maandag, december 23

Duivels dagboek 5 juli Kazan: Brasserie Leuven

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Dinsdagochtend ‘thuis’ gekomen om kwart over zes en op donderdag om kwart over vijf opgestaan. Het leven van een voetbaljournalist is niet altijd rozengeur en maneschijn. Vooral niet omdat het druilerig is in Nikol’skoye-Uryupino als we de bus instappen en een kwartier moeten wachten omdat iemand zich overslapen heeft.

Moskou is helemaal afgekoeld, op dus naar warmer oorden. If it’s Thursday this must be Kazan. Oostwaarts, richting Oeralgebergte. Net niet Azië.

Bart Verhaeghe vertelde gisteren hoe waanzinnig goed alles georganiseerd is op dit WK. Daar twijfelen we geen seconde aan. Althans voor de spelers en de officiële delegatie. We nodigen de voorzitter van Club Brugge graag eens uit om met de gewone stervelingen door Rusland te reizen.

Het begint alweer net voor de luchthaven van Vnukovo. Het is al de vierde keer dat we hier zullen opstijgen en we kennen bijna ieder hoekje van de luchthaven. Je moet er echter eerst geraken. Voor de vierde keer heerst er complete chaos. Passagiers, ook wij dus, worden midden een driebaansweg afgezet. Als je je koffer uit de zijwand van de bus plukt, moet je oppassen dat je broek niet van je lijf wordt gereden. Overal staan auto’s waar je met je bagage moet tussen slalommen. Op iedere hoek van de straat staan agenten, maar de ordediensten bemoeien zich niet met de wanorde.

In Rusland kom je geen luchthavengebouw binnen zonder dat je door een metaaldetector wandelt en je je valies door een röntgenapparaat duwt. Deze eerste controle is zeer oppervlakkig, maar ook hier is het een onontwarbaar kluwen. Van al die vriendelijke Russen, waar ik overal over lees maar nog weinig ben tegengekomen, is er geen spoor te bekennen. Ze zien er even nors uit als ik, die alweer te weinig heb geslapen, en zouden je omver duwen een plaatsje te kunnen opschuiven in de rij.

Uit vrees voor de vreselijkste files is de persbus alweer veel te vroeg vertrokken, maar het biedt de mogelijkheid om met heerlijk verse croissants te ontbijten. En de rest van de wachttijd probeer ik ook zinvol in te vullen. In de buurt van Dedovsk zijn alleen winkeltjes uit een derde wereldland waar ze groenten, fruit en toiletartikelen verkopen, maar hier kan ik eindelijk wat cadeautjes kopen. En een nieuwe lading papieren zakdoekjes. Ik vrees dat ik intussen een boom heb doen sneuvelen met mijn overdreven snuitgedrag.

Ouwe trouwe ‘Jef Mermans’ is weer paraat. Ook oostwaarts vallen de enorme afstanden tussen steden en dorpen op en het enorme bosbestand. Mijn verkoudheid zal geen blijvende sporen nalaten in Rusland.

Maandag waren we in Rostov aan de Don bij de Kozakken. Vandaag zijn het de Tataren ( er is geen verband met tartaar) aan de Kazanka, een zijrivier van de Wolga. Qazan betekent in het Tataars ‘kookpot’. We kunnen er ons iets bij voorstellen.

De Belgische pers is over vier hotels verspreid. Toen we dinsdagochtend in Moskou landden stond de teller nog op tien kamers, maar onder andere de Mexicaanse tv-zenders waren iets te optimistisch in hun verwachtingen en met sombrero en al naar huis.

De eerste kilometers vanaf de luchthaven gaan weer langs woonblokken van een ‘tristesse’ die alleen in Oost-Europa nog bestaat. Hoewel de voorsteden van veel West-Europese steden nauwelijks beter ogen. Maar toch, je zal hier maar geboren zijn en geen rijke ouders hebben.

Het centrum van Kazan ziet er gelukkig een stuk vrolijker uit. Peter Vandenbempt, die voor de eerste keer met het Belgische journaille meevliegt, ziet het als eerste en maakt een foto: Brasserie Leuven, met een luifel in de kleuren van de Belgische vlag. De luifel heeft betere dagen gekend, maar voor de fans die morgenmiddag biefsteak met frieten willen eten is er maar één adres: Pushkina 11. Pushkina betekent overigens vrouw van Pushkin. De naam van één van onze twee katers, maar besneden. Geen familieband mogelijk.

Het eerste hotel heet Ruben, maar Van Gucht blijft vrolijk zitten. Het heeft een betere tent op het oog. Gelijk heeft hij. Ik zit in het laatste hotel van de vier, maar als we Peter en Eddy hebben afgezet in hotel Riviera – nummer drie – rijden we weer voorbij hotel nummer twee. Russische logica wellicht. Hoe dan ook, de Courtyard is het beste hotel waar ik de voorbije drie weken heb geslapen. Het wordt genieten vannacht en hopelijk kan ik laat ontbijten.

 

Share.

About Author

François Colin (1948) was achtereenvolgens rubriekleider voetbal en chef-sport van Het Nieuwsblad en senior writer van De Standaard. Na zijn pensioen in 2014 was hij tot 2021 columnist van SportVoetbalmagazine. Hij bracht verslag uit van twee Olympische Spelen, tien EK's en negen WK's voetbal en was aanwezig bij ruim driehonderd interlands van de Rode Duivels. Hij is auteur of co-auteur van een vijftiental boeken over de mooiste sport op aarde.

7 reacties

  1. Pingback: why not try here

  2. Pingback: beste borsten

  3. Pingback: kurvana

  4. Pingback: fake information

  5. Pingback: binary cabin vape

  6. Pingback: Gambit777

  7. Pingback: Khủng bố

Leave A Reply