‘Behalve een zandbak stond er weinig storends op onze speelplaats. Er was ruimte genoeg om te voetballen. Voetbal werd een uitlaatklep voor me. Eindelijk kreeg ik de kans om uit te razen. Weg van de armoedigheid thuis. Ik was aanvaller, dan kon ik lekker uitblinken.
“Die jongen bezit vechtlust, die komt er wel,” zei de trainer van Schwarz-Weiss Düren, mijn eerste club. Mijn moeder vond dat ik lid moest worden.
“Je rent te veel, Harald,” schimpte de trainer, “je moet je kracht beter verdelen.” “Precies,” echode mijn moeder. ”Hij komt iedere keer totaal uitgeput naar huis, kletsnat van het zweet. Hij kan zijn eerzucht niet bedwingen. Hij gaat altijd volle kracht vooruit. Dan ziet hij er echt uit als een wrak.” Beiden – de trainer en mijn moeder – waren bezorgd om mijn gezondheid. Dus besloot mijn moeder: “Voortaan ga je maar op een rustige plek staan. In het doel. Dat is wel iets voor jou.” Dus werd ik keeper. Omdat dat een “rustige plek” was. Ik was toen twaalf jaar.’
Bron: Toni Schumacher, Aftrap – Onthullingen over voetbalschandalen, 1987, blz. 18
Vanwege “de onthullingen in ‘Aftrap’ – met name over dopinggebruik in de Bundesliga – werd Toni Schumachter door zijn club FC Köln op staande voet ontslagen. Ook bij het nationale elftal werd hij tot ongewenst persoon verklaard. Met Duitsland werd Schumacher in 1980 Europees kampioen. Berucht is de zware blessure die hij de Fransman Patrick Battiston in de halve finale van het WK 1982 toebracht door bij het uitlopen een gewelddadige overtreding te begaan, die door de Nederlandse scheidsrechter Charles Corver niet werd bestraft. Toni Schumacher werd geportretteerd door Andy Warhol.
Rob Siekmann
Auteur van ‘Het straatvoetbalboek – Over de huidige betekenis van het straatvoetbal van vroeger’ (met een voorwoord van Richard Witschge), Willems Uitgevers, 2023