vrijdag, november 22

Toen de voetballers nog spraken (2): Een avond met Sir Bobby

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Vorige maandag woonde, volgens de Engelse kranten, een ware mensenzee – met onder andere kroonprins William – de begrafenis bij van Sir Bobby Charlton. Het ex-icoon van Manchester United was mijn eerste idool en bezorgde me een van de mooiste voetbalavonden uit mijn carrière.

Ik was 9 toen ik op de radio hoorde dat het vliegtuig met de spelers van Man United bij het opstijgen na een tussenlanding in het besneeuwde München was gecrasht. De Busby Babes waren op 6 februari 1958 op de terugweg van hun kwartfinale bij Rode Ster Belgrado. Het 3-3 gelijkspel in de hoofdstad van Joegoslavië volstond na de 2-1 op Old Trafford voor een plaats in de halve finale van de Europese beker voor Landskampioenen, de voorloper van de Champions League.

23 mensen (bestuursleden, journalisten en acht spelers) verloren het leven. Bij de vele gewonden de legendarische manager Matt Busby en de pas 20-jarige Bobby Charlton.

Ik was enorm onder de indruk van de vliegramp en probeerde de weken nadien zo goed mogelijk te volgen hoe het de overlevenden verging. Een televisie hadden we thuis nog niet en de kranten en de radio brachten nauwelijks nieuws uit het toen nog ‘verafgelegen’ Engeland.

Ik hield aan de vliegramp mijn honger voor nieuws over en werd fan van de zwaar aangeslagen club. Tot tien jaar geleden kreeg je dan vaak het verwijt ‘een successupporter’ te zijn. Dat is nu (helaas) voorbij en was ook volstrekt onterecht. Tien jaar na München won Manchester United met Bobby Charlton en George Best Europacup I, maar in 1974 degradeerde de club uit de hoogste Engelse klasse en toen in 1993 een nieuwe landstitel volgde, was dat al 26 jaar geleden. Nadien domineerde Man U gedurende twintig jaar het Engelse voetbal en won het nog twee keer de Beker met de Grote Oren.

Ik had intussen Alex Ferguson leren kennen op de terugweg van Aberdeen, waar hij coach was. Hij kwam Waterschei, de tegenstander van de Schotten in de halve finale van de Europacup voor Bekerwinnaars, scouten in Brugge en spaarde met zijn assistent Archie Knox een taxirit naar het Olympiastadion uit. Bobby Charlton had ik leren kennen als ambassadeur van MasterCard en bij EK’s en Champions League-finales vertaalde ik zijn column voor de krant. Ferguson was/is een wat norse Schot, Charlton wellicht de liefste voetballer die ik ooit ontmoet heb. ‘A real gentleman’, zoals hij ook op het veld was, en altijd vergezeld van zijn vrouw.

In mei 1998 werd ik, samen met een groepje Europese collega’s, uitgenodigd voor een trip van Londen naar Newcastle en terug in het kader van de Engelse kandidatuur voor het WK 2006. Het bezoek eindigde op Wembley met de Cup Final tussen Arsenal en Newcastle (2-0). De avond voordien was er een afscheidsbanket in Lancaster House.

Toen ik de tafelindeling in handen kreeg, was ik even van de wijs (zie foto). Links van mij zat Alex Ferguson, rechts Bobby Charlton: de manager en het grootste icoon van mijn favoriete club. En in plaats van een korte babbel, die ik al meerdere keren met hen had gehad, zaten ze nu een hele avond naast mij aan tafel. Een avond om te koesteren, ondanks het eten. Glory, glory, Sir Bobby.

 

 

 

 

Share.

About Author

François Colin (1948) was achtereenvolgens rubriekleider voetbal en chef-sport van Het Nieuwsblad en senior writer van De Standaard. Na zijn pensioen in 2014 was hij tot 2021 columnist van SportVoetbalmagazine. Hij bracht verslag uit van twee Olympische Spelen, tien EK's en negen WK's voetbal en was aanwezig bij ruim driehonderd interlands van de Rode Duivels. Hij is auteur of co-auteur van een vijftiental boeken over de mooiste sport op aarde.

Leave A Reply