woensdag, november 20

Once upon a time: Wembley

Pinterest LinkedIn Tumblr +

The (not so charitable) Charity Shield of 1974

Deze avond vindt op de heilige mat van Wembley (voor sommigen nog altijd Wembeley) de interland tussen England en België plaats. Zou er een iconischer stadion dan Wembley bestaan? “De plaats waar voetbal (soccer) came home”, althans volgens de Engelsen. Het onderstaande verhaal gaat 50 jaar terug in de tijd, toen het oude Wembley nog overeind stond, hooliganisme (spijtig genoeg) nog moest worden uitgevonden en community singing iedereen kippenvel bezorgde. Dit is gewoon a trip down memory lane. Duik je mee in het verleden?

Het was erg mooi weer op 10 augustus 1974. Ter voorbereiding van mijn latere taalstudies deed ik als 18-jarige community work in Croxteth, een achtergebleven wijk van Liverpool, een stad die op dat ogenblik duidelijk in verval was. Het Verenigd Koninkrijk was in 1973 lid geworden van de Europese Unie en (de haven van) Liverpool lag aan de verkeerde kant van het land. Dat verval moet wel enigszins worden genuanceerd, want op dat ogenblik en in de jaren zeventig was Liverpool ook een beetje de Europese hoofdstad van het voetbal. Je had er toen Everton FC, dat meer was dan een stevige middenmoter. En je had natuurlijk the redsvan FC Liverpool. Titels en Engelse en Europese bekers bij de vleet. In 1974 moesten ze in de competitie enkel Leeds United laten voorgaan, maar ze wonnen wel de FA Cup na een overtuigende 30-overwinning tegen Newcastle United FC (Steve Heighway en tweemaal Kevin Keegan). Het armtierige Liverpool ademde voetbal en nog een beetje Beatles.

Het leek dan ook maar normaal dat ik van dat voetbal wou proeven tijdens mijn vakantiejob. Samen met de collega’s van het project vertrokken we met een gammele van met enkel een chauffeurszetel en enkele bakken bier richting Londen, voor de jaarlijkse match om de Charity Shield tussen de bekerwinnaar en de landskampioen. Zoals de naam het zegt, de opbrengst van deze wedstrijd ging naar goede doelen. Net in 1974 werd die match ook voor het eerst op het heilige Wembleygras gespeeld. Tenminste bij het begin nog heilig … De community singing blijft zo’n speciale typische aangelegenheid. De beide ploegen nog in hun compleet smetteloze, want reclamevrije truitjes, de meeste spelers nog met lange haren en de beide keepers in een groene trui, maar zonder handschoenen. Gele en rode kaarten bestonden nog niet, in Engeland sprak men toen van bookings. De middeleeuwen van het voetbal.

Voor zowel Leeds United als voor Liverpool was het ook een tijd van transitie. Bob Paisley verving voor het eerst de legendarische Bill Shankly en werd daarna de succesvolste coach van Liverpool. En Brian Clough zat ook voor het eerst op de bank bij Leeds, hij verving Don Revie, ook al zo’n legende. Big mouth Clough hield het echter maar zes matchen uit bij Leeds, vooraleer hij zijn grootste successen bij Nottingham Forest vierde. Er stonden ook uitsluitend Engelstalige spelers op het veld: twaalf Engelsen, acht Schotten en twee Ieren. Een totaal andere wereld dus. Maar overtuig je van de kwaliteit van de beide elftallen onderaan deze bijdrage.

Liverpool was veruit de beste ploeg op het veld en creëerde ook de meeste kansen. Het had bij de rust makkelijk 3-0 kunnen staan. Enkel Phil Boersma kwam tot scoren. Het voetbal van de reds was zwierig, de tegenstander uit Yorkshire presenteerde daarentegen potig voetbal, ondanks de eerste zware fout van Phil Smith. En in de tweede helft liep het gewoon uit de hand. Het begon met een rechtse hoek van de Ier Giles in het gezicht van Keegan, de rijzende ster van het Engelse voetbal. Dat ontlokte Barry Davies, de legendarische BBC-reporter, de volgende woorden: And that looked very much like a right hook by Johnny Giles. Keegan, the player down. The name certainly going in the book. And that’s all. Een aanslag die onmiddellijk tot de uitsluiting had moeten leiden, maar slechts een boeking voor Giles opleverde. Een vuistslag die nu enkele weken schorsing zou opleveren. In de daaropvolgende minuut is er een soort geharrewar tussen de kleine roodharige Schot Billy Bremner en Kevin Keegan. In plaats van Giles werden Bremner en Keegan uitgesloten. En toen gebeurde iets wat in het geheugen van elke Britse voetbalsupporter staat gegrift. Zelfs van hen die lang na dit incident werden geboren. Beide spelers trokken hun truitje uit, gooiden het op het veld en stapten naar de kleedkamers. Het hele veld over. Maar de match werd gewoon hervat, Trevor Cherry scoorde voor Leeds en de match moest op penalty’s worden beslist. De beide keepers hadden geen verhaal tegen de eerste tien strafschoppen. De doelman van Leeds miste daarna en Ian Callaghan bezorgde Liverpool de verdiende zege.

Maar we vertelden dat die match zelfs nu nog niet vergeten is. Voetbal is in Engeland religie, zeker wanneer het om matchen op de heilige grasmat van Wembley gaat. Tot dan was er nog nooit een speler op Wembley uitgesloten en nu ineens twee. En bovenop kwam er dan nog het schandalige gedrag van de twee spelers. Je truitje uittrekken en het op het heilige gras gooien, het is een zaak die Engeland nog weken in zijn ban hield. Iedereen veroordeelde Bremner en Keegan voor hun onsportief gedrag. De kranten brachten dit als voorpaginanieuws. Het aftreden van Richard Nixon als president van de Verenigde Staten leek plots een fait divers. De beide spelers werden voor elf weken geschorst en kregen een boete van 500 pond, terwijl Giles volledig vrijuit ging. Er was zelfs een burger die klacht indiende bij het gerecht. Wat er ook van zij, dit incident werd tot onvoorstelbare proporties opgeblazen en werd haast een staatszaak. Vraag nu nog een Engelsman naar hoogte- en dieptepunten uit het Engelse voetbal en je zult gegarandeerd op dit verhaal stuiten. Ook bij Engelsen die toen nog niet eens waren geboren. Het verhaal van de boosdoeners Billy Bremner en Kevin Keegan, terwijl de echte “schurk” in dit verhaal eigenlijk Giles was. Overtuig jezelf van dit verhaal en de bokskwaliteiten van Johnny Giles. Tik eens “Charity Shield 1974” in en je zult zien hoeveel aandacht er nu nog is voor dit verhaal. Niet enkel in woord, maar ook in beeld. Never forgotten.

Vanavond denk ook ik terug aan die memorabele zaterdagnamiddag in augustus 1974. Ik was toen vooral een fan van Ray Clemence en bleef dat doorheen heel zijn carrière, des te meer omdat ik ook een band had met Scunthorpe United, de ploeg waar hij (en ook Kevin Keegan) ooit zijn carrière begon. Op de terugweg naar Croxteth mijmerden we – met een pint of lager in de hand – weg in de gelukzalige wetenschap dat Liverpool de beste ploeg van de wereld was. De Heizel en Hillsborough lagen toen nog veraf.

Paul Catteeuw

Liverpool: Ray Clemence; Tommy Smith, Phil Thompson, Emlyn Hughes, Alec Lindsay; Ian Callaghan, Brian Hall, Peter Cormack, Steve Heighway; Kevin Keegan, Phil Boersma
Leeds United: David Harvey; Paul Reaney, Gordon McQueen, Norman Hunter, Cherry; Peter Lorimer, Billy Bremner, Johnny Giles, Eddy Gray; Allan Clarke (Duncan McKenzie), Joe Jordan

Share.

About Author

Paul Catteeuw (1956) bekijkt voetbal vanuit de tribune achter het doel. Hij houdt zo de vinger aan de pols voor wat naast de zijlijn gebeurt en probeert om er dwars doorheen te kijken. Soms vol nostalgie, soms vol verwondering, maar meestal met een vleugje ironie.

Leave A Reply