donderdag, april 25

Ode aan Dries Mertens, doelpuntenrecordhouder FC Napoli – RW

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Dries Mertens: 122 doelpunten voor FC Napoli. En nu ook alleen recordhouder bij de club. Dankzij de gelijkmaker in de halve finale voor de Coppa Italia tegen Internazionale. Voor een leeg stadion, groter kan het contrast niet zijn met de evenaring van het record enkele maanden geleden.

Mooier kan een decor niet zijn voor de evenaring van een record. Voetballen tegen FC Barcelona in het eigen Stadion San Paolo. En mooier kan een doelpunt ook niet zijn: met zijn prachtige plaatsbal boven én achter Barçadoelman Ter Steegen kwam Dries Mertens met 121 doelpunten – in 308 wedstrijden – op gelijke hoogte van de ‘eeuwige clubtopschutter’ Marek Hamsik. Scoren tegen en à là Barça als hoogtepunt van een loopbaan.

Sinds de aankomst van Dries Mertens in de zomer van 2013 eindigde Napoli drie keer tweede en twee keer derde. Met uitzondering van het Maradonatijdperk presteerden de bianco blu nooit beter.

Mertensiaans. In navolging van Maradonaiaans. Op zoek naar de ‘unieke dribbel’ want inzake dribbelkunst kent Driesje zijn gelijke niet. Met veel zelfvertrouwen én zelfbeheersing. Weten wat men kan en het ook nog uitvoeren. In een Italiaanse stad bovendien, die aan zijn voeten ligt. Non sapete vi siete persi. Men past het klassieke Napolitaanse gezegde tegenwoordig niet langer op Maradona maar ook op Mertens toe. Vrij te vertalen als ‘je weet niet wat je mist’. Het stond na de eerste landstitel  van Napoli met Maradona in 1987 gekalkt op…de muur van de begraafplaats. Zo bewierookt men in de stad der contrasten – uitzicht op de mooiste baai van Europa met tegelijk rokende vuilnisbelten in de binnenstad – het optreden van D.M. Van Dries. Zoals bij Diego. Diego Maradona. D.M. Zelfde initialen als die van de beste dribbelaar uit de geschiedenis. Hij bracht Argentinië de wereldtitel en Napoli het landskampioenschap. Dries verloor de halve finale van het WK en greep net naast de scudetto. De vergelijking blijft een beetje overtrokken  en ook inzake populariteit komt de Belgische D.M. in de stad van l’arte d’arrangiarsi – de kunst van het overleven en het arrangeren – nog niet in de buurt van de Argentijnse. Maar het gezegde ‘Vede Napoli en poi muori’ – Napels zien dan sterven – heeft tegenwoordige een vleugje ‘Mertensiaanse schoonheid’ als toevoeging gekregen. Dat gebeurde na zijn meest spectaculaire match voor de ‘ezels’ – naar de mascotte van de Azzurri – in december 2016. Toen scoorde hij vier keer tegen Torino (5-3) en opende de krant Corriero dello Sport de vergelijking met de kop ‘Diego Armando Mertens’.

Coach Maurizio Sarri schonk hem zowel zijn transformatie als reformatie. Hij gaf de Leuvense ‘pleintjes-panna-boy’ die gemaakt leek om langs de lijn zijn kunstjes op te voeren een wedergeboorte als ‘diepe spits’ of ‘valse negen’. Nog beter: als ‘diepe spits’ én ‘valse negen’: zich laten zakken en ruimte maken voor zijn collega-pocket-aanvallers Insigne en Callejon én recht op doel gaan om zelf te scoren. En zo trok hij zijn gemiddelde van 11 doelpunten over alle competities als linkerflankspeler in de eerste drie seizoenen – wel vaak slechts als wisselspeler – op naar 21 als spits, met een piek van 28 in 2017. Toen miste hij op een haar na, Dzeko deed goal beter, de titel van topschutter.

Non sapete vi siete persi. ‘Je weet niet wat je mist’. Zo kijkt men dus tegenwoordig naar de opvoeringen van ‘Driesje’ in het ensemble van Maurizio Sarri, de eerste aanvallende vernieuwende coach van het Calcio sinds Arrigo Sacchi met het AC Milan van Marco van Basten op het einde van de jaren tachtig. Sarri dirigeerde Napoli naar flitsende combinaties die uitmondden in talrijke goals. Dankzij ‘D.M. de tweede’, met zijn ‘timing in de ruimte’ en zijn ‘dribbels’ tussen de lijnen. En toch, en toch: vaak vervloekte Dries de coach die hem naar een hoger niveau tilde. Het duurde immers bijzonder lang voor het de vaste titularis werd. Sarri zag in Mertens de ‘super joker’, de invaller er meteen stond en doelpunten of assists produceerde in het laatste kwart van de match. In het leven de meester van de kunst der relativering, toonde Dries hier zijn andere kant: hij werd bijzonder boos, klopte bij de coach op tafel en dreigde zelfs even met hem op de vuist te gaan. Na het vertrek van de Argentijnse spits Higuain, verhuisde Mertens van de flank naar de positie van ‘valse negen’. Van dan af viel alles in de juiste plooi.

In tegenstelling tot ‘D.M. de eerste’ brengt hij positieve publiciteit aan voor het door de Camorra – de beruchte maffiaclan – getergde imago van de stad.

Journalist Francesco De Luca noemde Dries ‘een wandelend reclamebureau voor Napels met mooie foto’s, positieve commentaren en kritische opmerkingen die ons een spiegel voorhouden.’ Zijn karakter viel in de smaak bij de Napolitanen want het schelmachtige van Diego zat toch een beetje in hem. Zij het dat dit gelukkig beperkt bleef tot een speelse variant. Driesje houdt van treiterige grapjes. Dat is althans de mening van voetbaljournaliste Anne Trieste van de krant Il Mattino. Ze bouwde een reputatie op met scherpe tweets en blogs en schonk Mertens de bijnaam ‘Ciro’. Dat is tegelijk de populairste voornaam in Napels en verwijst ook naar straatjongens die wel eens een streek durven uithalen. In de herfst van 2019 lukte hij zijn 116 de doelpunt voor I partenopei, de bijnaam voor de inwoners van Napels. Daarmee stak hij Maradona in de eeuwige ‘schutterslijst’ voorbij en belandde op de tweede plaats. Volgens Trieste is hij de lieveling van de massa omdat hij op hen gelijkt. Zelf wijst hij op het feit dat hij ‘nooit een rol speelt.’ En dat de mensen zien dat hij zich amuseert.  En tegelijk is winnen een obsessie voor hem. In het voordeel van FC Napoli haalt hij dingen uit waarvoor hij zich later schaamt.

Driesje vindt het leuk. En zet zijn speurtocht naar de ‘unieke dribbel’ verder.  En heeft zich intussen helemaal ingeburgerd in de tegelijk woeligste en sociaalste stad van Italië. Van ‘Maradoniaans naar Mertensiaans’.

Share.

About Author

Raf Willems (1960) noemt zichzelf voetbalschrijver met een boekenkast. Hij is uitgever en auteur van meer dan 40 boeken over ‘voetbal met een knipoog naar geschiedenis & samenleving’ en schreef voor het Nederlandse weekblad Voetbal International (1995-2000), de krant NRC Handelsblad (2001-2006) en de website Stichting meer dan Voetbal (2008-20014). Sinds 2014 Initiatiefnemer van voetbaldenktank & onlineplatform De Witte Duivel.