donderdag, april 25

Het Heizeldrama (4/5)

Pinterest LinkedIn Tumblr +

1984-1985: JUVENTUS TURIJN, DE HEL VAN DANTE, DE AVOND VAN DE SCHANDE
Finale: Juventus Turijn – Liverpool FC 1-0, 29 mei 1985, Heizel Stadion Brussel
De weg naar de finale in Brussel…

(N.v.d.r.: In vijf afleveringen brengen we twee hoofdstukken uit ‘Het Gouden Boek van de Beker met de Grote Oren 1956-1992’ van auteur Raf Willems. Ze brengen de seizoenen 1983-’84 en 1984-’85 in beeld en geven inzicht in hoe het Heizeldrama kon ontstaan…)

Tussen Heizel en hel…

Ik zat in het Caffetataria Vecchio Stadio aan het Juventusstadion tussen tifosi met carnavaleske en hoge zwart-witte hoeden. Opvallend: in de kraampjes met voetbalattributen aan de Corso Gianni Agnelli  bood men naast het oorspronkelijke roze shirt van Juve ook een sjaal van Liverpool aan… Zal Juventus ooit deze afgrijselijke avond te boven komen, vroeg ik me af?

Afgrijselijke talen,
Gruwelijke klanken,
Woorden van pijn,
Kreten van woede,
Harde, rauwe stemmen
Geluid van klappen daarbij
(Dante, La Divina Commedia, De Hel, Derde Zang)

De Goddelijke Komedie (La Divina Commedia, 1321) van de Middeleeuwse Italiaanse auteur Dante behoort tot de onversneden klassiekers van de wereldliteratuur. Het voert de dichter en met hem de mensheid, vanuit de diepste krochten van De Hel naar de top van het Hof van Eden. Dantes stem weerklinkt als een trompet van de Apocalyps, als een Laatste Oordeel over de geschiedenis. Die 29 ste 1985, tegen het decor van Liverpool FC – Juventus in het Heizelstadion te Brussel, vloeiden Dantes mystieke visioenen over in een verbijsterende werkelijkheid.

‘Het stadion loopt vol, een kalme zee van volk, en ineens ontstaan er golfjes, dat wordt een hoge golfslag, dat wordt branding en er gebeuren dingen die wij in het stadion niet goed hebben kunnen bevatten. Wij hebben gemist wat miljoenen televisiekijkers wel gezien hebben. De close, aangrijpende, afschuwwekkende vernederende ervaring van mensen die mensen vertrappen.’

Met een van aandoening natrillende pen schreef de gezaghebbende Vlaamse radiostem Jan Wauters in het literaire Nieuw Wereldtijdschrift (september 1985) zijn impressies neer bij het Heizeldrama. De emotie om deze barbarij ebde snel weg voor een serene, maar vinnige analyse. Met de veelzeggende titel ‘Organiseren, improviseren, excuseren’ maakte Wauters schoon schip met de typische Belgitude van ‘we zien wel’: ‘Ik heb de plek in kwestie voortdurend in het oog gehouden: er was een dikbuikige agent die de armen op zijn rug had, achteruit week en de armen voor zijn borst kruiste. En er was een kleine, magere die er flink op los sloeg toen er een paar mensen over de omheining trachtten te ontsnappen. Verder hebben ze gewoon staan kijken, aanvankelijk met nauwelijks meer manschappen dan die twee, naar de verpletterde mensen. Met zo’n typisch Belgische houding van we zien wel. Typisch Belgisch ook: er is geen informatie gegeven. Op de perstribune kwam die broksgewijs en onvolledig. De gezagsdragers, de verantwoordelijken hebben ze slechts schoorvoetend aan de pers afgestaan, omdat het op den duur ook niet meer te vermijden was. De lijken lagen daar tenslotte.’

Maar kijkt nu naar het dal,
Want reeds komt nader de bloedrivier,
Waarin de zielen koken
Die door geweld leed brachten
Aan hun naaste
(Dante, La Divina Commedia, De Hel, Twaalfde Zang)

De Vlaamse misdaadauteur Bob Mendes raakte zo aangegrepen dat hij de catastrofe van zich af schreef in Een dag van schaamte. Een fictieve roman die het Heizeldrama op het snijpunt van internationaal terrorisme en hooliganisme plaatste. Mendes rapporteerde tussendoor bijzonder accuraat de gebeurtenissen van de tragedie: ‘Met de snelheid van een expresstrein kwam de dood in beweging. De bres in de metalen afsluiting werd almaar groter en roodwitten stormden erdoor met van haat vertrokken gezichten. Door de algemene paniek aangegrepen vluchtte de toeschouwers schreeuwend van angst weg. Hoewel de uitgangspoorten boven waren, stormden ze naar beneden, naar de buik van blok Z, een moordkuil waaruit geen ontsnappen meer mogelijk was. Iemand struikelde en greep zich vast aan zijn buurman. Die deed hetzelfde, zodat ze allemaal het evenwicht verloren. Toen ontstond het gevreesde domino-effect. Hele rijen mensen vielen over elkaar. Voor die ongelukkigen was er maar één uitweg: over de omheining van het terrein. Sommige politiemanschappen gehoorzaamden het waanzinnige bevel van hun oversten en sloegen met de wapenstok op al wie het waagde over de betonnen omheining te klauteren. Tot die het onder de ontzaglijke mensendruk begaf. De gillende mensenmassa schoof naar beneden en ging als een pletwals over de onderste rijen, die tot een onontwarbaar kluwen van blauw wordende gezichten en om hulp smekende handen werden samengeperst.’

De helse orkaan die nooit in kracht vermindert
Sleurt in zijn greep de zielen met zich mede
Pijnvol gesloten en in’t rond geslingerd
(Dante, La Divina Commedia, De Hel, Vijfde Zang)

Het geslacht Agnelli, Fiat en Juventus

De naam Agnelli loopt als een rode draad door de geschiedenis van La Vecchia Singora. De Oude Dame is overal populair, met miljoenen aanhangers over de hele wereld, én is toch ook attractief voor strebers. De succesrijkste Italiaanse club werd decennia geleid door het meest bevlogen ‘zakengeslacht’ uit de Laars van Europa.

In 1899 trad stamvader Giovanni Agnelli (1866-1945) voor het voetlicht. Hij stichtte in Turijn de Fabbrica Italiana Automobili Torino, kortweg Fiat. Een voltreffer van formaat. De eerste, maar beslissende stap naar een gigantische familie-imperium dat onbuigzame onafhankelijkheid hoog in het vaandel droeg. Terwijl de oude patriarch voor de vorm aanpapte met de rechtse dictator Mussolini, liet hij de Gruppo 7 – een avantgardistische architectuurbeweging die zwaar onder vuur lag van de fascistische tegenhangers – de plannen voor zijn Fiatfabrieken te ontwerpen. Hij bleef zelfstandig de vleugels uitslaan. Giovanni Agnelli hield zijn ambities nooit in de kast. Hij kocht de Turijnse krant La Stampa en nam na de Eerste Wereldoorlog Juventus over. Hij woekerde met zijn macht en dunde de oppositie tegen zijn alleenheerschappij in de zwart-witte rangen razendsnel uit. In 1923 kreeg zijn 31-jarige zoon Eduardo de Bianconero in handen. Het bezorgde Juventus een wedergeboorte: als feitelijk reclamebureau en prestigeproject voor Fiat.

‘Juventus’ is Latijn voor ‘jeugd’. In 1897 stichtten enkele studenten van het Gimnasio Massimo d’Azeglio hun nieuwe sportvereniging. Ze kozen voor het roze als kleur, maar vrienden stuurden vanuit Engeland de ‘zebragestreepte’ zwart-witte uitrusting van Notts County naar Turijn. In 1905 beet volgens de overlevering een verzameling dichters en schilders, aangevuld met een Schot en een Duitser, de spits af met een eerste titel. Met de door Benito Mussolin opgerichte profcompetitie Calcio diende het uur U zich aan. De automobielindustrie kwam als grote overwinnaar uit de Eerste Wereldoorlog. De nieuwe swingende tijden van de jaren twintig dreef de productie op naar 15.000 voertuigen per jaar. Fiat produceerde negentig procent van de auto’s. In het boek Calcio, a history of Italian football wijst auteur John Foot op dit dubbele feit: ‘Fiat gebruikte Juventus om geld te maken, maar ook om de populariteit van de auto over het hele land op te krikken. De weddes van de spelers werden betaald door de fabriek. Het succes van Fiat gaf Juventus een beslissende voorsprong. Omdat het fascistische regime geen ‘vreemdelingen’ toelaat, contacteerde Agnelli voor veel geld de uit Italiaanse voorouders geboren Argentijnse topvoetballers Orsi, Monti en Cesarini. De club denderde door het nieuwe Calcio. Juventus was oppermachtig en pakte in het nieuwe Stadio Mussolini van 1931 tot 1935 vijf opeenvolgende landstitels onder coach Carlo Carcona.

In de gewonnen finale op de Wereldbeker 1934 in eigen land stonden liefst zeven bianconeri in de basisploeg.

Share.

About Author

Raf Willems (1960) noemt zichzelf voetbalschrijver met een boekenkast. Hij is uitgever en auteur van meer dan 40 boeken over ‘voetbal met een knipoog naar geschiedenis & samenleving’ en schreef voor het Nederlandse weekblad Voetbal International (1995-2000), de krant NRC Handelsblad (2001-2006) en de website Stichting meer dan Voetbal (2008-20014). Sinds 2014 Initiatiefnemer van voetbaldenktank & onlineplatform De Witte Duivel.

Leave A Reply