend op onze velden hebben gezien, dus niet enkel in Genk. Want ook in de wedstrijd Anderlecht-Union was de leiding op zijn zachtst gezegd zeer matig. En dan heb ik niet over het rood voor Moussa N’Daye.

Tot slot, het is echt tijd dat de baas van de scheidsrechters Herbert Fandel zijn dirigeerstokje bovenhaalt en de scheidsrechters naar een beter, dus hoger niveau dirigeert.

Share.

About Author

Paul Catteeuw (1956) bekijkt voetbal vanuit de tribune achter het doel. Hij houdt zo de vinger aan de pols voor wat naast de zijlijn gebeurt en probeert om er dwars doorheen te kijken. Soms vol nostalgie, soms vol verwondering, maar meestal met een vleugje ironie.

Leave A Reply