Bovenaan de piramide heb je wat in de volksmond de League heet. De English Football League (EFL, oprichtingsjaar 1888) was jarenlang een gesloten bolwerk waar je alleen op uitnodiging werd toegelaten. Af en toe kwam er een uitbreiding en werd er een extra divisie toegevoegd. Uiteindelijk duurde het tot de jaren tachtig van de twintigste eeuw voordat er automatische promotie en degradatie werd ingevoerd tussen de Football League en de divisies daaronder. De Premier League heeft zich in 1992 van de EFL afgescheiden.
Tegenwoordig heb je de Premier League met daaronder drie EFL-divisies (Championship, League One en League Two) . Deze vier competities heten samen de Leagues en hierin spelen in totaal 92 clubs. Er zijn mensen wier levensdoel het is om die allemaal fysiek bezocht te hebben. [Ultieme ‘groundhoppers’ zijn zij die zoveel mogelijk stadions in eigen land en erbuiten met eigen ogen van binnen en van buiten hebben willen zien, bij voorkeur tijdens thuiswedstrijden om ook die sfeer te proeven.; RS]
Daaronder begint de non-league. Dat is een wat verwarrende naam, want het is wel degelijk gewoon een competitie. Hoewel dit technisch gezien amateurs zijn, spelen ze in de National League (het vijfde niveau dat vroeger Conference League heette en door veel mensen zo nog genoemd wordt) met fullprofs in een landelijke competitie. Daaronder is het National League North & South (zesde niveau) waarna we verdergaan naar steeds meer regionale competities. Uiteindelijk kom je in de ‘grassroots’ competities uit waar ook geen wedstrijdpremies meer betaald worden, maar dan moet je verbazingwekkend lang naar beneden. Ik begon mijn trip op het zestiende niveau, maar er schijnen lokale competities op het twintigste en eenentwintigste niveau te bestaan. Je bent er even mee bezig maar zelfs als club uit de eenentwintigste divisie ben je maar twintig promoties verwijderd van Old Trafford, Anfield en Stamford Bridge…’
Bron: Gijs van der Poel, ‘Stiles & Turnstiles – Een pelgrimstocht door het Britse (voetbal)landschap’, 2024, blz. 63-64
Vroeger had je de First Division, Second Division enz., maar de terminologie is nu zo opgeschroefd dat in drie benamingen het op het hoogste niveau voetballen lijkt door te klinken, als je die benamingen tenminste separaat van elkaar bekijkt: Premier (League), Championship, en League One. Het enige hoogste niveau is echter de Premier League, het Championship is het tweede niveau en in League One speel je pas op het derde niveau en in League Two op het vierde niveau. Zelfs het hoogste non-league niveau suggereert het hoogste landelijke niveau te vertegenwoordigen: National League. Tegenwoordig pretendeert men, kennelijk om marketingtechnische redenen, meer te zijn dan men in feite is. In League Two speelde je vroeger dus niet hoger dan op het vierde niveau, de National League van nu heette Conference League. De National Leagues North en South zijn niet landelijke, maar regionale competities: contradictiones in terminis. Een betere terminologie, die nog minder hiërarchie zou suggereren (nu is er immers sprake van League One en League Two) zou zijn: Premier League / Championship / National League (= League One) en Conference League (= League Two). De huidige National League zou dan wel anders benoemd moeten worden. Het is non-league, dus zou het ook om die reden beter ‘National Division’ kunnen heten, en daaronder ‘National Division North’ en ‘South’. De aanduiding ‘National’ kan dan gehandhaafd worden, want die competities zijn landelijk.
Hierbij moet wel worden aangetekend dat het Championship de hoogste divisie van de EFL (onder de zelfstandige Premier League) is. Inzoverre is die naamgeving toch weer logisch, maar zouden League One en Two moeten heten: League Two en Three, waarbij het Championship in feite League One van de EFL is. Anderzijds zijn Premier League en EFL organisatorisch/bestuurlijk wel van elkaar gescheiden, maar geldt promotie/degradatie onderling ten volle. En de non-league is tegengesteld aan Premier League plus EFL tesamen. De Leagues vormen één geheel.
In ‘Stiles & Turnstiles’ doet Gijs van der Poel uitgebreid verslag van zijn voettocht van ruim honderd dagen van het uiterste zuiden van Engeland naar het uiterste noorden van Schotland, waarbij hij ook bijna veertig voetbalwedstrijden, van hoog tot laag, bijwoonde. Een ‘stile’ is een houten of stenen trappetje om over het hek te klimmen zodat je door een boerenweiland heen kan lopen. In Engeland hebben wandelaars op veel plaatsen het recht van overpad. Een ‘turnstile’ is een tourniquet, een draaihek waardoor je een voetbalstadion binnenkomt. Zij die de 2220 kilometer van Land’s End naar John O’ Groats lopen, worden End-to-Enders genoemd. Ze lopen LEJOG of, in omgekeerde richting (van noord naar zuid) JOGLE.
Rob Siekmann