Wat het bijzondere was, hij had in Nederland geen eigen biografie. En dat vond ik merkwaardig. Want andere wereldvoetballers hebben die wel, van Pelé tot Lionel Messi. En ik weet-niet-hoeveel voetballers van veel mindere kwaliteit en betekenis.
Daarbij komt: we hebben in Nederland zoveel met hem te maken gehad, met de voetballer en de trainer Franz Beckenbauer.
Bovendien, zijn verhaal is veel interessanter dan dat van zoveel anderen, omdat hij op drie terreinen maatgevend is geweest en daardoor gedurende zijn hele leven relevant bleef: als speler waarbij hij behalve van wereldklasse ook innovatief was, als trainer waarbij hij gezaghebbend en een winnaar was, en als organisator of bestuurder waarbij hij zeer succesvol was.
En dan voor zo’n man geen alomvattend levens- en loopbaanverhaal? Onbestaanbaar!’
Bron: Ruud Doevendans, ‘Beckenbauer – Fenomeen tegen elke prijs’. 2025, blz. 666
Het is inderdaad frappant dat in Nederland nooit een biografie aan Franz Beckenbauer was gewijd. Zelfs geen vertaling uit het Duits is ooit over hem verschenen.
Alleen Marcel Rözer’s ‘Beckenbauer & Cruijff – De Keizer en de Verlosser’ zag in 2007 het licht: een vergelijkend dubbelportret.
Het is zelfs zo dat de enige (auto))biografie dIe eerder over een Duitse topvoetballer in Nederland is verschenen ‘Toni’ Schumacher’s ‘Aftrap’ (oorspronkelijke titel: ‘Anpfiff’, 1987) is geweest. Met als ondertitel: op de cover ‘Onthullingen over voetbalschandalen’.
Rob Siekmann