Straffe verhalen (7)

Het Portugese voetbal wordt al decennia gedomineerd door drie clubs: Benfica, FC Porto en Sporting Lissabon. Samen zijn ze goed voor 83 titels. In de naoorlogse periode werd slechts twee keer de hegemonie van de G3 gebroken. In 1946 waren Belenenses en in 2001 Boavista de uitzonderingen. Plots heeft Portugal echter een nieuwe topclub: Famalicao.

Buiten Portugal heeft wellicht niemand ooit gehoord van de club uit Vila de Famalicao. Het is van 1994 geleden dat de ploeg nog in de Primeira Liga speelde en tot vier jaar geleden vertoefde de club uit het noorden van het land in derde klasse.

Vorig seizoen werd in de Segunda Liga nog gelijkgespeeld tegen het beloftenteam van FC Porto (de Portugezen zijn immers wel zo slim om de jeugdteams van de topclubs ervaring te laten opdoen in het profvoetbal). Hoe dan ook, Famalicao eindigde desondanks tweede en promoveerde.

Paços de Ferreira, dat één plaats boven Famalicao eindigde, bengelt na zeven speeldagen onderin in het nieuwe seizoen op het hoogste seizoen. Famalicao staat echter op kop, met 19 uit 21 punten. Volgend weekeinde staat de onverwachte topper met FC Porto op het programma. Dan moet blijken of de nieuwkomer tot een echte titelkandidaat kan uitgroeien.

Of we blij moeten zijn met de opkomst van Famalicao is een andere vraag. De opmars van de club is immers te danken aan de financiële inbreng van de Israëlische miljardair Idan Ofer. De Quantum Pacific Group, die ook een derde van de aandelen van Atletico Madrid bezit, heeft Famalicao voor 85 procent in handen. Bovendien dragen alle transfers de handtekening van supermakelaar Jorge Mendes.

Geld dreigt dus weer eens de voetbalorde op zijn kop te zetten. Gelukkig blijft voetbalkennis toch ook bijzonder belangrijk. Marc Coucke moet misschien maar eens naar Famalicao bellen voor raad.