Het wonder is geschied: de Pro League is het eindelijk eens over het competitieformat en ons land krijgt eindelijk weer een normale competitie, zoals in alle landen die het voetbal ernstig nemen. Hier droom ik al vijftien jaar van. Positief is ook dat de terugkeer naar de normaliteit pas na volgend seizoen gebeurt. Er kan dus geen sprake zijn van competitievervalsing.
Drie speeldagen voor het slot van de competitie de regels veranderen. Du jamais vu. Maar zover komt het dus niet. Ook al kon er van competitievervalsing nauwelijks sprake zijn. De enige bedenking kon zijn dat de ploegen die nog voor het behoud bikkelen minder gemotiveerd zouden zijn en daardoor een rol zouden kunnen spelen in de strijd voor een plaatsje in wat de laatste Champions Play-off zou worden. Het wegvallen van de degradatiestress kon echter net zo goed een tegenovergesteld effect hebben. Maar goed, niemand kan er nog een excuus in vinden om het eigen falen te vergoelijken.
Wat finaal uit de bus kwam, is gewoon … (bijna) perfect. Onwaarschijnlijk dat onze profclubs daar eindelijk een tweederdemeerderheid voor vonden. Geen play-offs meer, geen halvering van de punten meer. Gedan met de ongein. En het reguliere seizoen telt weer voor de volle pot. Dit is – afgaande op de opiniepeilingen van vroeger en gisteren in de populaire kranten – wat tachtig procent van de voetballiefhebbers wil. In iedere andere sector hadden ze al vijftien jaar terug hun zin gekregen.
Maar beter laat dan nooit. Bemoedigend is dat het een aantal topclubs zijn die dit doorgedrukt hebben. Ze profiteerden nochtans (financieel) het meest van de play-offs. Alle aandacht (en inkomsten) ging naar de Champions Play-off. Tien van de zestien teams speelden vanaf eind maart in lege stadions. Het enige positieve was dat dit hen de mogelijkheid gaf jonge spelers een kans te geven.
Loting
De voorstanders van de play-offs vrezen voor verlies aan spanning in de competitie. Die wordt echter bepaald door de waardeverhoudingen tussen de teams, niet door het format. In de laatste jaargang zonder play-offs (2008-2009) waren testwedstrijden nodig om de kampioen aan te duiden. Al klopt het dat de halvering van de punten de spanning kan verhogen. Delen door tien zou nog meer spanning brengen. En wat denk je van loten na afloop van het seizoen? Dat zou pas spannend zijn.
Veel belangrijker dan spanning is trouwens fairplay, eerlijkheid. Zeker in een sport waar het toeval/geluk (bal op de paal, scheidsrechterlijke beslissing) zo bepalend is.
De nieuwe (oude) format zal onze clubs meer kansen geven in de Europese bekers, maar ook blessures en vermoeidheid (bij alle clubs) verminderen. Teams die niet Europees spelen, kunnen wellicht met een smallere kern werken.
Barometer
De topclubs wilden dit het meest en halen er het grootste voordeel uit. Daarom zouden zij meer toegevingen moeten doen. Op Portugal (*zie onder) na worden de tv-rechten nergens oneerlijker verdeeld. De kampioen krijgt zowat zeven keer meer dan de laatste in de rangschikking. In de Premier League is dat slechts anderhalve keer.
Vooral tweede klasse (kunnen we van dat stomme 1A en 1B af geraken?) moet beter bedeeld worden. Tweede klasse is de barometer van je voetbal. Er moet (veel) meer geld naar de tweededivisieclubs. Dat kan je in ieder geval halen bij de kampioen. Een deelnemingsbewijs voor de Champions League is de jackpot, dan hoef je geen centen van het tv-contract te krijgen. Hetzelfde geldt in geval de vice-kampioen zich plaatst voor het kampioenenbal. De teams die in de Europa League of de Conference League spelen, moeten een vast percentage in een gemeenschappelijke pot droppen.
Ik heb al vorige eeuw gepleit voor B-ploegen in de reguliere competities, maar het is van de put gerukt dat er minimaal vier B-teams van de toppers in moeten aantreden. Wie mee wil draaien in een competitie met stijgen en dalen moet ook kunnen dalen. Als je B-ploeg te zwak is, heeft ze niets te zoeken in het profvoetbal.
Tot slot moeten we de toegang tot tweede klasse vergemakkelijken. Het moet gewoon een aantrekkelijke competitie zijn/worden. Je hebt uiteraard een stadionstructuur nodig die aan bepaalde voorwaarden voldoet, maar een vast aantal profspelers is nergens voor nodig. Waarom zou je zonder profspelers geen leuk voetbal kunnen brengen?
*Het tv-contract in Portugal loopt van 2016 tot 2026 en bedraagt 120 miljoen euro. In ons land was het 103 miljoen en is het voortaan 84 miljoen. Benfica krijgt 31 miljoen per seizoen, Sporting en FC Porto elk 28 miljoen euro. De rest verdeelt de kruimels (bron: José Freitas).