dinsdag, april 23

Dood op het voetbalveld

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Op een voetbalveld in ’s-Heerenberg, weggestopt in Oost-Nederland, leunend tegen de grens met Duitsland, bleef zaterdagmorgen een keeper van 13 jaar roerloos liggen na een ogenschijnlijk onschuldige botsing. De scheidsrechter had geen overtreding geconstateerd,  de doelman schreeuwde niet, er was geen bloed te zien. Hij ademde niet, de hartslag was weggevallen. De ambulance was snel ter plaatse, maar elke reddingspoging bleek tevergeefs. Binnen enkele uren werd bekend dat Tijmen was overleden, zo ernstig waren zijn hersens beschadigd.

De dood op het voetbalveld bleef onbesproken in de voetbaltalkshows van het weekeinde. De KNVB liet weten ‘diep geraakt’ te zijn. In de meeste kranten beperkte de aandacht voor de treurige gebeurtenis zich tot een droog bericht.

Was het gerechtvaardigd dat dit drama in ’s-Heerenberg, gelegen in de streek die de naam De Achterhoek draagt, in de Nederlandse media zo weinig losmaakte? Een dodelijk ongeval op het voetbalveld is toch wel heel uitzonderlijk. Het hersenletsel bevestigt bovendien hoe belangrijk is het om nog nadrukkelijker te onderzoeken of keepers niet beter een helm kunnen dragen, à la Petr Cech.

KEEPERS

Bijna zeventig jaar geleden was het dat in Nederland, voor zover bekend, voor het laatst een voetballer overleed aan de gevolgen van fysiek contact. Waarschijnlijk niet toevallig betrof het destijds ook een keeper, op Tweede Kerstdag 1949. Doelman Verhoeven van het Bredase Antonius werd getroffen door een trap van een aanvaller van het Tilburgse Zigo. Justitie  besloot tot vervolging van de aanvaller. De rechtbank veroordeelde de voetballer in december 1950 tot twee maanden celstraf. Drie maanden later volgde vrijspraak. Het Gerechtshof waagde zich nog niet aan een oordeel over ruw spel.

Van de elf bekende overlijdensgevallen in Nederland na fysiek contact op het voetbalveld waren in vijf gevallen keepers het slachtoffer. Al die fatale duels dateren van lang geleden, het eerste deed zich al voor in 1901. Gelukkig hebben de voortschrijdende medische wetenschap én de strengere spelregels het aantal dodelijke ongevallen op het veld gaandeweg aanzienlijk afgeremd. Maar verwondingen aan het hoofd blijven een zorg voor de medici.

HELMPLICHT

Tot een generieke helmplicht voor keepers wil de KNVB nog niet overgaan, anders dan bijvoorbeeld bij amateurclub Unitas in Gorinchem waar alle keepers tot 13 jaar al een helm moeten dragen.  Na het overlijdensgeval in ’s-Heerenberg deed de Hersenstichting een oproep daartoe. ,,We zien bij kinderen een grote kans op hersenschade na een botsing. Vandaar dat wij vinden dat keepers verplicht een helm moeten dragen. Bij kinderen zijn jonge hersenen nog in ontwikkeling. Hun hersenen zijn daardoor extra kwetsbaar voor klappen op het hoofd”, aldus Lumien van der Meer van de Hersenstichting.

In een reactie op de oproep liet de KNVB weten te vrezen voor ruwere duels wanneer keepers een helm dragen. De bond is nog niet overtuigd van het nut. ,,Als een voetballer een helm op doet, dan is gebleken dat hij denkt dat hij een duel harder aan kan gaan. Je hebt dus meer bescherming aan de ene kant, maar misschien introduceer je wel meer schade aan de andere kant. Bovendien ontstaat hersenschade door een draaibeweging in de nek. Een helm voorkomt dat niet”, verklaarde Edwin Goedhart, manager sportgeneeskunde bij de Nederlandse voetbalbond.

AMRABAT OP WK

Voorkomen is nog altijd beter dan genezen is de les als we zien hoe voetballers én artsen in de jacht om punten én geld ongewenste risico’s blijven nemen. Op het WK in Rusland moest Nordin Amrabat (Marokko) in de wedstrijd tegen Iran uitvallen met een hersenschudding. Hij liet zich pas vervangen nadat hij nadrukkelijk was behandeld en zelfs nog even had meegespeeld. Om hem te testen stelde de bondsarts vijf vragen aan Amrabat. Hij kon er maar één beantwoorden, maar mocht toch terug het veld in.

Het gedoe aan de zijlijn met Amrabat kwam de Marokkaanse voetbalbond op een reprimande van de FIFA te staan, tot ongenoegen van bondsarts Abderrazak Hefti.  ,,De FIFA verwijt ons dat we de speler alleen water in zijn gezicht hebben gespoten. Maar dat was niet het werk van de medische staf, maar van een andere speler, omdat Nordin veel zand in zijn gezicht had. Mijn assistent heeft hem inderdaad wat klapjes in zijn gezicht gegeven. Maar het waren slechts zachte tikjes. De speler wilde zelf namelijk doorspelen. Dat had inderdaad niet moeten gebeuren.”

Vijf dagen later al speelde Nordin Amrabat niettemin weer vrolijk mee tegen Portugal, aanvankelijk met een helm op; vijftien minuten slechts, omdat hij dat te warm vond. Bondsarts Hefti had zijn meespelen verantwoord gevonden, maar greep niet in toen de helm afging. ,,In eerste instantie vertelde ik de speler om af te zien van spelen, maar daarna was het oké”, verdedigde de bondsarts het meespelen, zonder uit te leggen wie allemaal druk op hem had uit geoefend. De FIFPro, de internationale spelersvakbond, reageerde woedend. ‘Opnieuw een voorbeeld van hoe spelers door foutief handelen in riskante situaties terecht komen.’

VAN DER VAART

Het voorval met Amrabat illustreert hoezeer artsen onder druk kunnen staan bij de beoordeling van hersenletsel. In de loop der jaren is de aandacht voor hersenschuddingen aanzienlijk toegenomen. In 2003 moest Edwin Goedhart als clubarts van Ajax nog accepteren dat coach en speler hun wil doordrukten. Zo herinnert Goedhart zich hoe toenmalig Ajax-middenvelder Rafael van der Vaart destijds na het oplopen van een hoofdblessure tegen Roda JC in de rust twee keer binnen een halve minuut aan hem vroeg wat de stand was. Vier dagen later al wachtte de belangrijke returnwedstrijd tegen AC Milan in de kwartfinale van de Champions League. ,,Ik voelde aan alles dat hij die wedstrijd niet kon spelen. Maar hij wilde graag en de coach wilde het ook. Als clubarts had ik niets om op terug te vallen”, zei Goedhart in maart in De Volkskrant.

De hersenschudding had uiteindelijk geen schadelijke gevolgen voor Van der Vaart. Anders verging het Rianne Schorel, die tien jaar geleden vlak voor haar debuut in het Nederlands vrouwenvoetbalelftal stond. Nadat ze een bal vol in haar gezicht had gekregen, zag ze weliswaar even ‘sterretjes’, maar ze speelde door, zo vertelde in De Volkskrant. ,,Na de wedstrijd voelde ze zich geen moment meer normaal: Alles stuiterde. Op trainingen zag ik opeens de ballen op me afvliegen. Mijn oren suisden.’ Artsen zeiden dat ze gewoon kon blijven voetballen, haar coach ‘nam het allemaal niet echt serieus’. De problemen bleven. Een half jaar later stopte ze noodgedwongen met voetballen.

Twitter: @hmees

 

 

Share.

About Author

Henk Mees (1948) was 25 jaar actief in de sportverslaggeving voor het Brabants Dagblad met als standplaats 's-Hertogenbosch. In die periode was hij twintig jaar lang vaste verslaggever van Oranje voor regionale krantencombinaties en deed hij ook verslag van Europa Cup-wedstrijden van Ajax, Feyenoord, PSV en AZ. Ook was Henk Mees actief op de EK's en WK-toernooien in de periode 1984-2000. Daarnaast versloeg hij twee keer de Tour de France (1980 en 1981), andere grote wielerwedstrijden en de Olympische Spelen van 2000 in Sydney, waarna hij verder ging in andere functies bij het Brabants Dagblad. Henk Mees schreef of werkte mee aan diverse voetbalboeken, onder meer over de geschiedenis van het Nederlands elftal en diverse Nederlandse clubs.

Leave A Reply