woensdag, november 20

SERIE DERTIG JAAR HELDEN VAN DE CHAMPIONS LEAGUE 1993-2023 – deel 6

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Dertig jaar geleden, in het seizoen 1992-’93 startte de eerste editie van een nieuw businessmodel voor het voetbal: de Champions League. De eerste aflevering werd gewonnen door Olympique de Marseille. Met de jaren groeide het oorspronkelijke format uit tot de grootste competitie ter wereld. De televisierechten worden op alle continenten voor veel geld  verkocht en de beste wedstrijden worden niet langer gespeeld op de internationale landentoernooien, maar in de Champions League. De eerste editie werd dus op 26 mei 1993 gewonnen door een Belg – coach Raymond ‘la science’ Goethals – en de voorlopig laatste ook. Heel Europa applaudisseerde op 29 mei 2022 voor de fenomenale prestatie van Thibaut ‘El Muro’ Courtois in het doel van Real Madrid. Tussendoor passeerden de beste spelers en coaches ter wereld langs de grote poort. De volgende maanden presenteren we u bij elke Champions Leaguespeeldag een aflevering – 10 in totaal – uit het boek ‘Helden van de Chalmpions League’. 

Het boek is voor 20 euro (verzendingskosten inbegrepen) te bestellen bij auteur Raf Willems via raffe.willems@telenet.be

2012-’13: BAYERN MUNCHEN: DE TRIPLE VAN JUPP HEYNCKES

Een Duitse finale op Wembley: ‘das Offensiv’ van Bayern München tegen ‘das Vollgassfussball’ van Borussia Dortmund. Even voor tijd schakelde Arjen Robben een versnelling hoger naar de winnende 2-1.

Bayern München was dé club anno 2013. Met een voorbeeldfunctie: rijk en schuldenvrij, oud-spelers vulden het raamwerk in en supporters hadden inspraak in het beleid, het jeugdconcept leverde vruchten af. Tijdens de gezegende jaargang 2012-’13 staken ‘die Roten’ na elke competitie juichend de schaal of beker de lucht in: Supercup, landskampioenschap, DFB-Pokal, Champions League. 54 officiële duels, 45 zeges, doelgemiddelde van 151-32. Europese demonstraties op de velden van Arsenal (1-3, Kroos, Müller, Mandzukic), Juventus (0-2, Robben, Pizzaro) en Barça (0-3, Robben, Müller, own-goal). Hoogtepunt in de eigen Allianz Arena – gemiddelde van 71.000 kijkers – tegen eerst Juventus (2-0, Alaba, Müller) en later FC Barcelona: 4-0 (Müller 2, Robben, Gomez). Statistieken liegen zelden. Bayern vestigde liefst negentien records. Handschrift Heynckes.

Jupp Heynckes kwam ter wereld in Mönchengladbach op 9 mei 1945, de eerste dag na de Tweede Wereldoorlog. Hij is een kind van de vrede. Op zijn negende luisterde hij met enige droefheid naar de radio. West-Duitsland won de wereldbeker 1954 van het ongenaakbare Hongarije en zijn land verkeerde in extase. Hij jubelde niet om Fritz Walter, maar dacht aan zijn hel Ferenc Puskas en droomde van het heerlijke voetbal van de ‘Magische Magyaren’. Achttien jaar later beleefde hij zijn persoonlijke hoogtepunt. Op het EK 1972 in Brussel schitterde de aanvaller Heynckes – in die tijd serveerde hij met strateeg Netzer bij Borussia Mönchengladbacch ‘Traumfussball’ als tegenpool van het zakelijk Bayern van Beckenbauer en Hoeness – met de Mannschaft: goud tegen de Sovjet-Unie.  De internationale pers haalde de lyriek boven: ‘De wereld erkende bij de Duitsers de mogelijkheid tot kunst, elegantie en fantasie.’ Precies dat spel van 1972 – de eerste variant van het totaalvoetbal – riep de DFB anno 2000 uit tot het spectaculairste uit haar geschiedenis. Heynckes wist dus waarover het had. In de stijl van zijn Bayern 2013 herkende de coach de speler van 1972: vrijheid via discipline. Daar kiemde de kern van de eigentijdse voetbalfilosofie van een bejaarde man.

Die formuleerde voor zichzelf een laatste doelstelling: de herinnering aan die ene, onzalige, tragische nacht van 19 mei 2012 uitwissen, toen Chelsea FC dankzij de ultieme elfmeter van Drogba de Champions League Cup ‘kaapte’. Niet meteen overdreven als statement want ‘The Blues’ werden door ‘die Roten’ tureluurs gedraaid, maar Bastian Schweinsteiger faalde bij de laatste bal op de stip. De ‘Spielmacher’ zeeg ontroostbaar neer en bleef tot in de kleedkamer toe bittere tranen wenen. De coach opende vervolgens een ‘rode telefoonlijn’ met president Hoeness. Bayern besloot – ondanks de beste jeugdopleiding van de natie – om ter versterking van elke linie haar gezonde bankbalans aan te spreken voor de verbinding balvastheid-agressiviteit: opbouwende verdediger Dante, jagende middenvelder Martinez, storende spits Mandzukic. Hij verrijkte de kleedkamer, maar wijzigde niets aan zijn oorspronkelijke optie. Met als grondidee: ‘das Offensiv’, zowel via de counter als de dominantie. Onder hem toonde Bayern nà Barça in de Champions League het hoogste percentage meesterschap over de bal.

Daarnaast bezat Heynckes nog een aparte troef: het vermogen tot het voeren van empathische en individuele gesprekken: de kunst van de kritische mildheid. Teamgeest als basis van de treble. Opnieuw Handschrift Heynckes. Het grootste compliment kwam van zijn generatiegenoot Paul Breitner. Zijn soms rechtstreekse concurrent in de klassiekers tussen Bayern en Borussia Mönchengladbach van de ‘siebziger Jahre’ strooide, tegen de eigen natuur in, gulzig met loftuitingen: ‘De tweede helft tegen Barça (4-0) in de halve finale was uniek met tiki-taka in ICT-tempo, kortpassenspel én de creatie van doelkansen via briljante combinaties.’ Derde keer: Handschrift Heynckes.

De coach haalde Bastian Schweinsteiger in 2013 uit zijn ellende. Eén jaar na het de nek omdraaien van zijn strafschop, kreeg hij de kroon van ‘beste Duitse voetballer’. Na de loutering volgde de rijpheid voor de aanvankelijk amper in te tomen ‘Schweini’. Hij toeterde het zelf rond: ‘We zijn bij Bayern opgeleid om te winnen.’ Het brein van Bayern, dat was hij. In Duitse taal nog dichter bij de waarheid: ‘das Bewusstsein’. Schweinsteiger leefde van het versnellende verrassingselement, met de zwervende rol tussen middenveld en aanval: dribbelend in de diepte en met insnijdende infiltraties. Hij schiep ruimte voor zichzelf én voor de andereen, met zijn ‘schijnbeweging-op-snelheid-binnendoor’. Hij lijmde als verbindend element de aanvallende en verdedigende posities, want naast het ontwikkelen van snelheid en tempo leerde hij met de jaren ook het bewaren van het overzicht en het bewaken van het evenwicht. In de finale tegen Borussia Dortmund won het mentale tweekamp van Gündogan. Na diens gelijkmaker deed Schweinsteiger in het resterende kwartier de greep naar de macht. Als het ware verrijzend uit de dood, op zoek naar de schijnwerpers. Vanuit het volle bewustzijn. Bij Bayern hoorde steeds: ‘resultaat boven creativiteit’. Sinds 2013 mag men er het element schoonheid aan toevoegen.

Handschrift: Heynckes.

DE COACH: JUPP HEYNCKES

Jupp Heynckes was een aanvaller in de succesvolle en creatieve elftallen van Borussia Mönchengladbach en de Mannschaft in de jaren zeventig. Een seizoen na het afsluiten van zijn loopbaan, nam hij op zijn 34 de touwtjes in handen bij BMG. Hij bleef er acht seizoenen, verhuisde naar rivaal Bayern München en won er twee titels. Nadat hij met Athletic Bilbao en Tenerife Europees voetbal haalde, kreeg hij zijn kans bij Real. Ondanks de grootste triomf van zijn loopbaan, zege in de Champions League in 1998,  belandde hij op de keien. Prijzen won hij niet meer het volgende decennium: Benfica, Schalke 04, BMG, Bayer Leverkusen. En ook niet in zijn eerste seizoen bij opnieuw Bayern in 2011. Men beschouwde hem als een ‘verliezer’. In 2012-’13 veranderde de perceptie over de minzame Heynckes.

DE VEDETTE: ARJEN ROBBEN

Het prototype van de Nederlandse ‘buitenspeler’. Acties makend op de flank, aan de zijlijn, voor het grote publiek en ook voor zichzelf. Robben kon met ogenschijnlijk simpele schijnmanoeuvres op een vierkante meter drie keer dezelfde speler in de luren leggen. Eens op speed zag men hem niet meer terug. Soms tot frustratie van zijn medespelers. In de finale toonde hij zich de ware ploegspeler. Eerst bereidde hij het doelpunt van Mandzukic voor en in de 89 ste minuut trapte hij zelf de 2-1 op het bord.

DE TACTIEK:

Jupp Heynckes startte zijn concept bij defensieve organisatie, tactische discipline en conditionele fitheid. Zijn essentie lag bij de ‘oplossing in de ruimte’: der Ball, die Laufwege, das Passspiel. Bovendien waren uit den boze: gezeur tegen de scheidsrechters, geruzie met maten, geprovoceer tegen het publiek. Hij was een mens van de beschaving. Zijn systeem was dat van de 4-2-3-1. Met Mandzukic ‘diep’, Müller er net achter en Ribéry en Robben op de flank. Het middenveldblok bestond uit Javi Martinez en Schweinsteiger. Op de vleugels kregen ze assistentie van de oprukkende backs Alaba en Lahm. Ook libero Boateng schoof geregeld een rij hoger omdat Neuer de functie vervulde van ‘meevoetballende keeper’.

DE SPELERS:

Manuel Neuer: Doelman, verwikkeld in controversiële overgang van Schalke 04 naar Bayern in 2011 omdat hij eerder ‘anti-Bayern’-gevoelens toonde. Werd niet meteen door het publiek aanvaard, dat gebeurde pas na de gewonnen finale van 2013. Talentvolste jonge doelman van zijn tijd en op weg naar de nummer één van de wereld.

David Alaba: Geboren in Wenen, via de jeugd van Austria naar die van Bayern. Linksachter, die in 2011 onder Heynckes in het eerste elftal kwam. Debuteerde op zijn zeventiende bij Oostenrijk.

Jérôme Boateng: Centrale verdediger, kind van Ghanese ouders maar groeide op in Berlijn. Sterk in het uitvoetballen en met het hoofd. Sinds 2011 via Manchester City bij Bayern.

Bonfim Dante: Linksvoetige centrale verdediger. Vanuit Brazilië naar de jeugdopleiding van Lille. Via Sporting Charleroi en Standard – kampioen in 2008 – naar Borussia Mönchengladbach en in 2011 bij Bayern.

Philipp Lahm: Jeugdproduct van Bayern. Rechtsachter die ook op linkerflank en in het middenveld kon spelen. Ondanks zijn kleine gestalte toch de mentale leider. Kampioen in 2006, 2008, 2010.

Javier Martinez: Verdedigende middenvelder, op zijn ‘Spaans’, met inzicht en techniek. Na meer dan 200 matchen bij Athletic Bilbao in 2012 naar Bayern.

Bastian Schweinsteiger: Jeugdproduct van Bayern, ‘aanvoerder’ op het middenveld, bepaalde het tempo. Sinds 2003 in het elftal. Kampioen in 2003, 2005, 2006, 2008, 2010.

Franck Ribéry: Rumoerige linksbuiten, die overal ‘boel’ maakte en pas bij Bayern tot rust kwam. Patent op onverwachte moves. Kampioen in 2008, 2010, 2013. Wisselde geregeld van flank met Robben.

 

Thomas Müller: Jeugdproduct van Bayern. Opgeleid door legendarische naamgenoot Gerd Müller. Schaduwspits, met neus voor doelpunten. Ruimtedenker. Topschutter in Champions League met acht doelpunten.

Arjen Robben: Ongrijpbare buitenspeler.

Mario Gomez: Van Spaanse afkomst. Aanvaller. Kampioen met Stuttgart in 2007 en met Bayern in 2010 en 2013. Invaller tijdens zijn laatste seizoen.
Daniel Van Buyten: Centrale verdediger. Sinds 2006 goed voor meer dan 200 wedstrijden in het eerste elftal. Kampioen in 2008, 2010 en 2013.

 

Share.

About Author

Raf Willems (1960) noemt zichzelf voetbalschrijver met een boekenkast. Hij is uitgever en auteur van meer dan 40 boeken over ‘voetbal met een knipoog naar geschiedenis & samenleving’ en schreef voor het Nederlandse weekblad Voetbal International (1995-2000), de krant NRC Handelsblad (2001-2006) en de website Stichting meer dan Voetbal (2008-20014). Sinds 2014 Initiatiefnemer van voetbaldenktank & onlineplatform De Witte Duivel.

Leave A Reply