Wat maakt coachen van een nationaal team zoveel anders dan de rol van clubcoach? Zal Domenico Tedesco het beseffen? Speelde zijn gebrek aan ervaring in coaching de Rode Duivels parten op het EK? Op zijn 37ste al werd hij vorig jaar bondscoach van België na een bescheiden carrière als speler en slechts zes jaar actief als coach op serieus clubniveau. Hoeveel ruimer is daarentegen de bagage van Ronald Koeman, die het wél is gelukt zijn team naar de kwartfinales te gidsen.
‘Bij een nationaal team heb je veel minder tijd om aan een elftal te bouwen. Op een EK of WK kost het ook nog eens tijd om de puzzelstukjes te laten passen’, weet Ronald Koeman (61), bezig aan zijn tweede termijn als bondcoach van Oranje na een lange reis langs diverse topclubs, als speler en als coach.
Drie wedstrijden verstreken op Euro 2024 zonder dat het Nederlands Elftal indruk kon maken, zonder dat Koeman een formule vond die hem voldoening schonk. Bij de spelers ontbrak het vertrouwen daarin, de bondscoach was nog aan het zoeken. Vijf middenvelders, allemaal kandidaten om te spelen, zag hij met blessures afvallen. Pas in de achtste finales kreeg Oranje houvast. Het resulteerde dinsdag tegen Roemenië in een score die indruk maakte (3-0), in een wedstrijd waarin de Oost-Europeanen dapper begonnen maar snel hun moed verloren toen Cody Gakpo na twintig minuten toesloeg.
Ook Gakpo besefte hoe moeizaam aanloop van Oranje naar de achtste finales was geweest. ‘Iedereen brengt de speelstijl van zijn club mee. Dat gaat niet zomaar passen. Gelukkig zijn we nu weer een stukje verder’, zei de linkerspits die al drie keer scoorde op Euro 2024.
XAVI SIMONS
Ronald Koeman kon ditmaal tevreden zijn over zijn puzzelwerk. Koeman na afloop: ‘Het ontbrekende puzzelstukje was, denk ik, Xavi Simons. Ik vond hem de beste van allemaal, ik wil hem nu wel eens roemen. In deze rol voelt-ie kennelijk de vrijheid waarmee hij bij zijn club (RB Leipzig) regelmatig kan uitblinken. In een aanvallende, centrale rol met mogelijkheden om ook naar links uit te wijken. Met achter hem twee zessen (Schouten en Reijnders) kwam hij nu uitstekend uit de verf. Hij maakte ons vooral sterk met zijn positie kiezen tussen de linies.’
In zijn voorgaande 17 interlands moest Simons meestal vanaf de flanken opereren. Wat hij beloofde aan talent kon Simons in Oranje almaar niet waarmaken. Bij PSV baarde de 21-jarige aanvaller vorig jaar zoveel opzien dat hij een hoger niveau zocht en door Paris Saint-Germain werd verhuurd aan RB Leipzig. Ook in het voorbije seizoen kon hij niet overtuigen in Oranje. Niettemin behield Koeman zijn vertrouwen in Simons. Hij passeerde hem weliswaar voor de vorige (verloren) EK-wedstrijd tegen Oostenrijk, maar toen het met Joey Veerman daarin volstrekt misging, werd snel, na 35 minuten al, teruggegrepen op Simons.
Die wissel bood ruimte om Simons de rol te geven die hij dinsdag ook tegen Roemenië vervulde. Zwervend achter de aanvallers, met vrijheid om zich heen. Hij liet weliswaar een aantrekkelijke kans op 2-0 aan zich voorbij gaan, maar met een assist bij de 1-0 van Gakpo en na een knap, met veel intensiteit gewonnen duel droeg ook de derde Nederlandse treffer het assist-stempel van Xavi Simons.
DONYELL MALEN
Zowel 2-0 als 3-0,kwam op naam van Donyell Malen, de aanvaller van Borussia die buiten de ploeg was gelaten omdat Koeman bij het puzzelen de noodzaak van een ander type vleugelaanvaller had bedacht. Koeman: ‘Met Steven Bergwijn kregen we een speler die op rechts meer ruimte bood voor de aanvalsacties van Denzel Dumfries. De wedstrijd van de Roemenen tegen België had ons geleerd dat aan de linkerkant van de Roemeense verdediging kansen lagen.’
Bergwijn kwam slechts 45 minuten in actie, de kloof was geslagen en met Malen terug in de ploeg speculeerde Koeman op diens snelheid, die pas in de laatste tien minuten in de score tot uitdrukking kwam. Vrees voor een toevallige gelijkmaker kende Oranje ogenschijnlijk niet, hoe lang ook een hogere voorsprong uitbleef. Roemenië, de groepswinnaar in de poule van de Rode Duivels, bleek simpelweg te zwak, geïllustreerd ook met matig keeperswerk bij de openingsgoal van Gakpo.
In hoeverre Oranje nu kan meetellen in Duitsland, moet nog wel blijken na de winst op de Roemenen. ‘Als je onze hele selectie ziet, mag je toch zeggen dat wij een goed team hebben’, vond Donyell Malen, wat bevestigd werd door de commentatoren van de BBC: ‘De Nederlanders moeten weer serieus worden genomen.’
