zondag, december 22

De tegenpool van Mourinho

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Hoe dichterbij de finale van de Champions League komt voor Ajax, hoe groter de status van trainer Erik ten Hag. Een jaar geleden nog maar werd hij, vooral in Amsterdam, minachtend beschimpt als een ‘provinciaal boertje’. Nu wordt hij geroemd als een fenomeen, als de architect die individuele kwaliteit en mentale kracht zo succesvol verbindt bij Ajax. Zijn hoekige praten, schor en met een oostelijk accent, is omgeslagen tot cult.

Nu wordt zijn nuchterheid, te midden van de gebruikelijke Amsterdamse opwinding, als een kwaliteit beschouwd. Ten Hag laat zich niet snel verleiden tot grootspraak. Hij trapt liever bijtijds op de rem, zoals dinsdag in de euforie van Londen na de 1-0 zege bij Tottenham Hotspur. ,,Na de rust zijn we vergeten te voetballen. Als we de finale willen bereiken, zal het volgende week veel beter moeten”, sprak Erik ten Hag, sober en realistisch. Als de tegenpool van José Mourinho  – zowel in zijn filosofie van het voetbal, als in zijn gedrag als coach.   

Trots mocht Ten Hag ook best zijn. Want Ajax etaleerde in het gloednieuwe paleis van de Spurs méér dan het inmiddels tot handelsmerk uitgegroeide ragfijne combinatiespel in hoog tempo. Ajax liet óók zien hoezeer het onder Ten Hag aan karakter heeft gewonnen, aan weerbaarheid, aan concentratievermogen. Spurs bleek dan weliswaar in staat Ajax na de rust onder druk te zetten, maar serieus gevaar liep de schrale voorsprong uit het eerste kwartier feitelijk geen moment.

De wijze waarop Ajax overeind bleef tegen Spurs tekende de groei in volwassenheid en fysieke kracht. De return zal de bevestiging daarvan moeten brengen, volgende woensdag als Christian Eriksen zijn passes misschien wel kwijt kan aan de dinsdag geschorste Son en Dele Alli zich dan minder geïsoleerd hoeft te voelen. Daarom wil Ten Hag zeker niet te vroeg juichen, ook al kan zelfs uitschakeling geen afbreuk meer doen aan de waardering voor hem én voor Ajax in dit seizoen.  

ZESTIEN MAANDEN

Erik ten Hag (49) heeft veel tegenwind moeten trotseren in de zestien maanden dat hij in Amsterdam aan het roer staat. Ook na het ontslag van zijn voorganger Marcel Keizer moest Ajax nog steeds de pijn verwerken van het drama rond de in coma geraakte Abdelhak Nouri. De smacht naar de landstitel kon Ten Hag nog niet verdrijven.

Opvallend, van groot belang wellicht, was zijn beslissing in april 2018 om Matthijs de Ligt op zijn achttiende al tot aanvoerder te benoemen. Een opvallende ingreep die verbazing en kritiek losmaakte, in de media en in de kleedkamer. Wat Ten Hag daarmee beoogde, zag hij terug op het veld. Ook de andere talentvolle jongeren beseften dat nu ook op hun verantwoordelijkheidsgevoel een beroep werd gedaan.

SCHOUDERS, HART EN HERSENEN

Bij de volgende stap om Ajax verder te kunnen brengen, kreeg Ten Hag hulp van de clubleiding. Jaren achtereen vertrouwde de Amsterdamse club voornamelijk op de eigen aanwas. Met het binnenhalen van de routiniers Dusan Tadic en Daley Blind, en eerder al de Argentijnse vechtjas Tagliafico, kreeg Ajax schouders, hart en hersenen. Ruim 50 miljoen euro vergden de investeringen in de spelersgroep van dit seizoen. Nieuwelingen als Hassane Bandé (KV Mechelen) en Perr Schuurs (Fortuna Sittard), bij elkaar voor meer dan 10 miljoen aangetrokken, hebben nog altijd het eerste elftal niet gehaald. Daarentegen is de komst van Tadic en Blind meer dan waardevol gebleken.

Als speler hadden beiden bij hun komst al veel meer bereikt dan Erik ten Hag, die nooit verder is gekomen  dan de middenmoot van de Eredivisie.  Met hun ervaringen konden ze Ten Hag ervan overtuigen dat het elftal andere impulsen nodig had dan hij ze in zijn halsstarrigheid vaak meegaf. Zo kwam er dan toch plaats vrij voor Donny van de Beek, zo kregen ook de snelle dribbels van David Neres rendement.

ALFRED SCHREUDER

Erik ten Hag wordt vaak als eigenwijs afgeschilderd, maar hij toonde zich heus wel bevattelijk voor de adviezen. Belangrijk in dat opzicht is ook assistent-coach Alfred Schreuder, ook zo’n ‘wijze uit het oosten’, net als Ten Hag en oud-speler Marc Overmars die in de clubleiding verantwoordelijk is voor het transferbeleid. Eerder had Schreuder als secondant veel inbreng in de verrassende landstitel van FC Twente in 2010, een wapenfeit dat eeuwig de trots zal blijven strelen van de Engelse ex-bondscoach Steve McClaren. Later speelde Schreuder een belangrijke rol in de ontwikkeling van TSG Hoffenheim onder leiding van Julian Nagelsmann.

Nu Nagelsmann na dit seizoen naar RB Leipzig verhuist, wordt Schreuder zijn opvolger bij Hoffenheim. Zijn vertrek betekent een forse aderlating voor Ajax, én voor Ten Hag. Het zal hem moeite genoeg kosten om Ajax op niveau te houden als binnenkort na Frenkie de Jong ook anderen voor een kapitaalkrachtiger club gaan kiezen.

Ten Hag kan daarbij blijven vertrouwen op de filosofie waarmee hij zich steeds wapent. Schimpscheuten in de media en tegenslag op het veld neemt hij voor lief. ,,Wat tegen zit, leg ik direct naast me neer. Ik richt me alleen op zaken die ik kan beïnvloeden”, is zijn uitgangspunt.  Het is een van de vele wijsheden die hij tot zich nam door steeds weer studie te maken van de vele aspecten die aan het trainersvak verbonden zijn; van tactiek tot psychologie, van management tot medische kennis.

Als trainer kan Ten Hag bogen op ervaringen bij zowel topclubs als middenmoters. Tien jaar geleden was hij als assistent van Fred Rutten werkzaam bij PSV. Onder hem ontwikkelden Memphis Depay, Jürgen Locadia en Georginio Wijnaldum zich tot betere spelers. Bij Bayern München trainde hij twee jaar het tweede elftal, maar stak hij het meeste op door Pep Guardiola van nabij te volgen. Prestatiedruk beantwoordde Ten Hag bij Go Ahead Eagles en FC Utrecht. De club uit Deventer loodste hij de Eredivisie binnen, het altijd onrustige FC Utrecht maakte hij stabiel.

Erik ten Hag doet het op zijn manier, met de beginselen die hem zijn bijgebracht in Haaksbergen, net onder Enschede, dichtbij de grens met Duitsland. Daar groeide hij op in een gezin met een vader die een groot makelaarsbedrijf bezit en een moeder die als verpleegster werkte. Daar in Twente zijn ze wars van grootspraak en praalzucht. Daar worden Mourinho’s ook niet gepruimd.

TWITTER: @hmees

Share.

About Author

Henk Mees (1948) was 25 jaar actief in de sportverslaggeving voor het Brabants Dagblad met als standplaats 's-Hertogenbosch. In die periode was hij twintig jaar lang vaste verslaggever van Oranje voor regionale krantencombinaties en deed hij ook verslag van Europa Cup-wedstrijden van Ajax, Feyenoord, PSV en AZ. Ook was Henk Mees actief op de EK's en WK-toernooien in de periode 1984-2000. Daarnaast versloeg hij twee keer de Tour de France (1980 en 1981), andere grote wielerwedstrijden en de Olympische Spelen van 2000 in Sydney, waarna hij verder ging in andere functies bij het Brabants Dagblad. Henk Mees schreef of werkte mee aan diverse voetbalboeken, onder meer over de geschiedenis van het Nederlands elftal en diverse Nederlandse clubs.