zaterdag, april 20

Titel 34 is voor rugnummer 34

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Nog anderhalve maand, dan is het twee jaar geleden dat de voetbalcarrière van Abdelhak Nouri een naargeestig einde kreeg. Een hartstilstand bracht hem in een staat van laag bewustzijn, net 20 jaar was hij toen. Alleen vrienden en familie hebben sindsdien zijn glimlach nog mogen zien. ,,Vorige week woensdag was ik bij Appie. Hij lachte een beetje toen ik vertelde dat Ajax kampioen was geworden. Ik zag dat hij wilde reageren…  Nu weet ik zeker dat zijn droom is uitgekomen”, vertelde Nordin, een jeugdvriend van jongs af aan, op de zender NPO Radio 1.

In de harten van Ajax leeft Abdelhak Nouri als voetballer onverminderd voort. Zijn rugnummer 34 is heilig verklaard. Als idool, geboren en opgegroeid in Amsterdam, lijkt hij eeuwigheid te hebben gekregen. Bij de viering van het landskampioenschap van Ajax, vorige week donderdag voor 100.000 mensen op het Museumplein, kreeg niemand meer applaus dan Abdelhak Nouri. Aan hem werd de titel opgedragen. De spelers droegen shirts met rugnummer 34 en op de mouw danste zijn portret. Op het podium omhelsden Vader Nouri en een broer de kampioensschaal als hun eigen Appie.

Rugnummer 34 en Ajax’ 34ste landstitel zijn voorgoed met elkaar verklonken. ,,Toen Appie bij de selectie kwam kreeg hij aanvankelijk een ander nummer, dat vond ie niet zo leuk. Hij vroeg om nummer 34. Want met dat nummer wilde hij de 34ste titel van Ajax gaan behalen”, vertelde Nordin in het radio-interview over zijn vriend.

DRIE DEBUTANTEN

Op woensdagavond 21 september 2016 kwam de droom van Appie Nouri dichter bij de werkelijkheid. Met hem, Matthijs de Ligt en Frenkie de Jong presenteerde Ajax (onder Peter Bosz nog) die avond in de bekerwedstrijd tegen Willem II (5-0) drie debutanten. Als invaller vanaf de 73se minuut (voor Hakim Ziyech) mocht Nouri in de 89ste minuut aanleggen voor een vrije schop. Beleefd vroeg hij aan Lasse Schöne, de specialist, of hij hem mocht nemen. Met een glanzende trap honoreerde Nouri de vrijgevigheid van Schöne. De 5-0 werd gevierd als een verlossende, winnende goal. De bewondering die Nouri op De Toekomst had geoogst, waaide met één trap over naar de ArenA.

Vijftien wedstrijden speelde Abdelhak Nouri dat seizoen in Ajax-1; in de Eredivisie, in de Europa League, in het bekertoernooi;  vaker al dan Frenkie de Jong (11 keer), minder dan de 23 van de toen al zo volwassen ogende Matthijs de Ligt op zijn zeventiende. De finale van de Europa League, waarin Ajax te licht was voor de resultaat-voetballers van Manchester United, moest Nouri vanaf de tribune volgen. Toen keek hij al vooruit naar 2017-2018.

Dát moest zijn seizoen gaan worden. Tot het 8 juli 2017 werd, en op een zaterdagmiddag in het Oostenrijkse Zillertal, zomaar tijdens een oefenpotje tegen Werder Bremen, een doek viel over de voetballer Abdelhak Nouri.

SCHADUW

Een dreun was het, twintig minuten lang live te volgen op tv. Zijn medespelers huilden, de fans raakten verdoofd. Het noodlot bracht heel Ajax in coma. Het leed van Nouri trok een seizoen lang een schaduw over de Amsterdamse club. Spelers met wie hij vanaf de jongste jeugdelftallen was opgegroeid als Donny van de Beek en Noussair Mazraoui, raakten van streek. Symptomen van post-traumatische stressstoornis werden het zelfs genoemd, dat slechte slapen, die hartkloppingen waar ze last van kregen.

Trainer Marcel Keizer was zo begaan met zijn weggevallen pupil dat ook hij het spoor niet recht kon houden. Hij moest dat bekopen met ontslag, halverwege het seizoen waarin al voortijdig de weg was versperd naar Champions League en Europa League, en waarin Ajax al vroeg uit het KNVB-bekertoernooi was geknikkerd.

HART VEROVERD

De offers die Ajax in 2016-2017 moest brengen, zijn dit voetbaljaar gevolgd door de successen waarnaar Appie Nouri zo hartstochtelijk smachtte. Dit was niet alleen het seizoen waarin Ajax landstitel nummer 34 binnenhaalde, dit was vooral  de jaargang waarin het internationaal furore maakte en waarin de om zijn arrogantie vaak hartgrondig verwenste Amsterdamse club massaal het hart van de voetballiefhebber heeft veroverd.

Ajax lukte dat, niet alleen omdat de talenten tot bloei kwamen, ook door plezier uit te stralen, door al die individuele kwaliteiten in dienst van het team aan te wenden. Het is de verdienste van trainer Erik ten Hag. Hem lukte het om Hakim Ziyech te laten stralen, als individuele ster én als teamspeler. Ten Hag inspireerde ook Dusan Tadic, die zijn kwaliteiten voordien zo vaak verborgen hield. Hij crëeerde ook een systeem waarin de krachten van Donny van de Beek en de klasse van Frenkie de Jong samen konden renderen.

INSPIRATOR

Alsof Abdelhak Nouri zijn leiderschap heeft overgedragen aan zijn generatiegenoten, bewijzen ze zich nu. Want in de jeugdelftallen  dwong Nouri niet alleen respect af met zijn hoogstandjes op het veld. Evenzeer was hij, hoe klein van stuk ook, hun leider, zowel in de kleedkamer als op het veld. Hún inspirator.

Nu dit seizoen zijn rugnummer en naamplaatje uit de kleedkamer waren verdwenen, zijn stoeltje een andere bezetting had gekregen, beseften ze dat ze niet langer moesten na blijven treuren. Dat Nouri hen daartoe zou aansporen, dat ze zonder hem weer moesten gaan genieten van het voetbal; daarvan bleken ze dit seizoen doordrongen.

Het machtsvertoon tegen Bayern München, Benfica, Real Madrid, Juventus en Tottenham Hotspur stimuleerde het vertrouwen in zichzelf. Het geloof om dan ook PSV aan te kunnen, groeide daardoor; mede doordat andersom PSV gaandeweg vaker in onzekerheid verviel.  De druk die Ajax daardoor op de aanvankelijk superieur ogende koploper kon blijven uitoefenen, verontrustte PSV. De krimpende achterstand inspireerde Ajax.

GENIETEN

Zodoende kwam Ajax steeds dichterbij, zo kon het in de eindfase op kop komen. Zo eindigde Dusan Tadic op de topscorerslijst alsnog op gelijke hoogte met Luuk de Jong. Zo benaderde Ajax met 119 goals de recordscore van 1966-1967, in de beginjaren van Johan Cruijff.

De eindsprint bleek net te kort voor Tadic én voor de mijlpaal van 122. Alsof ze er steeds in waren blijven geloven, vroeg Frenkie de Jong in de laatste competitiewedstrijd bij 1-4 nog wel met een lachend gezicht aan scheidsrechter Danny Makkelie of hij niet wat méér extra tijd wilde bijtellen. Waarom? Om Dusan Tadic nog naar de  topscorerstitel te kunnen leiden?  Of omdat hij in zijn laatste wedstrijd voor Ajax, voor het vertrek naar Barcelona, nog wel even langer had willen genieten?

Twitter: @mees_henk

Share.

About Author

Henk Mees (1948) was 25 jaar actief in de sportverslaggeving voor het Brabants Dagblad met als standplaats 's-Hertogenbosch. In die periode was hij twintig jaar lang vaste verslaggever van Oranje voor regionale krantencombinaties en deed hij ook verslag van Europa Cup-wedstrijden van Ajax, Feyenoord, PSV en AZ. Ook was Henk Mees actief op de EK's en WK-toernooien in de periode 1984-2000. Daarnaast versloeg hij twee keer de Tour de France (1980 en 1981), andere grote wielerwedstrijden en de Olympische Spelen van 2000 in Sydney, waarna hij verder ging in andere functies bij het Brabants Dagblad. Henk Mees schreef of werkte mee aan diverse voetbalboeken, onder meer over de geschiedenis van het Nederlands elftal en diverse Nederlandse clubs.

Leave A Reply