Van Binst had het na het einde van zijn carrière niet gemakkelijk. Op een gegeven moment leek hij door een burn-out helemaal te ontsporen. Hij was trainer geweest van Union Namur, Lauwe en Oostnieuwkerke en werkte 22 jaar lang als vertegenwoordiger voor een bedrijf in waterverzachters. Altijd maar weer de weg op, de eindeloze files, altijd weer te laat komen terwijl hij eigenlijk heel punctueel is, Gille zag het niet meer zitten. Van Binst doolde het land door, van het ene café naar het andere, er zaten duistere gedachten in zijn hoofd, hij zocht naar rust die hij niet vond. Tot hij toevallig in het hotel Tower Bridge in Grimbergen belandde waar de hotelbaas zich over hem ontfermde als een vader over zijn zoon.
Daar, langs het Zeekanaal tussen Brussel en Willebroek, werd Van Binst weer zichzelf. Zeker vanaf het moment dat hij de kans kreeg een boek te schrijven. Van Binst, die op school altijd goed was in opstellen, maakte geen autobiografie, maar een boek vol klaterende anekdotes, een hilarische blik achter de schermen. Circus Voetbal heette dit werk, want voetbal was volgens hem een groot circus waarin spelers en trainers de ene keer de rol van acrobaat, en dan weer die van clown en jongleur aannamen. Het boek stond zes weken op één in de top tien van meest verkochte boeken, er gingen 11.000 exemplaren over de toonbank. En dat terwijl hij het boek had geschreven op een moment dat hij geen uitgever had. Die vond hij pas later toen het manuscript klaar was. Door dat succes geraakte Van Binst weer helemaal boven water, hij werd op sportavonden gevraagd, ze maakten van hem een legende, terwijl hij zichzelf niet zo zag.
Het boek gaf Van Binst een gevoel van eigenwaarde terug. Hij kreeg een column in een krant en schreef de zaken zoals ze zijn. Een man van omwegen is hij nooit geweest, compromissen waren nooit aan hem besteed. Toch wilde hij ook weer niet te ver gaan want, zo zei hij lachend, hij wilde geen echtscheidingen op zijn geweten hebben. Maar dat voetballers in interviews niet verder kwamen dan voorgekauwde teksten, was iets wat hem mateloos irriteerde.
Gille Van Binst was iemand die gulzig van het leven proefde. Hij stond heel graag in de belangstelling en rakelde met zijn droge humor steeds weer sappige verhalen op. Maar hij was ook een man vol twijfels. Er bleek niet veel nodig om hem uit zijn evenwicht te brengen. Die onzekerheid probeerde hij te verbergen door een grote mond op te zetten. Hij liet zijn gevoelige kant nooit blijken. Alsof dat hem kwetsbaar zou maken.