De ´schorpioentrap´ in het voetbal is een beweging waarbij de bal getrapt wordt door omhoog en naar voren te springen en de bal met de hak, de voetzool of de achterkant van de voet te schieten, over of langs het eigen lichaam heen.
De naam duidt op de omhooggaande beweging van been en voet, die aan de staart van een dreigende schorpioen doet denken.
De techniek kan staand uitgevoerd worden, maar ook vallend of met een zweefduik, wat een soort omgekeerde omhaal oplevert, waarbij de speler niet achterover maar voorover draait. De schorpioen wordt verdedigend en aanvallend gebruikt, veelal in de buurt van het doel.
De Paraguayaanse aanvalsleider Arsenio Erico voerde deze techniek als eerste uit, op 12 augustus 1934 in een wedstrijd in de Argentijnse competitie tegen Boca Juniors.
De beweging werd bij het brede voetbalpubliek bekend onder die naam door René Higuita, de keeper van het Colombiaanse nationale elftal, wiens bijnaam ´El Loco´ (de gek) was. De eerste keer dat hij deze truc uithaalde was op Wembley, in een vriendschappelijke wedstrijd tegen Engeland, op 7 september 1995.
Bron: Wikipedia, De vrije encyclopedie, onder het lemma El escorpión
Bij de schorpioen lijkt het erop dat de uitgelopen keeper door het vijandelijke afstandsschot wordt gepasseerd, maar dan steekt hij op het allerlaatste moment, goed getimed, zijn tot een staart verlengde achterlijf uit om de bal te keren.
Rob Siekmann
