RODE DUIVELS 1917-1920: VAN FRONT WANDERERS TIJDENS DE GROOTEN OORLOG TOT DE BESTE VAN DE WERELD OP DE OLYMPISCHE SPELEN VAN ANTWERPEN (5)
Net geen honderd jaar geleden dansten Belgen ook op het ritme van de Rode Duivels. Die wonnen in de zomer van 1920 in Antwerpen – tussen 28 augustus en 2 september – het Olympisch voetbalgoud. De internationale pers doopte hen tot ‘wereldkampioenen’. Het zou de eerste ‘voetbalzomer’ uit de geschiedenis worden, die door duizenden mensen werd gevolgd. Maar er kleefde een zeer merkwaardige en zelfs unieke story aan vast. Die startte min of meer aan de basiliek van Koekelberg. In die omgeving situeerde zich rond 1912 het terrein van de Belgische landskampioen Daring Brussel. De smaakmaker van het elftal heette Armand Swartenbroeks, geneeskundestudent. Een jaar later ontbrandde de Eerste Wereldoorlog en Swartenbroeks spoorde vanuit Brussel naar de ‘Flanders Fields’ rond Ieper. Als beginnende dokter redde hij duizenden soldaten het leven of hielp hen over de grens naar de dood. Hij stichtte mee ‘The Front Wanderers’, een team van internationalen dat in Groot-Brittannië benefietwedstrijden speelde ten voordele van…Belgische oorlogsvluchtelingen en van de frontsoldaten in de loopgraven. Drie jaar later kroonden de Rode Duivels, met de basis van de Front Wanderers, zich tot Olympisch kampioen. De vrijzinnige humanist Swartenbroeks gedroeg zich als de geestelijke leider achter dit project.
Lees deze week in vijf afleveringen het achtergrondverhaal dat verschenen is in ‘Wereldvoetbalzomers van België 1920 tot Brazilië 1970’. Nog steeds te bestellen via raffe.willems@telenet.be
François Colin en Raf Willems werken aan een nieuw boek met als titel ‘De Gouden Eeuw van de Rode Duivels 1920-2020. Nummer 1 in 1920 en honderd jaar later.’ Meer informatie hierover volgt.
Een unicum: België Olympische kampioen nadat de finale niet volledig wordt gespeeld
Toch gold Tsjecho-Slowakije als finalefavoriet. Eén zomer eerder toonden ze zich al de sterkste in de zogenaamde ‘Intergeallieerde Spelen’, een Olympiade in Parijs voor elftallen van de geallieerde landen. Tsjecho-Slowakije versloeg zijn vier tegenstanders, waaronder Frankrijk in de finale. België verloor met 4-1. Ook in 1920 stonden ze sterker in de schoenen: 7-0 tegen Joegoslavië, 4-0 tegen Noorwegen en 4-1 tegen Frankrijk. Bewondering heerste alom voor het bijna wetenschappelijke spel uit Praag. De finale op 2 september 1920 zorgde voor een volksverhuizing. Het Olympisch Stadion barstte uit zijn voegen en de maximumcapaciteit van 30.000 werd ruimschoots overtroffen. 42.000 Belgen, al dan niet met een inkomticket, bezetten de tribunes. Dat was een record op het Europese vasteland.
In zijn boek ‘Voetbal van hier en overal’ geeft scheidsrechter John Langenus zijn ooggetuigenverslag over de drie kantelmomenten van de match.
- ‘De Tsjechen geloofden rotsvast in de overwinning, te meer daar zij in’t begin, dankzij hun preciese voorzetten, werkelijk in de meerderheid waren. Lang duurde dat echter niet want Bastin, de aalvlugge aanvaller, verplaatste herhaaldelijk het spel en zijn scherpe centers deden steeds dreigend gevaar ontstaan, dat op zeker ogenblik alleen door een hands kon worden gered. Strafschop en Coppée bracht de stand op 1-0 voor België.’
- ‘En zo werd het 2-0: Bragard had de bal opgebracht en naar Bastin geopend, die aan Larnoe gaf en deze ging Kolenaty en Hojer met meesterlijke schijnbewegingen voorbij en maakte het tweede doelpunt na 28 minuten, terwijl geen pen de losbrekende geestdrift kon beschrijven.’
- ‘En toen gebeurde het beslissende incident. Twee minuten voor de rust was Coppée doorgebroken en back Steiner stopte hem met een vrijwillige trap op het bovenlichaam. Coppée viel neer en Steiner werd door de scheidsrechter uitgesloten. Al de andere Tsjechische spelers volgden hun makker naar de kleedkamers. Daarmede was de wedstrijd geëindigd na 43 minuten. Het volk overspoelde het veld en jubelde als nooit tevoren. De hele buitenlandse pers getuigde dat de besten dit Olympisch voetbaltoernooi hadden gewonnen.’
John Langenus vergeleek ook beide stijlen: ‘Bij de Tsjechen liep de bal vlug over het gras van man naar man. Bij de Belgen liepen man en bal vlug over het veld. Dat werd een voordeel. De Belgen stormden steeds geweldig naar het doel der tegenstanders, terwijl de fijneuurwerk-combinatie der Tsjechen altijd op de zeer besluitvaardige Belgische backs stranden kwam.’
De Rode Duivels kregen de status van helden, maar konden amper in hun levensonderhoud voorzien. Ze ontvingen tijdens de Spelen tien frank per dag, maar die som volstond niet om tegelijk uitrusting en treintickets te betalen. Dat deerde Armand Swartenbroeks niet. Een enorme fierheid maakte zich van hem meester toen hij naar de dansende Belgen keek.
In het volgende decennium – the roaring twenties – zou België zich langzaam herstellen. Het voetbal en de muziek – het was de tijd van de charleston – zouden de mensen afleiding bezorgen. Van Front Wanderers tot Olympisch kampioen! Maar de gruwel van vier jaar ‘Grooten Oorlog’ zou nooit meer uit zijn hoofd gaan. Hij dacht aan zijn broer.
De eerste wereldkampioen op voetbalgebied. Zo stond het te lezen in het verslag van het weekblad Sport-Revue. Dat betekende dus ook dat de media op die wijze in 1920 de status van de Rode Duivels heeft waargenomen: als wereldkampioenen van het voetbal. Zij het als winnaar van de Olympische Spelen want het de eerste wereldbeker voetbal werd pas in 1930 georganiseerd. ‘Belgen, vergeet nooit den naam uwer eerste wereldkampioenen op voetbalgebied!’
Met Antwerpen 1920 was de eerste wereldvoetbalzomer geboren: hij zat in het collectieve geheugen van de Belgen.
3 reacties
Pingback: buy colombian cocaine online
Pingback: quik 2000
Pingback: Sevink Molen