woensdag, november 20

Mès Que Un Club, som la gent blaugrana: Barcelonisme als burgerschap (1)

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Schaamteloos. Dat is het enige woord dat kan worden bedacht bij de repressie van de Spaanse regering tegen de vreedzame protesten ten voordele van Catalaanse autonomie en/of onafhankelijkheid in de straten van Barcelona. Intussen heeft FC Barcelona in een officiële mededeling haar steun betuigd aan de demonstranten en verwezen naar haar standpunten in het verleden ten voordele van vrijheid en democratie. Terwijl Catalonië op 1 oktober een referendum nastreeft, beschrijf ik in een drieluik de historische betekenis van het ‘Barcelonisme als burgerschap’. Dit verhaal verscheen eerder in mijn boek ‘Barça Baaarça! Droomvoetbal van Guardiola tot Messi.’

 

 Universal Barça van de blauwdonkerrode mensen

Tot el camp, és un clam. Som la gent blaugrana!

Het hele stadion zingt: we zijn de blauwdonkerrode mensen!

 Més Que Un Club! Meer dan een club! Ik ga op zoek naar de betekenis van deze formulering. Som la gent blaugrana. Wie zijn ze, die blauwdonkerrode mensen? Wat is dat, het Barcelonisme? Hoe linkt men dit aan ‘burgerschap’? Ik probeer te peilen. Geen betere plaats daarvoor dan de Ramblas, de bruisende en met palmbomen omzoomde boulevards van Barcelona. Ze verbinden de Plaça de Catalunya via de Olympische haven – met de grootste cruiseschepen van Europa – met de Middellandse Zee. Ik stap het Café de l’Opera binnen, achttiende eeuws maar met deze naam sinds 1929: art deco, antieke spiegels en klassieke schilderijen. Het qua interieur mooiste café van de stad geniet bekendheid als oude verzamelplaats van kunstenaars, zangers, intellectuelen, bohémiens en Catalaanse opposanten. Ik blader in het door de club gepubliceerde boek Universal Barça. Op zoek naar het wezen van wat men dus Barcelonisme noemt. Eén zin vat de kern samen: ‘Acquest libre mostra els grans valors del barcelonisme actual: el civisme, la universitat, el catalanisme, la democràcia i l’esport.’ Lees: tot de grote waarden van FC Barcelona behoren zorg voor de gemeenschap, universaliteit, Catalanisme, democratie en sport. Som la gent blaugrana, dat zijn ze dus, die blauwdonkerrode mensen.

 Het land van de socio’s en de overtreffende trap van democratie

 Zo denken ze over hun Futbol Club Barcelona. De volgorde is van belang: FC en niet CF, want dat laatste verwijst naar het Spaanstalige Club de Futbol en daar bezondigen la gent blaugrana zich niet aan. Al zeker niet omdat deze benaming destijds door de dictatuur van Franco werd opgelegd en de andere verboden. Futbol Club Barcelona dus, terug naar de oorsprong in 1899. Dit is het land van de socio’s en van een hele reeks van eigenwijze voorzitters. In dit huis vol tegenstellingen hangt naast een sfeer van koortsachtige bedrijvigheid een levendige traditie van gezwollen en opgewonden democratisme. Zijnde de overtreffende en op den duur ook wel onhandelbare trap van democratie. Zet twee Barcelonista’s bij elkaar en er ontspringen bliksemsnel drie meningen. Klaterende beekjes worden dan snel kolkende rivieren. Slechts over één zaak zijn ze het écht met elkaar eens, die blauwdonkerrode mensen: Real Madrid deugt niet.

 Dali, Picasso, Gaudi & Miro: kunst versus dictatuur

 Aha, denk ik en fiets vervolgens door de slingerende steegjes van de oude binnenstad. Ik passeer de Passeig de Picasso, het Parc Joan Miro, allerlei verwijzingen naar Salvador Dali en eindig aan de Plaça de Gaudi. Vier zonderlingen die met hun individualistische branie vanuit Barcelona mede het artistieke verloop van de twintigste eeuw hebben bepaald. En door hun scheppende wereld de Spaanse dictators De Rivera (1923-1930) en Franco (1939-1975) met spottende geringschatting een voetje trachtten te lichten. Hun kunst bleef ongrijpbaar voor de militairen. Zo bezit Barcelona het hoogst aantal gebouwen in Art Nouveaustijl in Europa. Het modernisme, met Gaudi als belangrijkste figuur, werd hét expressiemiddel van de Catalaanse autonomiegedachte. Dat wisten we niet zelf, we lazen het ook maar in de Capitool Reisgids, bij deze. We stappen dus nieuwsgierig af bij de Passeig de Gracia, de sjiekste avenue van de stad. Op de zogenaamde Europese Modernistische Route wisselen de duurste hedendaagse modehuizen zich af met de adembenemende historische gebouwen Casa Batllo en La Pedrera die de handtekening van Gaudi dragen: een kleurenspel van paars, blauw, beige en groen. Volgens de Fotogids Barcelona ‘trotseren ze de zwaartekracht en de zintuigen’. Ik beken: ik ben een aanbidder van de creatieve chaos. Van kunst die nooit af is, verleidt en op het verkeerde been zet. Gedurfd, experimenteel, apart. Met de eenzaamheid van de overtuiging. De scheppingskracht van de zonderling, met zijn individualistische branie. Die herken ik wel als ik in mijn herinnering aan de voetballers van Barça afdaal: de zwaartekracht en de zintuigen tarten, hebben de opeenvolgende Dream Teams van Cruijff tot Messi dat dan ook niet gedaan?

 Catalaanse hoofden op lansen geprikt

 Een bespiegeling: vanwaar toch die drijfveer om zich voortdurend te profileren als een metropool die blaakt van trots omwille van zijn traditie van tolerantie en opstandigheid? En die zich steeds meer verbonden voelde met het mondaine Parijs dan met het puriteinse Madrid? Eduardo Mendoza probeert de historische link te duiden in zijn roman ‘De Stad der Wonderen’. In deze kroniek over het Barcelona van rond 1900 zinspeelt de auteur over een verwoestende gebeurtenis uit 1700. Toen liet de Spaanse koning Philips de Vijfde de Ciudadela bouwen: ‘Een enorme vesting waar hij een bezettingsleger onderbracht dat paraat stond om iedere opstand de kop in te drukken. Mensen die verdacht werden van opruiende activiteiten werden opgehangen als voer voor de gieren. De manschappen van de koning plunderden Catalonië. Daarna werden de Catalanen in grote getale geëxecuteerd, ter lering en vernedering werden hun hoofden op lansen geprikt en op drukbezochte pleinen tentoongesteld.’

Als traumaverklaring kan dit tellen.

De verzetsdaad van Miro: een affiche bij Barça’s 75 ste verjaardag

 Ik probeer in de kleinste versnelling de beroemde berg Montjuïc op te rijden maar haak na de eerste bocht, ter hoogte van de cactussentuin, beteuterd af, mijn obesitas weer zwaar onderschattend. Ik beklim noodgedwongen de heuvel te voet en maak een ommetje langs het Olympisch Stadion, enkele openluchttheaters en het museum van Joan Miro. Ik sympathiseer met de bizarre ontwerper van de surrealistische schilderkunst maar krijg vaak kop noch staart aan zijn werk. Ook hij behoort tot la gent blaugrana en de Barçafan in hem ontwierp een mooie affiche bij de vijfenzeventigste verjaardag van de club in 1974. Op dat ogenblik was dat nog een daad van verzet. Op zoek naar Camp Nou vat ik de afdaling aan naar de witgele benedenstad.  Aan het Parc Miro bots ik op skatende punkers, de ringetjes door neus en lippen. Ze wijzen me beleefd de weg naar de thuishaven van FC Barcelona, ik vreesde vooraf dat ze me met opzet de andere kant zouden uitsturen, punkers zijn ook niet meer wat ze geweest zijn.

 Raadpleeg, zoals ik, de historische lectuur en raak diep overtuigd van één ding: het streven naar politieke democratie, culturele identiteit en inspirerend voetbal smeedde een natuurlijk verbond in de loop van het meer dan honderd jaar durende epos van FC Barcelona. Ter wille van de burgers van Catalonië en hun eigenheid. Tegen de dwangbepalingen van elke dictatuur in. Met dank aan de aanwezigheid van de vertegenwoordigers van de sierlijkste voetbalstijlen.

 

Share.

About Author

Raf Willems (1960) noemt zichzelf voetbalschrijver met een boekenkast. Hij is uitgever en auteur van meer dan 40 boeken over ‘voetbal met een knipoog naar geschiedenis & samenleving’ en schreef voor het Nederlandse weekblad Voetbal International (1995-2000), de krant NRC Handelsblad (2001-2006) en de website Stichting meer dan Voetbal (2008-20014). Sinds 2014 Initiatiefnemer van voetbaldenktank & onlineplatform De Witte Duivel.