Nee, een tweede plaats op de 5000 meter is niet fenomenaal, laat staan waanzinnig, zoals ik vanmiddag in diverse Belgische media hoorde en las. Evenmin als die vice-wereldkampioen een Belg is, aangespoeld of niet. Bijzonder is het wel. Isaac Kimeli was jong en ongewis toen hij uit Kenia in ons land arriveerde, ontdekte bij toeval zijn looptalent en bouwde een mooie carrière uit. Alles wees erop dat het daar zou bij blijven, tot hij een paar weken geleden, op éénendertigjarige leeftijd, plots als een komeet aan de hoge atletiekhemel verscheen. Alleen de Amerikaan Cole Hocker, als 1500 meterspecialist gezegend met een scherpe eindspurt, kon hem vanmiddag bijbenen. Even indrukwekkend was het commentaar van Kimeli: een terugblik op harde en vaak eenzame trainingsmaanden op grote hoogte en een klacht tegen racisme dat hem heeft getroffen. Een aandoenlijke getuigenis.
Balans
De Belgische estafetteteams sneuvelden eervol aan de voet van het podium. De mannen waren de beste Europeanen, de vrouwen moesten, zo bekeken, slechts Nederland, met onder anderen Femke Bol, laten voorgaan. In het bijzonder Naomi Van den Broeck en Imke Vervaet kunnen op een treffelijk niveau terugblikken. Eind goed, al goed. Maar daar komt de uitgebreide Belgische ploeg niet mee weg. Niet weinig van de bijna vijftig atleten zakten door het ijs. Het doel, twee medailles, werd bereikt, maar een beetje atletiekkenner neemt de gemengde estafette niet au sérieux. Ter vergelijking: Nederland veroverde zes keer goud, zilver of brons. Povere resultaten, diepe bestuurlijke malaise: de Belgische atletiek verkeert in zwaar weer. Niet alleen bondsleiders, coaches en atleten moeten eens in de spiegel kijken. Dat bijvoorbeeld de sportpers al die jaren Nafi Thiam heilig en onaantastbaar verklaarde is de atlete en de Belgische atletiek evenmin ten goede gekomen.
Stormachtig
Deze wereldkampioenschappen haalden een ongezien niveau. De eerste olympische sport heeft zich de afgelopen vijf tot tien jaar stormachtig ontwikkeld. Dank zij wonderschoenen, almaar snellere banen, revolutionaire trainingsmethodes, bicarbonaat als dam tegen verzuring enzovoort. Wie blonken het meest uit? Mondo Duplantis, natuurlijk, Emmanuel Wanyonyi, Melissa Jefferson-Wooden, Sydney McLaughlin-Levrone, Beatrice Chebet en, op het nippertje, Noah Lyles. Opvallend: de Keniaanse vrouwen wonnen alle wedstrijden van de 800 meter tot de 10.000 meter, plus nog wat zilver en brons op deze vijf afstanden. Maar waarom lieten de eertijds zo gevreesde Keniaanse afstandslopers het afweten? Evenals de voltallige Ethiopische ploeg, mannen èn vrouwen. Waar is de ouderen ( Haile Gebrselassie, Kenenisa Bekele ) fierheid gebleven? Gevolg van deze Oost-Afrikaanse implosie: één gouden, één zilveren en twee bronzen medailles voor Europa in de 5.000 en de 10.000 meter, alsof de voorbije vijfendertig jaar in de plooien van de tijd zijn verdwenen. Nog dit: zoals ik al aangaf lieten de beste marathonlopers ter wereld dit toernooi links liggen met het oog op een of andere financieel aantrekkelijke stadsmarathon. Berlijn opende vanochtend de reeks. De Keniaan Sabastian Sawe, op dit moment de nummer één in de wereld, won er bij 25 graden in een uitstekende 2.02.16. Bashir Abdi neemt midden oktober deel aan de marathon van Chicago.