zondag, december 22

Scoort Messi tegen Juventus doelpunt 575 in wedstrijd 710?

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Op dinsdag 12 september 2017 staat een Champions Leagueklassieker van de jongste drie jaar op de agenda: FC Barcelona ontvangt Juventus. In 2015 versloegen de blaugrana de bianconeri in de finale met 3-1. Vorig seizoen schakelde de Oude Dame Barça uit na een 3-0 zege in Turijn en een 0-0 in de Catalaanse hoofdstad. Messi dikte met zijn hattrick tegen Espanyol zijn Barçatotaal aan tot 516 eenheden in 589 officiële partijen. Met Argentinië is goed voor 58 goals in 120 duels. Als Leo tegen Juve juicht voor een doelpunt, dan staat nummer 575 op de teller. Naar aanleiding van zijn 500 ste doelpunt voor Barça gaf ik deze impressie over de ‘beste voetballer uit de geschiedenis’. We diepen ze nog even voor u op.

Een mijmering over Messi bij zijn vijfhonderdste doelpunt

Vijfhonderd doelpunten voor één vereniging. Wie doet dit hem na in de moderne voetbaltijden? 500 goals in 577 wedstrijden voor FC Barcelona. En was er een mooier scenario denkbaar om nummer 500 te scoren: vrijwel in de laatste seconde de winnende treffer aantekenen tegen aartsvijand Real in Bernabeu? Bovendien met de nodige symboliek: net voor 25 april 2017. Vandaag zou Johan Cruijff zeventig zijn geworden.

J.C., de Messi-as, de vader, de zoon en de heilige geest: dichter bij het spirituele voetbalopperwezen komt men niet.

Een mijmering over Messi.

Een voetballende Bach

Is Messi de voetballende Bach? Dat beweert althans de beste Bachinterpretator ter wereld. Joao Carlos Martins (1940) – Braziliaan uit Sao Paulo en oprichter van de Stichting Bachiana Filarmonica die kinderen uit de favela’s leert luisteren naar klassieke muziek – vergelijkt Lionel Messi met Johann Sebastian Bach. En Bach met Messi: “Omdat hij zijn melodieën componeerde als synthese van muzikale stijlen voor hem. En evengoed inzicht gaf in wat zou komen. Bach was wat Bill Gates niet voor elkaar kreeg: een computer met een ziel. Zijn muziek was pure mathematiek en tegelijk pure emotie. Messi is een man van de intense aandacht zoals Bach. En tevens de synthese van Di Stefano, Pelé en Maradona. En van wat het topvoetbal na hem zal te bieden hebben.” Dat vertelde Joao Carlos Martins dus in het boek ‘Messi. Elegi Creer!’, vrij te vertalen als: ‘Messi. Een keuze om in jezelf te geloven!’ dat door Ediciones Pampa Barcelona in 2014 werd gepubliceerd ten voordele van de Fundacio Leo Messi. Interessante theorie over Messi en Bach, een Braziliaanse nog wel.

Lionel Messi (Rosario, Argentinië, 24 juni 1987). Nummer één van het wereldvoetbal anno lente 2017. Ook wel anno 1850. Of anno 1900, anno 1950, anno 2000. Is er ooit een betere voetballer geweest tussen de eerste officiële kick-off van pakweg Queens Park uit Glasgow rond 1867 en zijn 500 ste doelpunt voor FC Barcelona op 23 april 2017? Messi is van ons allen. Hij voetbalt. En hoe! Is er ooit een betere voetballer geweest? Lionel Messi, Messi Lionel. Pelé. Cruijff. Maradona. Messi. De trap der Darwiniaanse voetbalevolutie. Maar wie is Messi? Top Twee der Magical Messi Moves? Het begon met zijn ‘Maradoniaanse’ solo op 18 april 2007 in de halve finale van de Copa del Rey tegen Getafe: vertrek met bal aan de voet aan de rechterzijlijn ter hoogte van het middenveld; glippen tussen twee tegenstanders in; versnellen, nog eens versnellen en drie andere verdedigers voor paal zetten; uitwijken en doelman dribbelen. Het eindigde voorlopig op 23 april 2017 in ‘El Clasico’ in het Estadio Bernabeu met de hoogintelligente vieracter Roberto-Gomez-Alba-Messi. Leo met links, tussen paal en doelman, met een onhoudbare precisie. Van de improviserende adolescent van twintig tot de overzicht houdende rijpe man van bijna dertig.

De Guardiolagreep op Leo ontstond in Madrid

“Messi is het beste wat ik in mijn leven heb gezien”. Een citaat van Josep Guardiola. Het duurde even eer zij elkaar écht ontdekten.  Het begin verliep zelfs echt stroef. Messi draaide pas op zijn hoogste toerental nadat Guardiola ontdekte hoe hij het liefst speelt: net niet in de spits, zwervend in de vrije ruimte, in de omgeving van het doel maar ook bereikbaar voor subtiele doorsteekjes van Iniesta en Xavi. Hij voerde het eerste experiment uit, vanuit een merkwaardige moed, tijdens Real – Barcelona op 2 mei 2009. Hij stuurde Eto’o en Henry van de midvoorpositie naar de flank en liet Messi door het midden komen. Het resultaat mocht gezien worden: 2-6. Daar was flink wat overtuigingskracht voor nodig geweest.

Toen rijpte bij Guardiola de gedachte om een ‘axioma der tactiek’ een nieuwe formulering te geven: hij morrelde aan het dogma dat de spelmaker de ‘wijde zijde’ moest opzoeken voor de minder getalenteerde spits. Hij keerde het om, al duurde het nog een seizoen want in 2009-’10 blokte Zlatan Ibrahimovic dikwijls de plaats voor Messi af. In de jaargang 2010-’11 hamerde Guardiola op concrete afspraken: Pedro en Villa houden het breed en Messi benut volop zijn techniek-op-speed in de laatste rechte strook naar de keeper. Barça mag dan anderen de wet dicteren door de creativiteit te structureren met een herhalingsmechanisme, tegen het verrassingseffect van Messi kan niemand zich verweren.

Mattias Manna leeft in de buurt van Rosario, waar Messi vandaan komt. Hij startte als twintiger met een blog over Pep: www.paradigmaguardiola.com

Geen mens ter wereld kent de methodiek van Pep Guardiola beter dan hij. Al mailend over alle tijdzones heen, tussen de Antwerpse Kempen en het Argentijnse Santa Fé, verneem ik dat hij verwachtte dat Guardiola de spirit van de Hollandse School, van het model van Johan Cruijff, zou herinterpreteren: “Guardiola gelooft in de genesis van Cruijff. Met Paradigma Barcelona ben ik de eerste verdediger van wat ik een ideologie noem: it’s a way of life. Wat is de essentie van FC Barcelona onder Guardiola geweest? Een andere wijze van voetbal propageren, een nieuwe cultuur promoten. Het Barça van Guardiola is een collectief verhaal voor voetballers met een verfijnde individuele actie. Daarvoor moet men zijn ego camoufleren, want er zit ook de beweging zonder bal bij en die komt ten goede van een partner. Bij de Argentijnse voetbalromantici zoals Menotti en Bielsa pikte Guardiola de binding op van natuurlijke nonchalance met oneindige herhaling, op het rekenkundige af. En het handhaven van de principes zelfs na een nederlaag. Tot het een paradigma wordt. Zo ontstond de Argentina-Barcelona-Connectie.”

De Argentina-Barcelona-Connectie: de ABC, het abc-van het voetbal met een knipoog naar Cruijff, het driehoekje van Barça. En van die ABC was Lionel Messi het middelpunt, het alfa en omega in één persoon. Dankzij de Guardiolagreep in Bernabeu.

Messi Clàssic in drie bedrijven én een lobje op de linkerpaal

Messi-Clàssic, we kiezen hier doelbewust voor het Catalaans, Messi-Clàssic dus, één: 10 maart 2007, FC Barcelona – Real Madrid. Het Real van Capello heerste over het kampioenschap en telde de dagen af. Na dik tien minuten vertroebelde de sfeer in Camp Nou: 0-2. Dan liet de nog negentienjarige knaap Messi een Xavi-assist tot volle rendement komen en tilde een door doelman Casillas onvoldoende behandeld schot onder de lat: 2-2. Real toonde meer maturiteit en rekende zich rijk: 2-3. In de slotseconden ondernam hij een ogenschijnlijk onmogelijke reboundpoging: 3-3. Het openbloeiende talent redde voor het eerst zijn elftal uit de brand in de derby.

Messi-Clàssic, twee: 2 mei 2009, Real Madrid – FC Barcelona. De ontaarding van Real in het eigen stadion: 2-6. Het vijfde doelpunt mocht Messi op zijn naam schrijven. Het was er ééntje van het spreekwoordelijke niveau van dertien in een dozijn. De actie nadien bleef wel in het geheugen gegrift. Hij trok een spurtje naar de camera, stak zijn shirt tussen zijn tanden en toonde de televisiekijker de tekst en de tekening op zijn witte ‘marcelleke’: een bloem met de woorden fragiel X-syndroom. Hij bracht zo de actie van zijn Foundation ten gunste van kinderen met deze genetische afwijking onder de aandacht. Daar stond de rebellerende adolescent die de Koninklijke een kaakslag uitdeelde en vervolgens vol lef een mediastunt op de eigen naam schreef.

Messi-Clàssic, drie: 20 april 2011, halve finale Champions League in Bernabeu. Real Madrid – FC Barcelona. Eerste helft bewezen de statistieken één ding, met name een verpletterend balbezitoverwicht van 82% in het voordeel der blaugrana. De witte muur begaf niet, doelkansen niet gezien. De match zat vast. In de 77 ste minuut begreep Messi een intelligente actie van Affelay: 0-1. Zeven minuten later prikte hij de bal net voorbij de halve maan naar Busquets. Die legde hem, zowaar, stil. Messi pikte hem mee en soleerde op volle snelheid en over een afstand van dertig meter met de bal aan de voet. Rondom hem: zes spelers van Real en doelman Casillas. Geen medemaat te bespeuren. Er geschiedde iets onalledaags. Ze stormden op hem af, maar hielden zich in. Lijdzaam, de moedeloosheid droop van de gezichten. De doodschop kwam niet, de beenuitschuiver evenmin. Messi dreef zijn snelheid op en scoorde. Een uitmuntende actie, maar niet exceptioneel.  De tegenstanders berustten vooraf in de eigen mislukking. Messi bereikte het niveau van de onderwerping. De Koninklijke wacht erkende haar nieuwe meester.

Messi-Clàssic, buiten categorie: 29 november 2010. FC Barcelona versus Real Madrid, Pep Guardiola contra José Mourinho: 5-0. Voor de gelovigen, de wederdoop van het voetbal; voor de atheïsten: een nieuwe stap in de evolutietheorie. De avond van de ‘change’. Where were you that night? De mythe van de manifestatie, de magie van het mysterie. Vergelijkbaar met speeches zoals ‘I have a dream’ van Martin Luther King of popfestivals genre ‘Woodstock, the summer of love and peace.’ Nadien was niets nog hetzelfde. Wat was het beeld buiten categorie van Messi? Niet zijn splijtende assist op Villa bij de 2-0; evenmin zijn individuele actie die Jeffren de 5-0 schonk; ook niet zijn deelname aan de 21 blaugranabaltoetsen die de 2-0 voor Pedro opende of zijn schuine voorzet waarop Villa nummer vier aantekende. Hét beeld buiten categorie in het Messi-Classic-verhalenboek openbaarde zich bij 0-0. Toen hij tussen vijf witte mannen in aan de buitenkant van de kleine rechthoek vanuit stilstand een lobje uit de voet schudde dat de binnenkant van de linkerpaal streelde. Mooier zo dan wanneer de bal in het net was beland.

Al is er intussen de magische grens van doelpunt vijfhonderd. Deze blijft voor altijd in de herinnering als een onmogelijk gewaande vertolking: 2-3 op enkele tellen voor tijd in Madrid, tegen de Koninklijke. Tranen bij deze schoonheid. Synthese én emotie in één persoon, zoals bij Bach: Messi.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Share.

About Author

Raf Willems (1960) noemt zichzelf voetbalschrijver met een boekenkast. Hij is uitgever en auteur van meer dan 40 boeken over ‘voetbal met een knipoog naar geschiedenis & samenleving’ en schreef voor het Nederlandse weekblad Voetbal International (1995-2000), de krant NRC Handelsblad (2001-2006) en de website Stichting meer dan Voetbal (2008-20014). Sinds 2014 Initiatiefnemer van voetbaldenktank & onlineplatform De Witte Duivel.