Stelling: Er moet nog meer elektronica ingezet worden om voetbal eerlijk te maken!
Wordt voetbal eerlijker door het gebruik van méér elektronische hulpmiddelen? Is er nog ruimte voor menselijke interpretatie? Lees de werkelijk geweldige inzichten van Frank en Peter!
Frank (tegen de stelling):
De regelneven van de FIFA hadden er goed aan gedaan om eerst hun licht op te steken bij het rugby waar ze al twintig jaar zonder al te veel gedoe gebruikmaken van de TMO (television match official). Daar kent men al dat gehannes niet met B-scheidsrechters, die ergens ver weggestopt in een hokje eindeloos beeldje voor beeldje onder een vergrootglas
leggen. Ook de heren voetballers kunnen het nodige leren van hun collega’s met de bloemkooloren: veel minder gezeur, gezuig en gezeik, wat een verademing zou dat zijn!
Maar laten we het over de stelling hebben: het is typerend of juist wrang dat onder de rook van een van ‘s werelds grootste elektronicaconcerns eens te meer het bewijs werd geleverd dat de inzet van deze techniek het spelletje echt niet eerlijker maakt en al helemaal niet verlost van oeverloze discussies. Vraag 1000 mensen of de dubieuze bal tijdens PSV-Ajax over de zijlijn was en 998 roepen ‘uit’, behalve die ene blinde die net de andere kant op keek en Marc Overmars die pikante appjes aan het componeren was. Maar in Zeist werd anders beslist want na een half uur klikken, pielen en slepen met lijntjes en pixeltjes gaf de computer een alarmerende piep, waarschijnlijk vanwege één vuiltje op het leer dat net de
lijn schampte.
Wijze mannen avant la lettre – de omes Chris Jansen en Harie Heltzel en Ben ‘one of the guys’ Meuwissen – peperden ons vroeger één ding in: de scheidsrechter heeft altijd gelijk, ook als hij ongelijk heeft. Mogen we alsjeblieft terug naar de tijd waar we met dit soort wijs- en waarheden als een koe de Midden-Limburgse weiden in werden gestuurd. Zo lieten wij het balletje het werk doen, schoten op goal zodra het kon en zaten er altijd kort op. Van een
punt naar voren of naar achteren hadden we nog nooit gehoord, laat staan van achteruit opbouwen, knijpen of ‘hoog’ staan. En kantelen gebeurde hoofdzakelijk na de wedstrijd.
High tech-snufjes waren er niet, daarvoor moest je naar Hees op Schilbergerstraat of naar Heythuysen op de Houtstraat, maar dan wel met medeneming van anderhalf maandsalaris voor een kleurentelevisie of wasautomaat. Op het veld wilde Arno Catta nog wel eens voor een technisch hoogstandje zorgen, maar daar bleef het wel bij.
Ook scheidsrechters floten gewoon op eigen kracht en waren alleen onthand als zij het kersenpitje uit hun fluit bliezen. Met vereende krachten werd die dan weer snel gezocht, gevonden en teruggepropt. Van enig ander ellenlang arbitraal oponthoud was geen sprake,
want beslissingen werden in de spreekwoordelijke split-second genomen. Bij een doelpunt kon er uitbundig gejuicht worden zodra de scheids naar de middenstip wees. Slechts zelden werd dit teruggedraaid, maar dan moest de partijdige grensrechter – de twaalfde
man en slot op de verdediging – met wel héél sterke argumenten op de proppen komen.
Wij hoefden geen Buienradar te raadplegen om erachter te komen of het regende, dat was allemaal niet nodig en welbeschouwd nu nog steeds niet. Dus nee, zeker niet nog meer sensoren en camera’s op en rond het veld. Laat de menselijke maat terugkeren en heb vertrouwen in de mannen – of vrouwen – in het zwart. En anders is er altijd nog
onze good old kosmos die uiteindelijk alles in het gareel trekt.
Peter (vóór de stelling):
Het heeft even geduurd, maar uiteindelijk heeft de elektronica ook in het voetbal zijn intrede gedaan. Doellijntechnologie en de VAR zijn middelen waarmee geprobeerd wordt het voetbal eerlijker te maken. Het duel tussen PSV en Ajax maakte pijnlijk duidelijk dat het menselijk oog geen betrouwbare raadgever is. Met een elektronisch oog op de zijlijn was er geen discussie geweest.
Er zijn mensen die niets moeten hebben van al die nieuwe techniek. Zij roepen dat het vroeger allemaal beter was. Is dat geen valse romantiek? Vooral in de medische wereld heeft de toepassing van elektronica veel goeds gebracht. Pacemaker en defibrillator, slaapapneu-apparaat (wel oppassen met die van Philips), MRI en AED zijn apparaten die we te danken hebben aan de ontwikkeling van de elektronica. Sommige van deze apparaten zijn levensreddend, andere hebben ervoor gezorgd dat aandoeningen tijdig ontdekt worden of beter behandeld kunnen worden.
Ook in het dagelijks leven heeft de moderne elektronica ons veel nuttige apparaten opgeleverd. Een favoriet van mij is de vaatwasser. Wat was dat vroeger een ellende: smerig, lauwwarm water en sjóttelsplak. Bah! Een andere favoriet is het navigatiesysteem. Ik zie
me weer – jaren geleden op weg naar een vakantieadres in Oostenrijk of Italië – op de parkeerplaats van een onooglijke Raststätte staan, met de ANWB-routekaarten ontvouwd op de motorkap. Toentertijd moest je vrouw als navigator fungeren, tegenwoordig
wijst een andere vrouwenstem je deweg en dat leidt tot heel wat minder stress in de auto.
Toepassing van elektronica biedt grote voordelen, maar laat ons ervoor waken dat de menselijke inbreng niet helemaal verdrongen wordt door elektronische apparatuur. Net als velen word ik er ook doodziek van als ik een instantie bel en dan aan een spraakcomputer
mijn vraag moet voorleggen. Nadat deze al zijn menu’s heeft afgewerkt, heb je vaak nog geen antwoord op de vraag. Zo moet het dus niet!
Mits goed ingezet, is elektronica in het voetbal een prima hulpmiddel. Over doellijntechnologie bestaat geen discussie meer en zijlijntechnologie kan een volgende stap zijn. Het inzetten van de VAR is echter een beetje uit de hand gelopen. De VAR is ingevoerd
om grote missers van de scheidsrechter te corrigeren. In de praktijk legt de VAR nu vaak het spel stil omdat men de een of andere futiliteit heeft vastgesteld. Geen speler op het veld of toeschouwer in het stadion die hierop zit te wachten. Neem een voorbeeld aan het navigatiesysteem: dat adviseert toch ook geen andere route als je een verkeersdrempel tegenkomt?!