Nijlen, 16 juni 2018.
Beste François,
Ik keek gisteren met gemengde gevoelens naar België-Panama. Ik zag knappe doelpunten na enkele individuele hoogstandjes maar ik miste wel het flitsende combinatiespel eigen aan Duitsland en Spanje als die landen hun normale niveau halen. Daarom heb ik het graag even over mijn persoonlijke voetbalpassie: je weet dat ik tussen 1980 en 2005, tot mijn 45 ste, in meer dan zeshonderd wedstrijden het doel verdedigde van verschillende Kempense caféclubjes?
De Keeper. Met een hoofdletter, François. Eigenlijk vond ik ‘onze keeper’ de man van de match tegen Panama. Dat vloekt enigszins met jouw passage in je vorige brief waarin je verwachtte dat er ook zonder hem konden worden gespeeld. Ik dacht dat hij twee keer België echt behoedde voor een tegendoelpunt op een moeilijk moment in de match. Eerst bij een 1-0 stand. Vervolgens stond het weliswaar 3-0 maar mocht hij zich hebben misrekend bij de eerste save, dan zou het dus zomaar 3-2 kunnen geworden zijn op enkele minuten van het einde. Rare kronkel in deze redenering, dat besef ik François, maar je hebt hem neem ik aan.
Thibaut Courtois dus, als ‘redder der Belgen’. Enigszins pathetisch, zeker, maar helemaal in de geest van hoe tijdens Rusland 2018 ‘de keeper’ als een icoon wordt neergezet. Meer zelfs: ‘als de heroïsche eerste verdediger van het land.’ Niet voor niets siert het portret van Lev Yashin – de mythische man in het zwart en Europees Voetballer van het Jaar 1963 – de officiële affiche van dit wereldkampioenschap, François. Ik las hierover gisteren een fascinerend artikel in mijn favoriete krant Frankfurter Allgemeine Zeitung onder de kop ‘Abwehrkünstler’.
De FAZ had de pagina zelfs ‘horizontaal’ vorm gegeven om een prachtige olieverftekening uit 1934 ‘liggend’ tot zijn volle recht te laten komen: ‘De doelman’ van schilder Alexander Deineka – een beeld van een volledige zweefsprong – die valt te bewonderen in de Tretjakow-Galerij in Moskou. Moet je zeker eens bezoeken mocht je tijd hebben, François.
In het essay legt auteur Christian Kamp uit dat de bewondering voor de keeper nergens zo groot is geweest als in de voormalige Sovjet-Unie. Die visie ontstond in de vroege jaren dertig van de twintigste eeuw met onder meer het hierboven beschreven schilderij maar ook met de roman ‘Neid’ van auteur Juri Olescha en de film ‘Doelman van de republiek’ van cinéast Semen Timoschenko. Zowel in de roman als in de film is het hoofdpersonage een keeper die op heldhaftige wijze de oppermachtige Duitse tegenstander bedwingt. Hij symboliseert de figuur die zowel als eerste ‘het vaderland verdedigt’ als diegene die pal staat voor de ‘onoverwinnelijkheid van de Sovjet-Unie’.
Wist je, François, dat het kind Lev Yashin op zevenjarige leeftijd in de bioscoop keek naar de komedie ‘Doelman van de republiek’? De prent was immers een kaskraker en bevatte een populair liedje over ‘de keeper die de landsgrenzen bewaakt’. En hij verklaarde later dat het zijn keuze om tussen de palen te belanden beïnvloedde.
En toch veranderde Yashin zelf het clichébeeld van de doelman als ‘vaderlandsreddende patriot’. Hij regeerde met autoriteit en zelfbewustzijn en bepaalde het meedenken. Hij moderniseerde zijn vak en weigerde zich te laten ‘opsluiten in de zestienmeterzone’. Hij installeerde zichzelf als eerste aanvaller van het elftal en tijdens trainingen oefende hij op balcontrole om de psyche van de spits te doorgronden. Het weekblad France Football, François, schreef bij de overhandiging van Le Ballon d’Or in 1963: ‘Yashin, c’est la libération du poste.’
Tegelijk gedroeg hij zich als een individualistische mens. Hij zocht contact met andere topvoetballers uit zijn tijd en onderhield hechte vriendschappen met onder meer Eusebio, Pelé, Uwe Seeler en Bobby Charlton. Hij gedroeg zich tijdens de Koude Oorlog graag als ‘boodschapper van de vrede via het voetbal’. Dat werd door de autoriteiten van de Sovjet-Unie niet steeds naar waarde geschat.
Dit gezegd zijnde ben ik wel jaloers op de status die de keeper in Rusland geniet, François. En dan denk ik: geven wij onze doelmannen wel genoeg krediet? Met Christian Piot, Jean-Marie Pfaff en Michel Preud’homme had België tussen 1970 en 1995 drie keepers van wereldformaat. Wat heeft ons voetbal met hun erfgoed gedaan? Intussen zou België toch ‘het land der keepers’ moeten zijn om qua opleiding de wereld op dit gebied de weg te wijzen?
Thibaut Courtois kan zichzelf definitief aan deze lijst toevoegen als hij het perfecte WK zou spelen. Ik heb zo het gevoel dat Rusland 2018 zijn toernooi kan worden. Als hij zich zelfs tegen Panama – met enige zin voor overdrijving dat weet ik wel – kan opwerpen als ‘matchwinnaar’, dan belooft dat toch voor de volgende wedstrijden?
Met een hoofdletter dus, François: De Keeper.
Benieuwd naar je reactie.
Hartelijk,
Raf
5 reacties
Pingback: click to find out more
Pingback: diyala research
Pingback: https://dongythaytoan.org
Pingback: boat rental dania beach
Pingback: dumbbell sale Hempstead town NY