In het laatste voorportaal van de Europa League strijkt Antwerp donderdag 22 augustus neer in Enschede, op bijna 200 kilometer rijden van de thuishaven van tegenstander AZ. Dichterbij kon de club uit Alkmaar geen stadion vinden. AZ moet zelfs vrezen voor een veel langere zoektocht, gedwongen door het noodlot toen op zaterdag 10 augustus in Alkmaar een fors deel van het tribunedak instortte. Een nieuw hoofdstuk in een opmerkelijke reeks extra-sportieve lotgevallen in de historie van de provincieclub uit Noord-Holland.
De storm, met windkracht 8 Beaufort, kreeg de schuld toen het dak recht tegenover de hoofdtribune op die zaterdagmiddag rond 5 uur in elkaar klapte. In het stadion was niemand aanwezig. Kort daarna werd al duidelijk dat gebreken in het stadion, met de naam AFAS Stadion, hadden bijgedragen aan de crash. De Onderzoeksraad voor Veiligheid rapporteerde al dat gevreesd moet worden dat door falende lasverbindingen ook andere delen van het stadion kunnen instorten. Vooralsnog luidt de conclusie dat AZ aan een veel ernstiger ramp is ontsnapt.
DEN HAAG
Zowel het verleden van het stadion als de toekomst houdt de club nu bezig in een nieuwe overlevingsstrijd. Wanneer het weer verantwoord wordt in eigen stadion te spelen, is nog ongewis. Waar AZ voor zijn thuiswedstrijden terecht kan, is de vraag. Voor het duel met Antwerp had AZ het liefst opnieuw het stadion van ADO Den Haag verkozen, net als voor de twee meest recente thuiswedstrijden; 80 kilometer rijden ten zuiden van Alkmaar.
Het kunstgras in Den Haag laat wel een wedstrijd extra toe, ook daags nadat ADO zelf thuis heeft gespeeld. De Johan Cruijff ArenA was kennelijk niet beschikbaar voor AZ, het Olympisch Stadion in Amsterdam wordt niet meer gebruikt voor voetbal en de overige faciliteiten zijn daar ontoereikend. Heerenveen, 120 kilometer naar het noorden, werd ongeschikt bevonden omdat er aan de Afsluitdijk wordt gewerkt.
VERBOD BURGEMEESTER
Daar sta je dan als ontheemde club met supporters die zelden in opspraak komen. Anders ligt dat met de fans van ADO Den Haag, die al met diverse andere supporterskernen de strijd zijn aangegaan. Daarom haalde burgemeester Krikke van Den Haag een streep door het verzoek van AZ om ook tegen Antwerp in het stadion van ADO te kunnen spelen. De burgemeester wees op het bondgenootschap van de ADO-aanhang met fans van Club Brugge en verbood op voorhand de komst van AZ en Antwerp, bevreesd voor dreigende confrontaties met Belgische hooligans.
Zodoende is AZ nu uitgekomen in Enschede. Wat dit betekent voor andere gevoelige thuiswedstrijden van AZ moet worden afgewacht. Supporters van Ajax zijn al niet welkom in Den Haag, voor duels met Feyenoord geldt verhoogde waakzaamheid. Den Haag wil de risico’s aan het gastheerschap liefst zoveel mogelijk beperken.
De sluiting van het stadion in Alkmaar treft niet alleen de supporters en sponsors van AZ. Ook de spelers en technische staf balen ervan. Nu moeten ze voor elke thuiswedstrijd in de bus, zijn ze hun vaste rituelen kwijt en is het elke keer opnieuw aanpassen. Een extra complicatie is nog dat AZ-directeur Robeet Eenhoorn de beoogde (maar nog niet zo uitgesproken) nieuwe directeur van Feyenoord is en nu niet weg kan uit Alkmaar zolang het stadiondossier alle zorg opeist.
Pikant in deze is dat AZ donderdag thuis speelt in de Grolsch Veste, het stadion van FC Twente waar bij een uitbreiding in 2011 een dak instortte, met als gevolg twee doden en 14 gewonden. Toen al lag het ook daar aan een gebrekkige dakconstructie.
BEROEPSVOETBAL
In Alkmaar past het ingestorte tribunedak in de grillige clubgeschiedenis van het plaatselijke voetbal. Totdat betaald voetbal in 1954 zijn intrede deed in Nederland, speelde het plaatselijke Alkmaar nooit een rol van betekenis. Avonturiers, lonkend naar het profvoetbal, waren er wel in de kaasstad. Zo beleefde Alkmaar op 14 augustus 1954 de allereerste wedstrijd in een nieuwe competitie van de Nederlandse Beroepsvoetbalbond: Alkmaar ’54 tegen Sportclub Venlo (3-0) voor 14.000 toeschouwers, wild voetbal buiten de KNVB om. Drie maanden later kwam daaraan een einde toen de beroepsvoetballers opgingen in een fusie met de KNVB.
Voor Alkmaar was in het officieel ingevoerde betaald voetbal lange tijd slechts een bescheiden rol weggelegd. Ook na een fusie in 1967 met het naburige FC Zaanstreek, tot AZ ’67, wilde het niet snel vlotten. De ommekeer volgde nadat twee ondernemers, de broers Klaas en Cees Molenaar, zich over de club ontfermden en daarmee een faillissement voorkwamen.
TRAINERS
Onder trainers als Hans Kraay en Georg Kessler kwamen de eerste successen met spelers als Willem van Hanegem, Jan Peters, Kees Kist, John Metgod en Ronald Spelbos. In 1981 werd AZ zowel landskampioen als (verliezend) finalist in het toernooi om de UEFA Cup. Bovendien won het dat jaar de KNVB-beker.
De hoogtij bleek van tijdelijke aard. In 1988 degradeerde AZ, dat in 1986 het aanhangsel ’67 had geschrapt, uit de Eredivisie. De redding kwam van Dirk Scheringa met zijn financieringsbedrijf DSB. Onder zijn bewind keerde AZ in 1998 voorgoed terug in de Eredivisie. Met trainers als Co Adriaanse, Louis van Gaal, Ronald Koeman, Dick Advocaat en Marco van Basten ging het weer meetellen, met als hoogtepunt het landskampioenschap in 2009 onder Van Gaal.
FAILLIET
AZ had zich toen al, vanaf 2006, genesteld in het nieuwe stadion, dat aanvankelijk de naam DSB-stadion droeg. Drie jaar later ging DSB failliet. Het bankroet raakte niet alleen AZ als club. In het hele land bleken klanten van het bedrijf financieel gedupeerd te zijn door de handelingen van AZ-voorzitter Scheringa. De reputatieschade sloeg terug op de club, die ternauwernood de problemen te boven kwam.
Achteraf bleek dat Scheringa ook bij de bouw van het stadion zijn invloed had aangewend. Op zijn aandringen moest er bij de bouw voor 10 miljoen euro worden bezuinigd. Het stadion, dat aanvankelijk deel uitmaakte van de failliete boedel van DSB, kwam uiteindelijk in handen van AZ.
JEUGDOPLEIDING
In die nieuwe omgeving heeft de club zich op bewonderenswaardige wijze kunnen ontwikkelen tot een van de meest attractief spelende clubs van Nederland, niet in het minst dankzij de talenten die het in de regio rond Amsterdam opvist, buiten het zicht van Ajax. In het polderland van Noord-Holland heeft AZ inmiddels een modern jeugdopleidingscomplex gerealiseerd, voor 10,5 miljoen, waaruit het elk jaar nieuwe talenten kan laten doorstromen naar het eerste elftal.
Daarom moet niemand vreemd opkijken als ook donderdag tegen Antwerp het merendeel van de spelers van AZ uit eigen kring voortkomt. Het is een bijzondere ontwikkeling bij een club die een verleden vol financiële kunstgrepen met zich meedraagt.
TWITTER @hmees
4 reacties
Pingback: https://skladchina.com/proxy.php?link=https://phforums.co.za/
Pingback: รวมเกมไพ่ออนไลน์ทุกรูปแบบ ทุนน้อยก็เล่นได้
Pingback: chat rooms
Pingback: สล็อตเว็บตรง เปิดโหมดเกมฟรี