Dertig jaar geleden, in het seizoen 1992-’93 startte de eerste editie van een nieuw businessmodel voor het voetbal: de Champions League. De eerste aflevering werd gewonnen door Olympique de Marseille. Met de jaren groeide het oorspronkelijke format uit tot de grootste competitie ter wereld. De televisierechten worden op alle continenten voor veel geld verkocht en de beste wedstrijden worden niet langer gespeeld op de internationale landentoernooien, maar in de Champions League. De eerste editie werd dus op 26 mei 1993 gewonnen door een Belg – coach Raymond ‘la science’ Goethals – en de voorlopig laatste ook. Heel Europa applaudisseerde op 29 mei 2022 voor de fenomenale prestatie van Thibaut ‘El Muro’ Courtois in het doel van Real Madrid. Tussendoor passeerden de beste spelers en coaches ter wereld langs de grote poort. De volgende maanden presenteren we u bij elke Champions Leaguespeeldag een aflevering – 10 in totaal – uit het boek ‘Helden van de Chalmpions League’.
Het boek is voor 20 euro (verzendingskosten inbegrepen) te bestellen bij auteur Raf Willems via raffe.willems@telenet.be
Real Madrid 2016-’17: Cristiano Ronaldo wordt ‘god van de Champions League’
Real Madrid. De Koninklijke. Voor de derde keer in vier jaar: kampioen der kampioenen. Het lijkt een terugkeer naar de jaren vijftig van de twintigste eeuw toen Los Blancos van Alfredi di Stefano zich oppermachtig toonden tussen 1956 en 1960. Van dominantie was echter geen sprake tijdens deze jaargang. Het schip leek in de kwalificatiepoule zelfs vaak te kapseizen. In de openingsmatch tegen Sporting Lissabon keerden Cristiano en Morato pas in de 89 ste en 95 ste minuut de 0-1 achterstand. Bij Borussia Dortmund werd Real voor de ‘Südtribune’ uit het veld gekegeld door de combinatie ‘tikitaka-Vollgasfussball’ van Thomas Tuchel maar het bleef overeind (2-2). Na een 5-1 pandoering tegen de Poolse titelvoerder Legia in Bernabeu vielen er ook zes goals bij de return in Warschau: Kovaciv pareerde pas vijf minuten voor tijd de derde treffer (3-3). In Lissabon trok Benzema de tobbende ‘witte brigade’ minder dan 250 seconden voor het einde over de streep (1-2). Borussia speelde ook superieur in Madrid en poetste een 2-0 achterstand weg (2-2). Opvallend: Ronaldo scoorde vier opeenvolgende speeldagen niet. Dat bleef zo in de achtste finale. Napoli liep al in de achtste minuut 0-1 uit en het kostte Real bloed, zweet en tranen om in de tweede helft de stand om te buigen tot 3-1. In de stad van de Vesuvius presenteerde Dries Mertens zich als ‘tragische held’ van de avond. Hij bracht de bijna 60.000 tifosi in het Stadio San Paolo op de rand van het delirium met zijn doelpunt en zijn bal op de paal: 1-0 bij de pauze. Hij deed nadien een bal afwijken in eigen doel. In de laatste minuut dikte Real aan tot 1-3. Nog meer drama tijdens de kwartfinale. In München drukte Bayern volkomen in de hoek. Vidal verzuimde om de knock-out uit te delen toen hij op slag van rust een penalty onbesuisd over trapte. In plaats van 2-0 duwde Cristiano in de 47 ste minuut de gelijkmaker voorbij doelman Neuer. Zijn vorige Champions Leaguegoal dateerde van 197 dagen eerder, ook op Duitse bodem in Dortmund. Martinez pakte rond het uur in een tijdspanne van vijf minuten twee domme gele kaarten met overbodige middencirkelovertredingen op de benen van Benzema en Ronaldo. Coach Zidane transformeerde zijn tactiek: van counteren tot balbezit, van afwachten tot aanvallen. CR7 verschalkte Neuer een kwartier voor tijd. De kwalificatie leek een feit maar ze kwam nog aan een zijden draadje hangen. Op 18 april 2017 voltrok zich immers het nachtmerriescenario voor Bayern. Het team van Ancelotti toonde zich in alle onderdelen de betere ploeg maar moest wachten tot net voor het uur om de 0-1 te scoren op strafschop van Lewandowski. Op de gelijkmaker van Ronaldo volgde de own-goal van Ramos. De match leek definitief in Duits voordeel te kantelen toen de Hongaarse scheidsrechter Kassai besloot zich in de kijker te fluiten. Hij bestrafte een tackle van Vidal met een onterechte rode kaart en zag twee buitenspeldoelpunten van Cristiano door de vingers. Bayern ging tegen de gang van het spel in ten onder met 4-2. In de halve finale tegen de buren van Atletico draaide de machine van Zidane eindelijk op volle toeren met 61 procent balbezit, 91 procent passeeraccuraatheid en drie doelpunten tegen nul: hattrick Ronaldo in minuut 10, 73 en 86. In de laatste Europese partij op de grasmat van het Estadio Vicente Calderon leek het nog even aan een zijden draadje te hangen want na een kwartier hadden Niguez en Griezmann al de 2-0 op het bord gespijkerd. Een geniale dribbelflits van Benzema bood Isca de 2-1 op het spreekwoordelijke schoteltje aan net voor de pauze. Omdat Juventus slechts drie tegendoelpunten had geïncasseerd en in Italië de dubbel had gewonnen, kreeg de Oude Dame vooraf het meeste krediet. Zidane toonde zich echter de meester van het tactische spel: hij leerde zijn spelers de beginselen van wat wordt genoemd het ‘hybride voetbal’ waarin zowel het ‘omschakelen’ als het ‘balbezit’ in het elftal geslepen zit. Juventus kreeg de bal maar bij de eerste scherpe countercombinatie van rechtsback Carvajal met Cristiano was het in de twintigste minuut raak. Mandzukic temperde het Madrileense optimisme met een prachtige retro. In de tweede helft drongen de oprukkende vleugelverdedigers Marcelo en Carvajal de buitenste middenvelders van Juve diep terug op de eigen helft. Vooral Marcelo viel niet af te stoppen en vanuit hun spelintelligentie van Modric en Kroos het ritme: Casimero en Cristiano dikten de score in de 61 ste en de 64 ste minuut aan tot 1-3. Seconden voor het einde legde Asensio de eindzege vast. De twaalfde ‘Beker met de Grote Oren’ verhuisde naar het museum van het Estadio Santiago Bernabeu.
DE TACTIEK
La triomphe de la stabilité. Zo klonk de conclusie van France Football. Het Franse voetbalweekblad ontleedde het ‘systeem Zidane’ en benoemde het als ‘son secret fraîcheur’. Men zou dit kunnen vertalen als ‘het geheim van de frisheid’. Zidane gebruikte op uiterst intelligente wijze alle technische en tactische opties van zijn selectie waardoor Real superieur werd op de momenten die er echt toe deden: tijdens kwartfinale, halve finale en finale van de Champions League. Een bijkomende troef van Zidane is de enorme kennis van het hoogste niveau die hij vergaarde als voetballer. Dat geeft hem een voorsprong op andere jonge coaches die als voetballer het modale niveau niet overstegen.
Hij creëerde een hiërarchie van tien titularissen: doelman Navas; verdedigers Carvajal-Varane-Ramos-Marcelo; middenvelders Casimero-Kroos-Modric; aanvallers Benzema-Ronaldo. Die twee werden aangevuld door Bale of Isco. Daarnaast werkte hij met twee ‘vaste invallers’ per linie: Nacho-Danilo; James-Kovacic; Morata-Asensio. In totaal benutte hij liefst 27 selectiespelers die in twintig matchen aantraden.
DE COACH: ZINEDINE ZIDANE
Zidane zocht en vond het evenwicht tussen de technische kwaliteit, collectieve maturiteit, winnaarsmentaliteit en individuele talent van Cristiano Ronaldo in de twintig meter van het strafschopgebied. Bovendien was hij de eerste Realtrainer die het aandurfde om zelfs met CR7 te roteren: hij speelde ‘slechts’ 29 van de 38 competitiewedstrijden maar dat stond hem toe om te schitteren in de eindfase van de Champions League. De kwaliteit van de bank maakte het verschil met de rivalen van Real.
Volgens Zizou wordt een wedstrijd gewonnen met 14 voetballers. Hij benut ze allemaal volgens hun specifieke kwaliteiten. Hij benoemt zelf zijn voornaamste inzicht: ‘het geheim van het succes is dat aleke speler nuttig is.’ In die rotatie ruilde hij vedetten met de eigen jeugd: de ‘cantera’ is intussen even belangrijk geworden voor Real als voor Barça. Hij slaagde erin om ook de toppers daarvan te overtuigen. Asensio en Isco zijn de belangrijkste voorbeelden van zijn gelijk.
De immer rust uitstralende Zinédine Zidane blijft een man van weinig woorden. Aan France Football onthulde hij zijn geheim:
“Il ya beaucoup de talent dans mon équipe. Mais il y aussi beaucoup de travail derrière tout ça. Beaucoup de complicité aussi. La clé du succès, c’est chaque joueur se sente utile.”
DE VEDETTE: CRISTIANO RONALDO
Cristiano Ronaldo vond zichzelf heruit. Met dank aan coach Zidane. Die praatte langdurig op hem in en overtuigde hem van het belang van ‘rust’. In het laatste deel van de competitie koos Zidane voor de Champions League. Daar had hij een fitte CR7 nodig en die accepteerde zowaar een rol in de schaduw. Om nadien op het hoogste podium te schitteren. Voor het eerst in zijn leven eiste hij niet overal alle aandacht op. Zijn drang naar winst zette hij niet opzij en dat liet hem toe om de hoofdrol op te eisen in de kwartfinale tegen Bayern München, de halve finale tegen Atletico Madrid en de finale tegen Juventus.
Cristiano Ronaldo werd de ‘god van de Champions League’.