zondag, oktober 13

De onvoltooide voetbalrevolutie van de Magische Magyaren 1950-1956 (6)

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Deze maand herdenkt Europa de vijfenzestigste verjaardag van de Hongaarse Opstand tegen de bezettende Sovjet-Unie (van 23 oktober tot 10 november 1956). Het was tevens een strijd voor vrijheid, sociale rechtvaardigheid en democratie en tegen de stalinistische dictatuur. Duizenden burgers sneuvelden tevergeefs en meer dan 200.000 Hongaren vluchtten naar West-Europa. De Hongaarse nationale ploeg – bijgenaamd het Gouden Team – voerde met het magische vijftal Puskas-Boszik-Hidegkuti-Czibor-Kocsis het tot dan briljantste voetbal op uit de geschiedenis. En was een bron van hoop én vreugde voor de bevolking. Ze verloor tussen 1950 en 1956 slechts één van zijn vijftig interlands en won er liefst 42, met het spraakmakende doelgemiddelde van 216 goals voor en 50 tegen. De nederlaag leed men net in de wedstrijd die niet mocht worden verloren: de wereldbekerfinale op 4 juli 1954 tegen West-Duitsland (2-3).

In zeven vervolgafleveringen publiceren we het verhaal van ‘de onvoltooide voetbalrevolutie van de Magische Magyaren’.

Aflevering 6: De verloren wereldbekerfinale van 1954 en de neergang van het Gouden Team

Eindelijk was het zover: Le Championnat du monde de football 1954/ Fussballweltmeisterschaft 1954. De Wereldbeker van 1954 in Zwitserland. Hongarije overrompelde Zuid-Korea met 9-0 en kleineerde West-Duitsland met 8-3. Bij 6-1 trapte de Duitse ‘stopper’ Werner Liebrich Ferenc Puskas van het veld. Puskas miste de brutale Battle of Bern tegen de katholieke Brazilianen (4-2), die de scheidsrechter het scheldwoord communista naar het hoofd slingerden en de verblindende halve finale tegen uittredende wereldkampioen Uruguay (4-2). Kocsis werd tot topschutter én uitblinker van het toernooi uitgeroepen.

 

Hoempapakapel en modderbrij verstoren feest

Op de dag van de finale stak Murphy’s Law zijn weerbarstige hoofd op. Een Zwitserse hoempapakapel verstoorde tijdens een feest voor het Hongaarse hotel de nachtrust van de selectie. De spelersbus strandde voor het stadion tussen de drommen toeschouwers en de politie koelde haar domme woede op de kale kop van de protesterende coach Sebes. Op de tribunes trommelden duizenden Duitsers elkaar weg. Het veld was één modderbrij, zodat de Magische Magyaren hun creatieve balwisselingen niet konden doorvoeren. De kunstmatig opgelapte Puskas scoorde snel, maar zakte daarna volledig door het ijs. West-Duitsland boog met floddergoals en betonvoetbal een 2-0 achterstand om in 2-3 winst. Nochtans spraken de wedstrijdstatistieken boekdelen. West-Duitsland filterde drie goals uit acht doelpogingen; Hongarije twee uit vijfentwintig! De gelijkmakende 3-3 van Puskas werd volstrekt ten onrechte niet goedgekeurd.

Het Gouden Team bleef achter zonder de ultieme bekroning.

 

Introverte Kocsis versus opdringerige Puskas

 Tussen 15 mei 1950 en 18 februari 1956 werd in vijftig interlands enkel de wereldbekerfinale van 1954 verloren: 216 goals voor, 50 tegen, 42 zeges. De Hongaren dweilden met fabuleuze infiltraties de vloer aan met de wereldtop: Uruguay (4-2, wereldkampioen 1950); Brazilië (4-2, nummer 2 in 1950); historische winst tegen Engeland op Wembley (6-3) én in Boedapest (7-1); 6-0 tegen Zweden in halve finale Olympische Spelen (nummer 3 in 1950 en Olympisch kampioen in 1948); 0-3 in Rome tegen Italië; 1-5 in Praag en 5-0 in Boedapest tegen Tsjecho-Slowakije; 6-1 tegen het nieuwe Oostenrijkse Wunderteam van Happel en Hannapi; 8-3 tegen West-Duitsland in Bazel, tijdens de eerste ronde van het WK in Zwitserland.

Ferenc Puskas was de mediaster van The Golden Squad en zonder twijfel de volmaaktste voetballer. Sandor Kocsis leidde de Hongaarse doelpuntendans (WK-topschutter met 11 goals) als het ‘gouden hoofd’ van het ‘gouden team’. Kocsis dreef de doelpuntenproductie als vanzelfsprekend op, tot 75 goals in 68 interlands. Hij voer blind op Ferenc Puskas (84 goals in 83 interlands), het duo viel niet af te stoppen. Toch boterde het op persoonlijk vlak niet tussen beiden. De introverte Kocsis leed onder de opdringerige aanwezigheid van de altijd de belangstelling opzoekende Puskas. Tussen de teamgenoten bij Honved Boedapest heerste wrevel en rancune. Kocsis ging gebukt onder een minderwaardigheidscomplex. Dat schudde hij pas af tijdens het WK van 1954, nà de blessure van Puskas. Hij scoorde de ene goal na de andere, elf in totaal. Met glimmende prestaties tegen Brazilië (4-2) en Uruguay (4-2) in kwart- en halve finale. Totaal onaangekondigd keerde Puskas weer in de finale. Kocsis voelde zich onvoldoende gesteund door bondscoach Sebes en zonk die namiddag volgens Andrew Handler ‘letterlijk en figuurlijk weg in de zompige, moerassige grasmat in Bern’.

 

Hidegkuti, het Hongaarse hoogbegaafde voetbalbrein

Binnen het magische vijfkant Puskas-Kocsis-Boszik-Czibor-Hidegkuti was de laatste het eigenlijke brein van het team, de strateeg achter het systeem. Hongarije haalde zijn hoogste rendement als coach Szebes uiteindelijk de juiste positie van de lange man van MTK uittekende. Aanvankelijk deed Hidegkuti wat Szebes hem opdroeg en koerste op alle mogelijke plaatsen de gaten in het elftal dicht. Na de teleurstellende eerste match tegen Roemenië (2-1) op de Olympische Spelen van 1952 paste de puzzel in elkaar. Hidegkuti werd van dan af diepe spits, met zijn rug naar het doel. Hij kaatste de harde maar afgemeten voorzetten door de centrale as van Boszik loepzuiver naar de opkomende tandems Puskas-Czibor en Kocsis-Budai. Als de vijandige defensie muurvast zat, zakte hij af naar het middenveld en lokte zijn bewaker mee. Dat opende ruimte voor Puskas en Kocsis.

Hidegkuti’s optreden vloekte met dat van de typische stormende midvoor. Hij was hyperintelligent, dacht steeds enkele zetten vooruit en rukte verdedigingen uit verband zonder fysiek geweld. Het passenspel, niets dan het passenspel. Hidegkuti leerde voetballen bij Vörös dat de principes van het vooroorlogse MTK vasthield. De vrijzinnig-joodse vereniging voerde de vrijheid hoog in het vaandel: ook op het veld. Ze ontwierp de combinatie elegantie-intellect. Techniek, beheersing en inzicht. Zou Hidegkuti de kundigste beoefenaar zijn geweest van deze stijl?

In Engeland – Hongarije bracht hij Wembley tot zwijgen en overtrof zichzelf met drie doelpunten en een dubbele assist. Hij was de architect van The Game of the Century, die in het voetbal van dat ogenblik zoveel meer waarde had dan de wereldtitel.

  

 Verloor Hongarije door Puskas de finale?

 Later schreef hij in zijn memoires zijn onverbloemde visie neer over de verloren wereldtitel. Hij stelde zich de retorische vraag die op de lippen van elke Hongaar brandde: waarom hebben we verloren? Hij hief een beschuldigende vinger in de richting van de beste voetballer: Ferenc Puskas. Hidegkuti betreurde de terugkeer van de meester in de finale. Als gevolg van zijn blessure in de kwalificatiematch tegen West-Duitsland (8-3) miste hij zowel kwart- als halve finale tegen Brazilië en Uruguay. Hidegkuti verkoos het elftal van de sensationele partij tegen uittredend wereldkampioen Uruguay boven de passage van een half geblesseerde Puskas. Volgens hem deed de positie van Öcsi zijn team de das om. Hij twijfelde openlijk aan diens fitheid en noemde hem niet klaar voor een wereldbekerfinale. Om onbegrijpelijke redenen haalde Sebes het elftal uit balans, plaatste Toth op de linkerflank en verbande Czibor naar de rechtervleugel. Volgens Budai, Kocsics en Hidegkuti was Puskas niet paraat om aan te treden: ‘we speelden met tien’.

Sebes had nog een ongelukkige ingreep: hij nodigde de spelersvrouwen uit maar verbood contact. Zes spelers smeerden hem de nacht voor de finale en arriveerden pas ’s ochtends in het hotel. Hidegkuti getuigt hoe de twijfel in de rangen sloop. Ondanks de gewonnen halve finale heerste er voor het eerst onvrede want op het einde van de match gaven de Hongaren een 2-0 voorsprong uit handen. Czibor verwees later naar de slechte sfeer in de bus naar het stadion. Hysterie dreigde, iedereen schreeuwde maar er heerste geen blijdschap. De angst was tastbaar.

 

Controversiële Czibor (de gek) in de clinch met Puskas

Zoltan Czibor (1929-1997) liep nochtans over van zelfvertrouwen. Hij scoorde na acht minuten het tweede doelpunt in de wereldbekerfinale. De getalenteerde linksbuiten liet zich door niets of niemand aan banden leggen of in een keurslijf dwingen. Hij wordt beschouwd als meest briljante en onvoorspelbare van het Gouden Team. Czibor gedroeg zich als een wandelend orakel, met een spottende stijl. Wist hij zelf wat hij met de bal zou uitspoken? Hij legde zich zelden neer bij de opvattingen van coach Sebes, discussieerde langdurig en dreef met kwetsende opmerkingen ook medespelers in de hoek. Czibor hield van de ongenuanceerde mening en bestookte alle vormen van de autoriteit en greep elke kans tot controverse aan. Andrew Handler beschreef hem in zijn boek From Goals to Guns: ‘He had a talent for making stormy waves in a peaceful ocean. A man of Bohemian lifestyle, he transformed himself into an avid theatergoer and a friend of actors. Like Puskas, Czibor showed neither patience with, nor respect for, the representatives of authority.’

Czibor dreef niet alleen zijn tegenstanders tot wanhoop maar ook met Puskas was de verwantschap broos en breekbaar. Ze vormden een niet af te stoppen tandem op de linkerflank. Puskas doopte zijn dribbelende collega om tot ‘Bolond’ (de gek). Czibor schroefde de tegenstelling met Öczi huizenhoog op. Hij wierp zich op als uitgesproken criticus van de leider van het elftal. Op het veld slingerden ze elkaar nare verwensingen naar het hoofd. Czibor schudde de meest oogverblindende bewegingen uit de mouw maar werd door waarnemers ook beschouwd als ‘een ontwrichtend element’. Zijn aangeboren neiging tot weerspannigheid bezorgde hem een onophoudelijke stroom problemen. Vanzelfsprekend verafschuwde hij het stalinisme. Czibor verdedigde de liberale democratie.

Uitgerekend hij tikte op 23 september 1956 het enige doelpunt tegen de netten in…Moskou, drie minuten voor tijd (0-1). De Sovjet-Unie verloor van Hongarije. Was dit de sportieve prelude tot de Hongaarse opstand? Twee jaar na de verloren wereldbekerfinale was het land afgegleden en heerste onrust en twijfel. De mooie tijden in de aanloop naar de zomer van 1954 waren intussen een vage herinnering geworden.

Wereldvoetbalzomers – Wereldvoetbalzomers van België 1920 tot Brazilië 1970 | Raf Willems

Share.

About Author

Raf Willems (1960) noemt zichzelf voetbalschrijver met een boekenkast. Hij is uitgever en auteur van meer dan 40 boeken over ‘voetbal met een knipoog naar geschiedenis & samenleving’ en schreef voor het Nederlandse weekblad Voetbal International (1995-2000), de krant NRC Handelsblad (2001-2006) en de website Stichting meer dan Voetbal (2008-20014). Sinds 2014 Initiatiefnemer van voetbaldenktank & onlineplatform De Witte Duivel.

8 reacties

  1. Pingback: ซื้อหวยออนไลน์

  2. Pingback: oregon mushroom law

  3. Pingback: บอลยูโร 2024

  4. Pingback: see this

  5. Pingback: tải sunwin sunwinclubsc

  6. Pingback: fuck boy 2024

  7. Pingback: https://stealthex.io

  8. Pingback: lost mary vapes

Leave A Reply