dinsdag, oktober 22

Over balletje hooghouden – Rob Siekmann

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Argentinië

In het eerste artikel over Diego Maradona in een landelijke krant, ‘Clarín’ (1971) stond onder de kop: ‘Met de houding en klasse van een crack’: ‘Hij is links, maar weet ook zijn rechter te gebruiken. Diego Maradona, tien jaar pas, verdiende gisteren een warm applaus in de pauze van de wedstrijd tussen Argentinos en Independiente, omdat hij pronkte met zeldzame kunde bij het “jueguito” (het hooghouden van de bal). In een T-shirt dat net iets te ruim bemeten was en met een pony die onmogelijk over het hoofd kon worden gezien leek Dieguito wel afkomstig uit een braakliggende wijk uit tijden van weleer. Hij lijkt geen kind van nu, maar dat is deze geboren voetballer wel. Hij toonde die typisch Argentijnse liefde voor de bal waardoor ons land altijd grote spelers zal blijven voortbrengen.’

Veel kinderen kregen van hun moeder wat geld mee om na schooltijd mandarijnen van te kopen. Maar ze kochten er altijd te veel. De kinderen zaten snel vol en de nog halfvolle zak wilde niemand meedragen. De verleiding was bovendien te groot: de jochies haalden de mandarijnen uit de tas en begonnen ermee te spelen. Met hun voeten vooral. En vooral Leo. Naar huis lopen vanuit school, slechts een paar honderd meter, en een mandarijntje hooghouden. Er bestaat een video van Lionel Messi als twaalfjarige, in een parkje aan de oever van een rivier. Hij houdt van alles hoog, onder andere een sinaasappel. De herinnering aan vroeger. Er bestaat een foto met zijn oma en moeder, aan de oever van mogelijk dezelfde rivier. En voor hem een mooie plek, met wat gras, om te voetballen – om een mandarijntje hoog te houden, of een blikje, of een dennenappel. Niet alleen van school naar huis, of omgekeerd. Op elke wandeling: als er geen bal in de buurt was moest er iets anders worden gezocht.

Frankrijk

De gebroeders Pogba verwerven zich een zekere reputatie in de wijk. Zodra de school uit is, nemen ze bezit van het veldje en vermaken ze zich met het verfijnen van hun techniek terwijl hun vriendjes vol bewondering toekijken: de bal hooghouden met de linkervoet, de rechtervoet en het hoofd, dribbels en harde schoten op het doel.

Italië

Graziano Pelle: ‘Toen ik dertien jaar was, had ik een weddenschap op school met wat vrienden. Ik zei dat ik de bal duizend keer kon hooghouden. 

Toevallig was er een meisje in de buurt met een bal, een plastic ding, paars van kleur. Ik vergeet het nooit meer. Dus ik begon. 

Bij 1872 keer kwam de moeder van dat meisje haar ophalen en ben ik gestopt. Die weddenschap had ik gewonnen, maar ik lag 

daarna thuis wel drie uur op bed om bij te komen. Ik zag sterretjes en het was paars voor mijn ogen, zo geconcentreerd was 

ik bezig geweest met het hooghouden van de bal.’

Nederland

Sjaak Swart: ‘Ik kon ook koppend hooghoudend de hele straat doorlopen.’

Gerrie Mühren: ‘Het hooghouden van de bal beheerste ik op den duur zo goed dat mijn vader op een vrije middag besloot er eens goed voor te gaan zitten om te tellen hoe vaak ik de bal op mijn linker- en rechterschoen, en zo nodig op mijn hoofd, kon laten springen zonder dat hij de grond raakte. Er kwam geen einde aan. Terwijl ik met de minuut bleker van vermoeidheid werd, telde mijn vader rustig verder. Het zal de 3600ste keer zijn geweest toen mijn broer Arnold plotseling opdook en riep: “Gerrit, moeten we nog een partijtje doen?” Ik kopte de bal drie keer tegen de muur en liet mijn vader verbouwereerd achter.’ 

Louis van Gaal: ‘We speelden lantaarnpaal-lantaarnpaal. Bij dat spel moest je je eigen paal verdedigen tot de gele lettertjes en die waren hoger geschilderd dan onze lichaamslengtes van toen. Ik weet nog goed hoe ik dan met de bal op mijn hoofd naar die andere lantaarnpaal liep om hem erin te koppen, onder die gele lettertjes.’

Jeugdvriendje Marcel le Duc: ‘We speelden op het plein ook bij de zandbak. Daar liepen we omheen en deden we wie het vaakst de bal kon hooghouden. Nou, dat was wel honderden keren. Maar om het moeilijker te maken moest je daarbij om de zandbak heen lopen en tussen de twee banken dooor die naast de zandbak stonden.’

Portugal

Een buurman herinnert Cristiano Ronaldo zich als een knulletje dat de godganse dag op straat met zijn bal in de weer was. ‘Die jongen haalde er allerlei adembenemende trucjes mee uit. Hij leek hem wel aan een touwtje te hebben. Ik heb hem de dop van een plastic flesje ontelbare keren zien hooghouden, en daarna het flesje zelf, zonder dat ze een keer de grond raakten.’

Spanje

Toen hij zeven jaar was, ging Pep Guardiola naar een katholieke school op een paar kilometer van huis. Op het schoolplein werd hij nog steeds als eerste gekozen bij het voetballen en vaak was hij de enige deelnemer aan een van zijn favoriete spelletjes: de bal hooghouden. Hij deed het in zijn eentje, omdat het geen zin had om er een wedstrijdje van te maken: niemand kon van hem winnen.

Bal-hooghouden is een individuele oefenvorm in het straatvoetbal. In Volendam had Gerrie Mühren in zijn jeugd het dorpsrecord hooghouden (3467 keer) in bezit.

Er werden onderlinge wedstrijdjes in hooghouden gehouden. De bal werd met van alles hooggehouden. En ook al lopend. Vermoeidheid speelde een rol, het was fysiek en mentaal uitputtend wanneer de bal in opperste concentratie duizend of meer keer werd hooggehouden.

Marco van Basten hield er een heel bijzondere manier van hooghouden op na. Op de camping trapte hij de bal over een kabel  die op drie meter hoogte tussen twee lantaarnpalen was gespannen. Hij liep dan heen en weer onder die kabel om hem eroverheen terug te schieten. Dat hield hij wel anderhalf uur vol.

Tegenwoordig is balletje hooghouden onderdeel van het freestyle voetbal: op allerlei mogelijke, denkbare en ondenkbare manieren, in alle standen, met elk los of vast lichaamsdeel.

Rob Siekmann

Share.

About Author

Regelmatig publiceren we artikels van eenmalige gastschrijvers. Ook zin om een artikeltje te plegen? Neem contact op met info@dewitteduivel.com en bezorg ons jouw tekst.

Leave A Reply