Thibaut Courtois: 500 wedstrijden op het hoogste niveau (2)
Deze week tikte de teller bij hem aan op 500 officiële wedstrijden. Hij heeft zich het voorbije decennium gepresenteerd als één van de beste doelmannen ter wereld. Deze week gaan we in drie afleveringen op zoek naar…Thibaut Courtois. Op basis van een portret uit het boek ‘TOP 1000 van het Belgisch Voetbal’.
Geen ‘Spaanse’ keeper deed het hem voor of na. Op vijandige grond én Messi én Ronaldo het scoren beletten in een tijdspanne van vier weken. Camp Nou, 0-0 op 28 augustus 2013, terugronde Supercup. Bernabeu, 0-1 op 28 september 2013. Hij ontwikkelde zijn persoonlijke theorie over zowel ‘Leo’ als ‘Cristiano’.
Thibaut Courtois: “Messi valt als keeper bijzonder moeilijk te lezen. Hij kan ook in de kleinste ruimte nog snel een stiftertje uit de voeten toveren of van hoek veranderen. Blijf bij hem dus zolang mogelijk op de grond en reageer pas als de bal vertrekt want beweeg je te vroeg, dan stuurt Messi je de verkeerde kant op.”
“Ronaldo is zijn complete tegenpool: zeer atletisch met een uitmuntende traptechniek. Ik concentreer me bij hem op de baan van de bal en tracht dan te anticiperen. Hoe sneller hij schiet, hoe minder reactietijd. Bij hem ben je best wel vooraf aan de slag me je voetenwerk. Want je weet op welk moment hij aanlegt en dat de bal effectvol naar binnen zal zwiepen. Negen keer op tien knalt Ronaldo rechtstreeks naar doel maar Messi blijft je tot het laatste ogenblik uit balans halen met steekpasjes. Ik heb intussen voldoende inzicht verworven om zonder zenuwen de duels met Messi en Ronaldo aan te gaan. Ik ben er klaar voor.”
Vrank en vrij gesproken, blakend van zelfvertrouwen. Dat bleek ook in de duels van Atletico met Barça in de kwartfinale van de Champions League waarin hij met verbluffende saves uitpakte. Ondanks zijn jonge leeftijd verdedigt hij het doel met de allure van een man met levenservaring. Zonder grootspraak maar door prestaties heeft hij zich onopvallend genesteld tot net onder het niveau van Messi en Ronaldo.
De aparte standing van een doelman deert hem niet. Het gevoel van eenzaamheid is hem onbekend. Hij staat in het midden van het elftal en laat zich niet in het hoekje drummen. Bij Atletico lacht men wel eens met hem als ze tijdens de training van dichtbij proberen te scoren en de ballen hem om de oren vliegen maar hij ‘pakt ze dan wel terug’, bij de ingestudeerde oefeningen.
Hij noemt het leren ‘lezen van de curve van de bal’ de moeilijkste fase in de evolutie van de doelman: ervaring geeft een vorm van meesterschap en van controle over de dingen. Hij wil de toestand op het veld beheersen en baas blijven over de bal. Over élke bal. Onhoudbaar staat niet in zijn woordenboek. Met onder meer Juanfran, Godin, Miranda en Luis heeft Atletico een ijzeren gordijn opgetrokken, met visie op het verdedigen. Men moet als doelman sterk in de schoenen staan om hen te overbluffen
Hij bracht deze challenge snel tot een goed einde: “In het uitgebalanceerde blok van ons elftal voert iedereen zijn taak tot in de puntjes uit. Onze defensie schuwt elk risico en springt zeer gedisciplineerd om met tactische opdrachten. We bestuderen onze tegenstanders tot in de kleinste details en stralen ook uit dat we weten wat ze van plan zijn. Ik wijk voor niemand, kom voor mezelf op in de groep, ook tegen de coach indien nodig.”
“Ik heb meer kennis omtrent het vak ‘keepen’ dan hij en als ik het nodig acht, laat ik mijn mening los. Diego Simeone is een verstandige man die zich niet te beroerd voelt om naar mijn idee te polsen. Hij laat me het laatste woord bij de opstelling van de muur. Welke positie neemt een de centrale verdediger in bij bepaalde situaties? Hij vraagt me ook om raad bij vrije trappen of het zetten van druk. Dat flatteert me en ik spring daar ernstig mee om.” Op die wijze wordt het succes van Simeone bij Les Rojiblancos voor een groot deel verklaard.
Een doelman is altijd alleen, het gezegde brengt de eenzaamheid van de mens tussen de palen in beeld. Vreest Courtois nooit de confrontatie?. De angst voor de penalty, voor de doodschop bij de duik in de voet, voor de nekslag bij de hoge voorzet. Denkt hij nooit aan blijvend letsel want het kan altijd slecht aflopen. Hij bant de benauwdheid uit zijn brein maar staat nadien wel eens stil bij het risico.
Vanuit het motto: ‘hard werken om domme dingen te vermijden’. Om dit naar zijn beroep te vertalen: een keeper mag een beetje ‘gestoord’ zijn maar liefst niet ‘excentriek’. Hij straalt graag maturiteit uit en beperkt de show tot het minimum: de beste reddingen zijn de soberste.
