vrijdag, mei 3

Mijn Lierse voetbalwensen voor het nieuwe jaar – Geert Marrin

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Via een brief gericht aan het bestuur van K. Lyra-Lierse (zie shorturl.at/aORWY) legt het College van Burgemeester en Schepenen (CBS) van Stad Lier een hypotheek op de toekomstplannen van de voetbalclub. De bouw van een kleinschalig voetbalstadion op de Hoge Velden – dat volledig gefinancierd zou worden door de club – wordt door het stadsbestuur immers afhankelijk gemaakt van een akkoord met Lierse Kempenzonen.

Dat roept veel vragen en ernstige bedenkingen op die ik – nu de eindejaarperiode stilaan in zicht is – graag in de vorm van nieuwjaarswensen met u deel.

Mijn Lierse voetbalwensen voor het nieuwe jaar? Dat zijn er een drietal:

  1. Een stadsbestuur dat transparantie hoog in het vaandel draagt.

De boven vernoemde brief van het CBS dateert van 29 november en vormt een antwoord op een brief van K. Lyra-Lierse die dateert van 11 november.

In zijn antwoord verwijst het CBS naar ‘een uitvoerige bespreking in het schepencollege’. Nazicht op https://lier.meetingburger.net leert evenwel dat deze bespreking nergens voorkomt in de notulen in één van de vergaderingen van de CBS die plaatsvonden tussen 11 en 29 november.

Op de gemeentelijke commissievergadering van woensdag 20 november refereerde de schepen van Sport bovendien naar ‘besprekingen en onderhandelingen die het CBS momenteel volop voert met beide voetbalclubs’. Vragen van raadsleden naar de stand van zaken over dit dossier bleven onbeantwoord ‘om deze onderhandelingen niet in het gedrang te brengen’. Op de website van K. Lyra-Lierse echter staat vermeld dat het laatste officiële contact tussen het bestuur van K. Lyra-Lierse en het CBS dateert van 11 maart 2019. Het is onduidelijk of er vanuit het CBS wél ‘besprekingen en onderhandelingen’ plaatsvinden met de andere betrokken partij, m.n. Lierse Kempenzonen.

Dit alles roept ernstige vragen op met betrekking tot transparante besluitvorming. Zijn er dan parallelle vergadercircuits waarin dossiers als deze besproken worden en, zo ja, wie heeft het voorrecht om hiervoor uitgenodigd te worden? Welke leden van het CBS maken deel uit van deze parallelle vergadercircuits en zijn zij hiertoe gemandateerd vanuit het CBS?

  1. Een stadsbestuur dat evenwaardige ontplooiingskansen biedt aan alle lokale sport- en voetbalclubs.

In het ontwerp van meerjarenplan 2020-2025 van Stad Lier worden naar ieders inschatting voldoende financiële middelen voorzien voor de realisatie van zowel een kunstgrasveld voor KvK Hooikt als zes jeugdvoetbalvelden (waaronder twee of drie kunstgrasvelden) op de Hoge Velden. Dat deze investeringen vanuit gemeenschapsmiddelen de jeugdwerkingen van alle lokale voetbalclubs ten goede dienen te komen, is vanzelfsprekend en wordt door niemand betwist.

Twee zaken deden en doen de wenkbrauwen echter wél fronsen:

  • Door te kiezen voor een onderhandse verkoop van de oefenterreinen in Kessel aan Infralier NV in het voorjaar van 2019, zondigde het Lierse stadsbestuur tegen zijn eigen principes omtrent de verkoop van patrimonium van Stad en OCMW. In die principes die het stadsbestuur zichzelf (terecht) oplegt, vormen ‘mededinging’ en ‘transparantie’ immers sleutelbegrippen.

Hoewel door de provinciegouverneur niet als onwettelijk beschouwd, laat deze verkoop een wrange nasmaak na. Enkel een verkoop na transparante marktbevraging zou OCMW Lier de garantie geboden hebben dat een juiste prijs werd verkregen voor deze oefenterreinen in Kessel.

De verkoop van de oefenterreinen in Kessel aan Infralier NV tegen een volgens experten wel erg gunstige prijs, beroerde de gemoederen.

  • Opnieuw loert een zweem van partijdigheid vanuit het CBS om de hoek. Het stadsbestuur koppelt de bouw op de Hoge Velden (grenzend aan het te realiseren jeugdvoetbalcomplex) van een nieuw thuisstadion van K. Lyra-Lierse – en dus ook de terugkeer van de eerste ploeg van K. Lyra-Lierse van Berlaar naar Lier – immers aan een akkoord tussen K. Lyra-Lierse en Lierse Kempenzonen.

In wezen verschaft het Lierse stadsbestuur wat dit dossier betreft dus een vetorecht aan het bedrijf dat Lierse Kempenzonen in eigendom heeft. Dat is ongezien en ongehoord.

Nochtans valt er veel te zeggen om via een erfpachtregeling op de Hoge Velden ruimte ter beschikking te stellen aan K. Lyra-Lierse voor de bouw van een kleinschalig voetbalstadion:

  • De investeringen voor de bouw van dit kleinschalig voetbalstadion worden door de club gedragen. Het financieel tienjarenplan ter zake van K. Lyra-Lierse werd door het Lierse stadsbestuur in maart van dit jaar als realistisch geëvalueerd.
  • Net zoals de historische Lierse reuzen op termijn niet thuishoren in een hangar in Duffel, horen de voetbalwedstrijden van de eerste ploeg van een stadsclub als K. Lyra-Lierse op termijn niet thuis in Berlaar.

Stad Lier heeft een lange en sterke traditie om via bijvoorbeeld erfpachtregelingen gronden ter beschikking te stellen aan lokale sportclubs die vervolgens mee instaan voor de realisatie van de infrastructuur: laat ons deze traditie verderzetten wat het nieuwe thuisstadion voor K. Lyra-Lierse betreft.

  • K. Lyra-Lierse is geen bedrijf dat winstmaximalisatie voor ogen heeft, maar een vereniging zonder winstoogmerk die zelfs de ambitie koestert om zich om te vormen tot een coöperatieve vennootschap.

De mix van een doorgedreven aandacht voor supportersdemocratie, jeugd en community-werking en lokale verankering is behoorlijk uniek in het Belgische voetballandschap. K. Lyra-Lierse vertelt een maatschappelijk verhaal dat steun verdient van het Lierse stadsbestuur.

  1. Peis en vree in het Lierse voetballand

Met het nieuwe jaar in zicht, durf ik tot slot hopen op ‘peis en vree’ in het Lierse voetballand.

Via de realisatie van infrastructuur voor jeugdvoetbal én een erfpachtregeling op de Hoge Velden voor de bouw van een kleinschalig thuisstadion voor K. Lyra-Lierse, kan het Lierse stadsbestuur hieraan een grote bijdrage leveren:

  • Met Lierse Kempenzonen en K. Lyra-Lierse komen tot goede afspraken omtrent een gedeeld gebruik van de jeugdvoetbalterreinen op de Hoge Velden kan – zeker indien Stad Lier een objectief-bemiddelende rol opneemt – geen onoverkomelijk probleem vormen.
  • Lierse Kempenzonen behouden ’t Lisp als legendarische thuisbasis, beschikken met de oefenterreinen van Kessel over voldoende jeugdvoetbalinfrastructuur en kunnen desgewenst mee gebruik maken van de nieuwe jeugdvoetbalvelden op de Hoge Velden.
  • Indien de thuiswedstrijden van de eerste ploeg van K. Lyra-Lierse binnen enkele jaren op de Hoge Velden kunnen plaatsvinden in een door de club gefinancierd kleinschalig stadion, dan vormt dat een belangrijke troef voor de stad en onze lokale middenstand. De te realiseren terreinen voor jeugdvoetbal op de Hoge Velden bieden een duurzaam perspectief voor de bloeiende jeugdwerking van K. Lyra-Lierse.

Indien Stad Lier in dit voetbaldossier durft kiezen voor verbindende in plaats van polariserende houding, dan zal iedereen daar wel bij varen. Met een gezonde dosis sportieve rivaliteit tussen Lierse Kempenzonen en K. Lyra-Lierse is hoegenaamd niets mis. Maar extra-sportieve strubbelingen zoals deze omtrent een thuisstadion voor K. Lyra-Lierse kan onze stad missen als kiespijn: die vertroebelen de sfeer tussen beide supportersgroepen en zaaien onnodige verdeeldheid.

2020 is bijna in zicht, de hoogste tijd dus voor het Lierse stadsbestuur om het in dit voetbaldossier over een hele andere boeg te gooien.

Geert Marrin

Raadslid Groen-Lier&Ko

Supporter van K. Lyra-Lierse, met een hart voor al onze lokale sportclubs

Share.

About Author

Raf Willems (1960) noemt zichzelf voetbalschrijver met een boekenkast. Hij is uitgever en auteur van meer dan 40 boeken over ‘voetbal met een knipoog naar geschiedenis & samenleving’ en schreef voor het Nederlandse weekblad Voetbal International (1995-2000), de krant NRC Handelsblad (2001-2006) en de website Stichting meer dan Voetbal (2008-20014). Sinds 2014 Initiatiefnemer van voetbaldenktank & onlineplatform De Witte Duivel.

Leave A Reply