Geen bal geraakt, maar fantastisch gespeeld
Na de blamage van de vorige Europese speeldag werd het een topweek in de Europese bekers voor onze clubs. Dat werd het helaas niet voor onze sportjournalistiek. Misschien moet op elke redactie een tegeltje opgehangen worden met de boodschap: ‘Een reporter is geen supporter’.
Na de rammelingen van twee weken terug in de Champions League (Bayern München-Club Brugge 4-0, Union-Inter 0-4) zorgden onze clubs op speeldag 4 voor eerherstel. Club Brugge speelde zowaar gelijk tegen Barcelona (3-3) en de landskampioen ging eervol ten onder bij Atletico Madrid (3-1). Mits een beetje goede wil, kon het zelfs aanspraak maken op een gelijkspel. Om de week helemaal in de verf te zetten, ging ook Racing Genk winnen bij Braga in de Europa League (3-4). Zelfs dat heette weer een stunt: winnen tegen een provincieclub uit Portugal die zevende staat in de competitie.
Het gevolg was dat de slinger in de commentaren op de sociale media weer helemaal de andere kant uitging. De coëfficiëntenpolonaise draaide plots op volle toeren. Met Braga werden punten afgepakt van rechtstreekse concurrent Portugal en de Nederlandse clubs bakten er deze week zo goed als niets van. Napoli, de Italiaanse kampioen, een pak voor de broek geven (PSV) lukt immers niet iedere week.
Het goede nieuws is dat onze clubs nog steeds tot de top van de B-landen behoren. Op een topdag kunnen ze zelfs de Europese elite het leven zuur maken. Dat Barcelona en Atleti een kommervolle avond beleefden, betekent echter niet dat onze clubs met de top van La Liga kunnen wedijveren of dat het Spaanse voetbal in verval is. Wel dat die topclubs bepaald geen topavond hadden.
Scorebordjournalistiek
Les 1 van de voetbaljournalistiek: nooit conclusies trekken op basis van één wedstrijd. En al zeker niet op basis van het resultaat, dat heet scorebordjournalistiek. Het had in Brugge helemaal anders kunnen aflopen. Zonder VAR was het 4-3 geworden, maar ook 3-6 had gekund: Barça vond drie keer het doelhout op zijn weg.
De Club Brugge-Barcelona van november 2025 zullen we niet snel vergeten. Het was een van de meest vreemde wedstrijden die ik ooit live zag en dat moeten er stilaan toch zo’n 5.000 zijn. Wat blauw-zwart betreft zou je de match in één zin kunnen samenvatten: geen bal geraakt, maar fantastisch gespeeld. 24 procent balbezit is ontluisterend weinig, maar desondanks drie keer scoren – en het had ook zonder de VAR meer kunnen zijn – is fenomenaal. Het betekent dat je ronduit schitterend gecounterd hebt.
En dat de tegenstander defensief niet bij de les was. Franky Van der Elst had woensdag even veel reden om een brief naar Herr Flick te sturen als vorig seizoen na de uitschakeling van de Catalanen in de Europese halve finale tegen Inter. De naïviteit, sorry dwaasheid, waarmee Barcelona in Brugge verdedigde – of beter gezegd niet verdedigde en een zee van ruimte in de rug van de defensie creëerde – was onbegrijpelijk in het moderne topvoetbal.
De Spaanse pers maakte dat op de persconferentie achteraf ook een paar keer overduidelijk. Hansi Flick kon het niet nalaten te zeggen dat hij op die vraag al gereageerd had. De Duitser was ook helemaal niet onder de indruk van het gelijkspel in Jan Breydel. ‘Dit is de Barça-way’, zei hij onverstoord. ‘Dit is ons DNA. Zo spelen wij en niet anders. Zodra Rapinha en enkele anderen weer fit zijn, komt alles goed.’ Rapinha en de meeste van die anderen zijn aanvallers, geen verdedigers. Kortom, met hen erbij had Club misschien ook drie keer gescoord maar Barça minstens vier keer, zo redeneerde hij.
Chauvinistisch
Club-Barça was een onwaarschijnlijke wedstrijd in een overweldigende sfeer. Niet simpel als je live commentaar moet geven of voor de deadline een doorwrocht verslag moet doorsturen. Het mag echter geen reden zijn om te vergeten wat je opdracht is: waarheidsgetrouw verslag uitbrengen van de gebeurtenissen. Niets meer en niets minder. Dat betekent in alle omstandigheden je ‘cool’ bewaren. Niet meegaan met de sfeer in het stadion.
‘We mogen toch een beetje chauvinistisch zijn’, stuurde een goede vriend/ex-collega/Club-supporter me een paar uur na de match. Absoluut niet. Het woordenboek maakt het al meteen duidelijk: chauvinisme is ‘overdreven liefde voor het eigen land’. Overdreven is nooit goed. Maar vooral: hoe kan je volgend weekeinde nog geloofwaardig zijn bij een wedstrijd in de nationale competitie als je een paar dagen geleden met een gekleurde bril verslag hebt uitgebracht of gezegd of geschreven hebt wat de luisteraar, kijker en lezer graag wil horen of lezen?
We willen allemaal aardig gevonden worden en dat geldt ook voor sportjournalisten. Vooral in de huidige voetbaljournalistiek waar bijna elke reporter tot clubwatcher wordt gebombardeerd, is dat een probleem. Als je elke dag bij dezelfde club, bij dezelfde mensen moet langskomen, ga je alles onbewust een beetje door hun bril bekijken. Vooral omdat je hen nodig hebt voor interviews en nieuws. Zonder het zelf te beseffen wordt de clubwatcher, in mindere of meerdere mate, een clubsupporter.
Als je club het niet goed doet, betekent dat immers dat je kritisch moet zijn en dan word je scheef bekeken als je langs het trainingsveld verschijnt, krijg je al eens een sneer of de opmerking dat je wat positiever moet zijn als je nog eens een interview wilt. En dan is er nog je lezer die vaak boos is als je negatieve dingen schrijft of zegt over zijn club. En op de koop toe nemen veel te veel hoofdredacties de sportjournalistiek niet ernstig en vinden ze dat op de sportpagina’s alleen vrolijk nieuws moet staan.
Interpretaties
Binnen die context moeten we de reacties op het afgekeurde doelpunt van Romeo Vermant tegen Barcelona kaderen. Floris Geerts en Tom Boudeweel (ik kan me niet herinneren dat het hem ooit nog is overkomen) leken plots twee rijen vooruitgeschoven op de tribune en tussen de blauw-zwarte fans te zitten, hoorde ik achteraf.
Het voetbalreglement zou ook de titel ‘Interpretaties’ kunnen hebben. Bijna elke fase is voor interpretatie vatbaar en dat geldt zeker ook voor het duel tussen Romeo Vermant en de Poolse doelman van Barça. De meningen zijn en blijven verdeeld, soms ook tussen mensen die van geen van beide clubs fan zijn. En dus is het geen ‘clear and obvious error’, vonden sommigen. De VAR had niet hoeven tussen te komen.
Zo werkt het niet. De arbiters in het Zwitserse Nyon kunnen geen peiling houden om te weten of de meningen verdeeld zijn. Het gaat erom of zij het een ‘clear error’ vonden. Dat volstaat. En als de ref dan zijn eigen mening herziet – Anthony Taylor behoort tot de absolute wereldtop – dan mag je toch wel aannemen dat de uiteindelijke beslissing de (meest) juiste is. Als je met een gestrekt been naar de keeper vliegt, riskeer je een overtreding.
Het pleit voor Floris en Tom dat ze de ochtend na de feiten beseften en toegaven dat ze over de rooie (of was het in dit geval de blauwe?) waren gegaan. Het is hen vergeven. Het is niet gemakkelijk om in alle omstandigheden professioneel en afstandelijk te blijven. Maar het kan dus wel. Ik las immers dat Peter Vandenbempt en Gert Verheyen geen seconde de beslissing in twijfel hadden getrokken.
Niet toevallig refereerde Peter in zijn reactie in de krant aan het afgekeurde doelpunt van Marc Wilmots op het WK 2002 tegen Brazilië. Met de hier te lande beruchte ref Prendergast. Voor sommigen (vooral Belgen) geen fout, maar als je bij een kopbal je arm in de nek van een tegenstander legt kan (en moet) je een overtreding tegen krijgen.
Grootvaderlijke raad
Tot slot nog deze ‘grootvaderlijke’ raad: vraag je (ook en vooral als supporter) af wat je zou vinden als je de teams zou wisselen. En de velen die op de sociale media beweerden dat het niet waar zou zijn geweest als dit aan de overkant (bij de topclub dus) was gebeurd, weet dan dat de volgende weken de aanhang van, ik noem maar wat clubs, Dender, Zulte Waregem, Westerlo of STVV, dat ook met zekerheid zullen weten als ze tegen jouw topclub spelen.