Wat mogen we nog verwachten van een voetballer van 36, die een jaar weg is uit de competitie, en nu zijn passie niet langer kan bedwingen? ,,Pas op hè, het is nog maar een poging tot een comeback”, waarschuwt Arjen Robben zondagmiddag, op het klassieke voetbaltijdstip van half 3. Niemand wil dat gehoord hebben. De gekte kent geen grenzen.
Elf weken duurt het nog, voordat er in Nederland weer competitievoetbal gespeeld gaat worden. Maar in Groningen lijkt het nieuwe seizoen al begonnen. De terugkeer van Arjen Robben in een shirt van FC Groningen lokt vertegenwoordigers van alle Nederlandse media naar het noorden van het land. De persconferentie komt een uur lang live op tv. Het voorbehoud dat Robben zelf maakt, sneeuwt onder.
Op zaterdagmiddag is de euforie losgebarsten. Plotseling verschijnt tot ieders verrassing op de social media van FC Groningen een filmpje waarop Arjen Robben zijn terugkeer aankondigt. Op de Grote Markt in Groningen worden terrasbezoekers overvallen met dit filmpje op een groot scherm. Televisie-uitzendingen worden onderbroken, zo opzienbarend is het. De opwinding slaat om zich heen, bij serieuze journalisten én bij de media waar sport vooral entertainment is.
In een dag tijd krijgt FC Groningen 1600 bestellingen voor nieuwe seizoenkaarten binnen. De social media noteren 75 miljoen views. In no-time komen er shirtjes met de naam Robben en rugnummer 10, die snel aftrek vinden. ‘The Last Dance’, noemt de clubleiding zijn comeback, alsof Michael Jordan is neergedaald.
PRIKKELS
Met zo’n onthaal maakt trots zich meester van Arjen Robben. Als 18-jarige is hij weggegaan uit Groningen; de wereld in, eerst naar PSV, en dan verder naar Chelsea, naar Real Madrid, naar Bayern München. Tien jaar heeft hij voor Bayern gespeeld, en daarna zijn ze – Arjen, Bernadien en hun drie kinderen – daar nog een jaar blijven wonen, omdat het leven zo goed is in Beieren. Robben heeft kunnen skiën, hij heeft getraind voor de Rotterdam Marathon die door de coronacrisis kwam te vervallen en zo kwamen gaandeweg de prikkels terug.
,,Het is een combinatie van”, legt Arjen Robben uit. ,,We komen terug. Ons nieuwe huis is klaar, onze kinderen gaan hier op school. En toen FC Groningen vroeg of ik de club wilde helpen, kwam het idee op.” Financieel wierp hij geen barrière op. Arjen Robben is geen Johan Cruijff, die in 1981 pas terugkeerde bij Ajax nadat hij een fiks aandeel in de extra entree-opbrengsten had kunnen bedingen.
,,Het waren de gemakkelijkste onderhandelingen in mijn carrière”, zegt Robben. Op 9 mei werd hij gepolst waarna er intensieve trainingen, full speed, volgden onder de hem vertrouwde fitness-coach van Bayern München, op het complex van de club. Er verschenen filmpjes die illustreerden dat zijn oude bezetenheid terug was, hoe serieus hij te werk ging. Niemand dacht aan een comeback. ,,Gelukkig bleef het bij die filmpjes, zonder dat er iets uitlekte. Ik wilde eerst checken hoe ik er voor stond, ik wilde voelen hoe mijn lichaam reageerde.”
PIJNSTILLERS
Hij voelt zich nu fitter, zegt-ie, dan in zijn laatste half jaar bij Bayern München. ,,Die paar wedstrijden die ik toen nog heb gespeeld, mag je wat mij betreft niet eens serieus noemen. We hebben daar nooit bekendheid aan gegeven, maar het laatste half jaar ging het niet meer. Alleen dankzij pijnstillers heb ik nog even mee kunnen spelen.”
Zo mocht hij ook in zijn tiende en laatste seizoen bij Bayern nog meegenieten van een nieuwe landstitel, van een nieuwe bekertriomf. Hij was slechts invaller en kwam in zijn laatste vier wedstrijden niet verder dan 45 minuten. Het hele seizoen bleef voor hem beperkt tot 19 wedstrijden, uitgesmeerd over vier competities, opgeteld niet meer dan 1.005 minuten.
’MAN VAN GLAS’
De tere spieren van Arjen Robben zijn altijd blessuregevoelig geweest. ‘De man van glas’, werd hij daarom genoemd. Nu hij zijn terugkeer heeft aangekondigd, wordt dat wat al te makkelijk vergeten. ,,Ik heb aangegeven dat ik er voor wil gaan, we zien wel of dat gaat lukken. Dat kunnen twee wedstrijden worden, of wie weet wel 34, al lijkt me dat in mijn situatie niet erg waarschijnlijk”, zegt hij zelf. Van het voorbehoud wordt lacherig kennis genomen op de persconferentie. Want het sprookje van Groningen mag niet worden verstoord door pessimistische bespiegelingen.
Groningen hunkert naar een opleving. De tribunes vertoonden steeds meer lege plekken in de voorbije seizoenen. De ‘Trots van het Noorden’, was vervallen tot een grijze meeloper in de Eredivisie. Nu juicht heel voetballend Nederland met FC Groningen mee, want Arjen Robben is altijd populair gebleven. Zijn bijnaam Schwalbekönig is alleen voor Duits gebruik.
LOF WESLEY SNEIJDER
In Arjen Robben waardeert de Nederlandse voetballiefhebber naast kwaliteit ook onvoorwaardelijke inzet en sympathie. Het maniakale waarmee hij sport bedrijft, wekt bewondering. Hij maakte daarmee ook indruk op zijn medespelers. In zijn pas verschenen biografie schetst Wesley Sneijder treffend hoe Arjen Robben zich kon opladen, elke wedstrijd opnieuw.
Uit de biografie van Sneijder:
‘Arjen Robben begon zijn warming-up voor de wedstrijd altijd al in het hotel. Dan stapte hij met die verbeten kop de lift uit, de lobby in. Met die strakke legging aan, en dat superstrakke onderhemd over dat pezige lijf. Ik keek daar stomverbaasd naar. Wat een lichaam. En op en top concentratie. Zo anders dan ik. (…). Arjen voert voor zichzelf juist altijd de spanning op. De aftrap was voor hem de ontlading. Eenmaal in het stadion was hij ook altijd als eerste in de warming-upruimte. Wanneer wij gingen zitten om ons om te kleden, ging hij al tekeer. Dan hoorden we zijn voeten rammelen terwijl hij zichzelf aanmoedigde. Een bonk energie. Altijd de beste willen zijn. Tijdens het Wereldkampioenschap 2014 in Brazilië was hij ook de beste. Beter dan Messi. Beter dan wie ook. Met zijn snelheid als grote wapen, uiteraard. Maar ook zijn traptechniek was een wapen. En zijn scoringsdrift. Zijn eeuwige drive.’
Als Wesley Sneijder een elftal moet opstellen van spelers met wie hij heeft gespeeld, bij Ajax, bij Chelsea, bij Real, bij Bayern, in Oranje, dan staat Robben voor hem op één:
‘Arjen Robben schrijf ik als eerste op. Altijd wanneer we samenspeelden, dwong hij me haast die steekpasses te geven. We waren een twee-eenheid. Hij liep, ik passte. En dan was hij weg. Wat een topper. Robben had absoluut een keer de Gouden Bal verdiend, met uitroepteken. Altijd zo gepassioneerd. Overdreven fanatiek, vond ik soms, een voorbeeldige prof en de beste aanvaller met wie ik heb gespeeld.’
COMEBACKS
De getuigenis van Wesley Sneijder dateert uit de periode dat beiden samen speelden bij Oranje, vanaf 2003 tot de mislukte WK-kwalificatie in 2017. Drie jaar later maakt Arjen Robben zich nu op voor een comeback. De terugkeer van Frank Rijkaard, Phillip Cocu, Dirk Kuijt en Robin van Persie verliep goed. Veel pijnlijker kijken Mark van Bommel, Ibrahim Afellay, John Heitinga, Erwin Koeman, Marc Overmars, Pierre van Hooijdonk terug op de laatste periode bij hun geliefde club.
Arjen Robben beseft heus wat hem nog te wachten kan staan. Hij deinst er niet voor terug. Hij hoeft niet gewaarschuwd te worden, de supporters wel.
www.henkmees.nl
8 reacties
Pingback: buy magic boom bars online
Pingback: index
Pingback: เค้กลาบูบู้
Pingback: Website
Pingback: Ford Everest
Pingback: 보증업체
Pingback: ปั่นสล็อตฟรี ครบทุกค่าย
Pingback: free cam tokens