woensdag, november 20

De BeNeLiga op de schop of hoe de KBVB en de Pro League in hun eigen voet(en) schieten

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Deze week trok de Nederlandse voetbalbond de stekker uit de plannen voor een BeNeLiga. Vreemd genoeg vielen ze hier in België net niet van hun stoel van verbazing. En dat verbaast mij dan weer in hoge mate, ook al ben ik toch ook wel ontgoocheld. In deze kolommen van De Witte Duivel is al sinds vele jaren zowel expliciet als impliciet gepleit voor een BeNeLiga. De reden ligt voor de hand. De afstand tussen de kleine landen en de grote vijf (Engeland, Spanje, Duitsland, Italië en Frankrijk) wordt elk jaar steeds exponentieel groter. De kloof is allang niet meer overbrugbaar. Meer zelfs, door de overexposure van de Engelse competitie zal zelfs de afstand tussen Engeland en de andere grote vier ook groeien. De geldstroom naar de Premier League lijkt veel meer op een tsunami dan op een kabbelend beekje. Want zelfs een wedstrijd tussen Burnley en Norwich City komt in Bejing, Hongkong of Seoel rechtstreeks op tv en zorgt dus zowel rechtstreeks als onrechtstreeks voor een onophoudelijke stroom aan Britse ponden.

De arrogantie van decadente rijkdom werd pas echt duidelijk bij de voorstellen rond de Super League. De hoofden van die verwaande clubleiders zagen enkel nog meer geld. En voetbal is daarbij de makkelijkste weg. Het doel heiligt de middelen. Alleen, hun voorstel kwam iets te vroeg. De rest van de voetbalwereld was er (nog) niet klaar voor. En al zeker de supporters niet, dus werd het plan in de koelkast gestopt. Maar wees gerust, niet definitief begraven. Vroeg of laat, en eerder vroeg dan laat, zal die Super League er toch komen. Dat is veiliger wedden dan op een mogelijke landstitel voor Union.

Daardoor worden die topploegen nog onbereikbaarder. En ondertussen heeft zich de voorbije jaren een soort gelijkaardig scenario afgespeeld in de Lage Landen. De afstand tussen Nederland en België is ondertussen onmetelijk groot. De feiten zijn vrij duidelijk, kijk gewoon naar wat er in de verschillende Europabekers is gebeurd. Ajax had nooit mogen verliezen tegen Benfica en verdiende een plaats in de kwartfinale van de Champions League. Ja, dat is die competitie waarin Club Brugge er in de eerste ronde uit vloog met vier schamele punten en met een negatief doelsaldo van min veertien. Ondertussen zaten bij de laatste zestien in de Conference League nog vier Nederlandse ploegen: PSV, Feyenoord, Vitesse en AZ, terwijl wij moesten toezien hoe AA Gent trachtte de Belgische eer te redden. Tevergeefs. Dat zijn de krachtsverhoudingen tussen de twee landen op dit ogenblik. Daar hoeft toch geen tekeningetje bij. Maar dan volgt wel de vraag: hoe is het zo ver kunnen komen? Hoe is het inderdaad in godsnaam zo ver kunnen komen. Terwijl men in Nederland er alles aan deed om aansluiting te vinden met de rest van de wereld (van jeugdopleiding tot moderne stadions), bleef men zich in België maar in eigen voet schieten. Niet een keer, maar telkens weer.

Los van het feit dat sommige stadions niet echt meer voldoen aan de hedendaagse normen is er echt veel meer loos. We kunnen het niet genoeg blijven herhalen. Desnoods tot vervelens toe. Het gaat onder andere om:

  • de slavenhandel met (voornamelijk Afrikaanse) jonge spelertjes;
  • de nog steeds vigerende regeling omtrent belasting en RSZ-bijdrage en de daarmee gepaard gaande ongewenste inbreng van sommige landelijke politici (denk maar aan Bouchez);
  • de verregaande hypocrisie van sommige leiders, met als voorbeeld Jean-Marie Philips die ongeveer alles verprutste wat in zijn handen kwam en er nog mee wegkwam ook;
  • de verruwing op en rond het voetbalveld (remember Beerschot-Antwerp);
  • het culpabiliseren van de VAR en de scheidsrechter als ultieme zwarte schapen en het toedekken van de eigen onkunde van spelers en trainers;
  • de totaal ondoordachte acties en de communicatie hierrond (de saga rond Overmars);
  • de affaire Propere Handen en alles wat er aan fraude, corruptie en criminaliteit mee samenhangt;
  • het middeleeuwse systeem van stemrecht bij de Pro League;
  • de ontkenning van de economische realiteit dat 24 profploegen van het goede absoluut te veel is;
  • de miskenning van eigen expertise, zoals bij de scheidsrechterscommissie (David Elleray);
  • de buitenlandse eigenaars die de Belgische ploegen enkel zien als een doorgeefluik en een verdienmodel;
  • de steeds wisselende competitieformule;
  • de maanden platte rust voor ploegen in 1A die niet aan de play-offs deelnemen;
  • de play offs en de halvering van de punten in 1A.

Het is een losse, maar zeker niet exhaustieve greep uit alles wat er in ons nationaal voetbal verkeerd loopt. Wees gerust, dit lijstje kan echt nog worden aangevuld. Je zou van minder duizelen.

De play-offs zouden het niveau van onze competitie omhooghalen. Maar mijn buikgevoel zegt dat net het omgekeerde is gebeurd. De kloof met het buitenland is groter geworden, met als gevolg dat we ondertussen naar de dertiende plaats op de Europese ranking zijn gezakt en dat een rechtstreekse vertegenwoordiger in de Champions League tijdens het seizoen 23-24 gewoon een verre droom is. Landen zoals Oostenrijk, Schotland en Servië zijn ons voorbijgestoken en zelfs Zwitserland hijgt in onze nek. Portugal en Nederland daarentegen hebben lichtjaren voorsprong. Maar jammer genoeg trekken wij daar geen lering uit.

Hoeft het daarom te verbazen dat de Nederlanders de stekker uit de BeNeLiga hebben getrokken? Wel neen, het is eerder verbazingwekkend dat het zo lang heeft geduurd. En het valt te vrezen dat de neergang van onze competitie nog verder zal gaan. Tenzij, tenzij …

Met de aanstelling van Lorin Parys als CEO van de Pro League lijkt er plots toch een lichtpuntje te zijn. Het is misschien wel een voordeel dat de man niet echt een link heeft met de voetbalwereld, ook al wordt dat door sommigen alweer ontkend. In ieder geval hij kan met een propere lei beginnen. Hopelijk weet hij waar te beginnen met deze myriade aan problemen en laat hij zich omringen door competente mensen in plaats van voetbalgekke voorzitters. Het intelligente voorstel van Kris Verbert op het platform van De Witte Duivel kan hierbij al een uitstekende leidraad zijn.

Of zou het Groothertogdom misschien naar ons lonken? Een BeLuxLiga. Het klinkt in ieder geval mooier dan BeNeLiga. En laten we ondertussen hopen dat Parys het binnenkort niet in Keulen heeft horen donderen. Maar alvast wel in Lier*.

 

* Een 15-tal supporters van Waasland-Beveren hoorde het letterlijk donderen en liep mogelijk gehoorschade op, omdat Lierse hooligans bommetjes naar het bezoekersvak wierpen. Opnieuw een wansmakelijke en schandalige daad van agressie in ons voetbal en meteen een eerste testcase voor de nieuwe CEO.

Share.

About Author

Paul Catteeuw (1956) bekijkt voetbal vanuit de tribune achter het doel. Hij houdt zo de vinger aan de pols voor wat naast de zijlijn gebeurt en probeert om er dwars doorheen te kijken. Soms vol nostalgie, soms vol verwondering, maar meestal met een vleugje ironie.

Leave A Reply