Paul Van Himst. Tachtig op 2 oktober 2023. Hij werd verkozen tot de Belgische Voetballer van de Twintigste Eeuw én hij was de geestelijke leider van het glorieuze Anderlecht van de jaren zestig dat vijf keer na elkaar kampioen speelde tussen 1964 en 1968. Naar aanleiding van de ‘klassieker’ Anderlecht-Club Brugge brengen we vandaag al een eerste portret.
Wereldkampioen der vriendelijke wedstrijden en de ‘vloek van Barberan’
Met Van Himst verwierf Anderlecht ook het etiket ‘wereldkampioen der vriendschappelijke wedstrijden’. Prestigieuze clubs zoals Penarol Montevideo, Vasco da Gama Rio de Janeiro, FC Barcelona, Tottenham Hotspur, Borussia Dortmund, Juventus, Benfica, Ajax, Bayern München, Manchester City en Feyenoord werden verstrikt door de Brusselse bravoure onder zijn leiding. En toch…overtrof hij zichzelf in de kwartfinale van de Europa Cup der Landskampioenen tegen het grote Real Madrid op 23 februari 1966 in het eigen Astridpark. Hij scoorde al na twee minuten en creëerde met Anderlecht de ene doelkans na de andere. Real werd weggetikt, maar hield stand. Over Estadio Bernabeu hing in de terugmatch de ‘vloek van Barberan’. Met opzichtige steun van de Franse scheidsrechter versloeg ‘de Koninklijke’ Anderlecht met 4-2, nadat twee ‘paarse’ goals ten onrechte werden afgekeurd. Drie maanden later werd in Brussel de Europa Cupfinale gewonnen door Real, terwijl Paul Van Himst daar met ‘de Beker met de Grote Oren’ hoorde te staan.
Debuut op zijn zestiende in Beringen, gezicht van het nieuwe elftal
Kerstavond 1959. De toestand van Sporting Anderlecht oogt dramatisch. Drie opeenvolgende nederlagen, dertien punten uit vijftien wedstrijden. Jef Mermans was vertrokken. De ‘bombardier’ controleerde het fiere ‘mauve’ tussen 1942 en 1957. Zijn vertrek liet, na acht landstitels, een leemte na . Voorzitter Albert Roosens kondigde een ingrijpend hervormingsplan af. Opleiding van jongeren en keuze van transfers zouden van dan af volledig in het teken staan van een nieuw concept: stijlrijk voetbal. Het nieuwe elftal werd gebouwd rond een zestienjarige scholier, die twee dagen later in de uitwedstrijd tegen FC Beringen debuteerde. Paul Van Himst (1943) stimuleerde het elftal tot zijn eerste zege in weken: 1-5! Anderlecht was vertrokken voor de briljantste periode uit zijn geschiedenis. De jeugdschool van de club produceerde de beste generatie uit het Belgische voetbal. De Brusselse ketjes Paul Van Himst, Jean Plaskie, Pierre Hanon, Jean Cornelis en Georges Heylens stonden onder het gezag van Jef Jurion. De regelende strateeg met het ziekenfondsbrilletje erfde met zijn natuurlijke maturiteit het leiderschap van Jef Mermans. Anderlecht plukte in Oostende de stille linksbuiten Wilfried Puis weg, samen met de luidruchtige libero Lorenzo Verbiest, bon vivant met de allure van Franz Beckenbauer. In het Nederlandse dorp Winschoten staken de Brusselaars aartsrivaal Standard Luik de loef af in de slag om de pas negentienjarige spits Jan Mulder.
Combinatiespel met zijn compagnon de route Jan Mulder
De komst van Mulder beslechtte in de jaren zestig de krachtsverhoudingen in het voordeel van Anderlecht. Hij paste met zijn recht-op-doelstijl nochtans niet volledig in de door Van Himst uitgetekende paarse promenades, die soms aan l’art pour l’art leden. De exploderende spits ontmantelde wèl onbuigzame defensies in het voordeel van ‘Popol’ en hielp zijn ploeg vaak over een dood punt heen. Die vond in Jan Mulder zijn beste ‘compagnon-de-route’ via de steekpass, de één-twee en het precieze combinatiespel. Mulder en Van Himst vormden op het veld een twee-eenheid, daarbuiten waren ze tegenpolen. Mulder deinde door zijn gedrag en visie op het leven mee op de golven van de swinging sixties en viel niet in een keurslijf te stoppen. Van Himst bleef de brave burgerjongen, maar fantaseerde op het veld.
Le football champagne van Pierre Sinibaldi dankzij zijn magische rechtervoet
De internationale opinie zag in hem een Europese topvedette: wendbaar, dribbelvaardig en met een neus voor doelpunten. De schoonheid van het spel stond voorop bij hem, hij die ook de kunst van het sierduiken in het strafschopgebied op onnavolgbare wijze in de benen had. Reeds op jonge leeftijd noemde men hem bewonderend ‘le Pelé blanc’ – na een wedstrijd in 1960 tegen het FC Santos van de échte Pelé – vanwege zijn fabelachtige dribbeltechniek. De lichte baltoets was zijn handelsmerk. Paul, de poëet, de prins van het Astridpark. Dé vertolker van de Anderlechtschool uit die tijd: traag, intuïtief, sierlijk.
Was een kind van de Franse school, van de kunst om de kunst, van de superieure techniek. Trainer Pierre Sinibaldi wilde bij Anderlecht le football champagne van zijn moederclub Stade de Reims invoeren.
Samen ontwikkelden ze een nieuwe stijl en speelwijze, gebaseerd op de verrukkelijke frivoliteit van Les Bleus op het einde van de jaren vijftig. Frankrijk boog toen op het WK van 1958 slechts voor het meesterschap van Pelé en Garrincha. Sinibaldi kopieerde het wonderbaarlijke 4-2-4-concept, verdedigde hoog, hanteerde veelvuldig de buitenspelval en speelde technisch op balbezit. Sinibaldi initieerde L’Académie Française in Brussel en deelde hem de rol toe van spelmaker-spits die bij Stade de Reims, Frankrijk én Real Madrid werd ingevuld door Raymond Kopa. Van Himst had een magische rechtervoet, scoorde met de wreef, passeerde zuiver met de binnenkant over grote afstanden en bedeelde met de buitenkant kronkelige draaiballen. Dirigeerde zijn paarswit naar zes titels in acht jaar tussen 1960 en 1968. In 1974 overtrof hij zich een laatste keer: hij kreeg zijn vierde Gouden Schoen als beste Belgische voetballer van het Jaar én werd voor de achtste keer landskampioen.
Derde plaats op het EK 1972 en Nederland op de rand van de nederlaag
Bij de nationale ploeg bracht hij zijn beste prestaties in de jaren 1971 en 1972. De publieke opinie had hem als ‘kop van jut’ gekozen na het slechte optreden van de Duivels op de Mundial 1970 in Mexico. Hij nam de kritiek op zijn krachten en deelde bondscoach Raymond Goethals mee dat hij zich niet langer beschikbaar stelde voor ‘België’. Die liet Van Himst in de eerste twee wedstrijden met rust, maar overtuigde hem om terug te keren. Op Sclessin, het stadion van Standard, triomfeerde hij met een uitmuntende prestatie op 13 februari 1971 tegen Schotland: 3-0, twee doelpunten droegen zijn handtekening. Hij dirigeerde de ‘Witte Duivels’ twee weken later tegen het Portugal van Eusebio naar dezelfde spectaculaire cijfers: opnieuw 3-0. Op 13 mei 1972 scoorde hij de treffer van de kwalificatie in de kwartfinale tegen Italië (2-1). En tijdens het EK in eigen land gaf zijn doelpunt tegen Hongarije op 17 juni 1972, gepaard met zijn leiderschap, België de derde plaats. Op 19 november 1972 bracht hij met zijn dribbels en ongrijpbare baltoetsen in de Derby der Lage Landen het Oranje van de Europa Cupwinnaars Johan Cruijff en Willem van Hanegem aan het wankelen. Tegen de gang van het spel in bleef het 0-0 en België verspeelde de kwalificatie voor de Wereldbeker 1974 in West-Duitsland. De Nederlandse middenveldbreker Johan Neeskens schoffelde Van Himst zo vaak onderuit dat hij, de zachtmoedige, hem op het einde van de match zowaar op een ‘ellenboog’ trakteerde. Het was zijn laatste ‘grand gala du football’ in het Duivelse shirt.
Creatieve geest en vertolker van le beau jeau
Hij was een meer dan verdiende ‘Speler van de Twintigste Eeuw’ van Anderlecht én België geweest. De Europese sportpers somde hem met overtuiging op in de rij van Johan Cruijff, Gianni Rivera, George Best en Eusebio. Hij behoorde tot de grootheden van zijn tijd. De creatieve geest, de vrije rol, de vertolker van le beau jeu. De poëet van het Astridpark. Tachtig op 2 oktober 2023. Paul Van Himst.