´De baby groeide op in Barcelona, met liefde voor het voetbal. Die passie kreeg hij met de paplepel ingegoten door zijn vader, die als aanvaller een aardig potje kon ballen. De allereerste tegenstanders van Lamine waren twee zwart-witte puppy´s. Ze joegen hem achterna in alle hoeken van de kamer, en het was nog een hele kunst voor hem om ze tussen de stoelen, tafels en banken van zich af te schudden. “Het waren potjes zonder regels. Het ging gelijk op. Ik tegen die twee,” zou Lamine zich later herinneren. “Er kwam pas een einde aan als ze me gingen bijten en mijn vader moest ingrijpen.”
Het eerste voetbalveldje van Yamal lag beneden voor de deur: de Plaça Joan XXIII. Destijds een veldje van aangestampte aarde, nu een betonnen plein met een speelhuisje en een glijbaan voor de kleintjes. Een bord geeft aan dat het verboden is om er te voetballen. De kleine Lamine hoefde alleen maar de deur uit te lopen om zijn vrienden te treffen voor een potje, dat met zo lang doorging tot zijn oma hem vanaf het balkon toeriep dat het tijd was voor een tussendoortje (heerlijk zoete thee met zelfgebakken koekjes) of het avondeten (gepaneerde kip was zijn favoriet).
Het andere veldje waarop de jonge Yamal zijn voetbalkunsten vertoonde lag tweehonderd meter verderop: de poli, het betonnen voetbalcourt. Op een foto zit hij in gedachten verzonken tussen twee partijtjes op de stenen trap. Hij voetbal overal met zijn leeftijdsgenootjes en met jongens die een stuk ouder zijn dan hij. Zijn neef, die hem in opdracht van zijn oma meeneemt naar het park, verplicht hem soms om op doel te gaan staan. Resultaat: de ballen gaan er allemaal in of belanden in zijn gezicht. Heel af en toe voetbalt Lamine mee op het groene kunstgras van de Club de Fútbol Rocafonda. maar hij zou er nooit lid van worden. ´Mijn ouders´, zo zou hij jaren later vertellen, ´konden de contributie niet betalen´.
Zijn eerste jeugdtrainer: “Ik kende hem voordat hij hier kwam, ik voetbalde samen met zijn vader in een parkje hier in Granollers. Lamine kwam vaak met zijn vader mee naar de wedstrijden. Een klein bruin hummmeltje dat altijd een bal aan zijn voet had. Hij trapte en rende erachteraan, ik denk dat hij toen twee, op zijn hoogst drie jaar was.”
“Hij had altijd een bal aan zijn voeten en soms moest ik die wel afpakken,” vertelt zijn lerares maatschappijleer, die fan is van Sevilla FC en uitlegt dat ze het in de klas vaak genoeg over tactiek hebben gehad.´
´Het is tijd voor het middageten, de jongens zeggen gedag en gaan naar huis. De volgende ochtend treffen we ze weer, een paar honderd meter van het plein, bij de polideportivo, ofwel kortweg de poli, zoals ze het zelf noemen, het voetbalveldje waar Lamine Yamal in zijn jeugd zoveel tijd heeft doorgebracht.
Het heeft geregend. Het betonnen veldje, vlak bij de schoolgebouwen en het kleine plaatselijke voetbalstadion, glimt als een ijsbaan. Hier en daar liggen nog wat modderplassen. Maar zo te zien kan dat de vijftien, twintig, of vijfentwintig voetballertjes (het is lastig tellen omdat ze voortdurend in beweging zijn) niets schelen. Ze aarzelen niet om een flinke tackle of sliding in te zetten, met alle risico´s vandien. En natuurlijk proberen ze allemaal hun trucjes (dubbele scharen, panna´s, akka´s en andere freestyle bewegingen) uit om weg te komen uit de kluwen van tegenstanders en medespelers.
Het is moeilijk te achterhalen wie nu eigenlijk tegen wie speelt. Er loopt een grote, zwarte jongen tussen met een Engels voetbalshirt, Rooney, rugnummer 9. De meesten spelen met hoody´s aan.
Het is een levendig partijtje en het is niet helemaal duidelijk of het nu 8-4 staat, of 10-7. De twee ploegen zijn het over van alles oneens. Er wordt druk gediscussieerd: is het wel of geen overtreding en is het wel of geen goal? In de twee rood-wit gestreepte goaltjes hangen geen netten. Een penalty is een hele gebeurtenis, met schreeuwende klasgenootjes aan de kant.
Dan ineens loopt iedereen weg, de schoolpauze is voorbij. En in die leegte blijven alleen de koeienletters achter van een kolossale, bonte muurschildering: ROCAFONDA. Aan de zijkant, op drie hoge witte treden, heeft iemand met een zwarte spuitbus aangegeven dat ze meer Lamine Yamals in de wijk willen en minder huisuitzettingen: EN EL BARRIO DE ROCAFONDA MAS LAWINE YAMALS Y MENOS DESAHUCIOS.´
Bron: Luca Caioli en Cyril Collot, Lamine Yamal (biografie), 2025, blz. 11-13, 25-26, 31-32, 59
Rob Siekmann