zondag, juli 7

EURO 2024: HOE DUITSLAND HET SOCIAAL & DEMOCRATISCH VOETBALGIDSLAND VAN DE WERELD WERD (1)

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Euro 2024 loopt van 14 juni tot 14 juli in Duitsland. Onder het motto: ‘Vereint im Herzen Europas’.
Ik noem Duitsland het sociaal en democratisch gidsland van het voetbal. Met dank aan drie unieke kenmerken van de Duitse voetbalcultuur: 1. het sociaal engagement als vanzelfsprekend onderdeel van de werking van de voetbalbond; 2. de verplichte maximum 49% procent eigendomsregel van de profclubs; 3. de professionele pedagogische fanbegeleidingsprojecten.
Tegelijk speelden overwinningen van de nationale ploeg vaak een cruciale ondersteunende rol bij maatschappelijke omwentelingen.
Ik bezocht de voorbije drie decennia op geregelde tijdstippen de klassieke voetbalsteden. En ontdekte, na vele gesprekken, de sociologische en politieke verwevenheid. Ik schreef er een boek over: Der Kaiser & die Mannschaft. Een historische voetbalreis door het land van Beckenbauer.
U vindt vandaag en de volgende dagen een samenvattende voorpublicatie in drie afleveringen.

  • Voetbal als ‘sociaal levensgevoel’ tijdens de Weimarrepubliek 1919-1933

Winter 1918. Walther Bensemann was een humanistische jood. Een onafhankelijke geest met een sociaaldemocratische inspiratie. Vanuit zijn levensvisie haatte hij de oorlog en toonde er vanaf 1914 zijn afkeur voor. ‘De man die het voetbal naar Duitsland had gebracht’, zo werd hij genoemd. Hij geloofde in de vredelievende kracht van het spel om de bal. Twee jaar na der Große Krieg richtte hij het voetbalweekblad Der Kicker op. Hij vuurde het idee aan van ‘burgerschap door voetbal’ en steunde voluit de artistieke stijl: ein System der Freiheit. Tegelijk werd hij op zijn beurt uitgespuwd door conservatieve nationalisten. Zij omschreven voetbal als Fußlümmelei: een sport voor ‘halve wilden, onbenullen en jonge nietsnutten’. Maar vooral een de gevestigde orde ondermijnend geïmporteerd verschijnsel van de Britse aartsvijand.

Bensemann liet zich niet afbluffen. Dankzij zijn daadkracht bepaalde het nieuwe balspel het sportieve gezicht van de jonge sociaaldemocratische natie.

Dat betoogde historicus Erik Eggers in zijn boek Fußball in der Weimarer Republik: ‘Tijdens de Weimarrepubliek 1919-1933 groeide het voetbal uit tot een massafenomeen. Arbeiders, burgers en intellectuelen verenigden zich rond de velden. Het prettig gestoorde voetbalfanatisme van de jaren twintig was een onderdeel van de algemene zucht naar de moderniteit. De bevolking was de oude gezagsverhoudingen beu en snakte naar vrijheid: muziek, radio, film, theater en … voetbal. Vrije tijd, het lichaam, het leven.’ Er was dus sprake van een gepassioneerde voetbalcharleston: das Lebensgefühl, die Goldenen Zwanziger!

Opvallend gegeven: ook duizenden vrouwen verdrongen zich als blije toeschouwers in de stadions.

Nie wieder Krieg! Daarvoor ijverde Bensemann voortdurend. Hij stelde zich Europese verstandhouding tot doel via het voetbal en fluisterde Duitse diplomaten in om het land via interlands weer een aanvaardbare positie te geven en vredelievende contacten aan te knopen. Hij werd de intellectuele voetbalbondgenoot van de eerste sociaaldemocratische regeringen van Weimar. Die probeerden het verwoeste land weer op te bouwen. Hij trok de boer op met voorstellen voor sportbeoefening in de scholen, de bouw van stadions en openbare velden. De overheid volgde hem en gaf opdracht tot investeringen in voetbaltempels in Düsseldorf, Keulen, München, Frankfurt en Nürnberg. Hij reisde van dorp tot dorp om zijn pedagogische voetbalevangelie te verkondigen: ‘De sport is niet enkel voor de zonen van de rijken geschapen, maar voor alle kinderen.’ Of nog: ‘De geboorteplaats van een mens heeft geen enkele betekenis.’ Dit alles onder het motto: ‘De bal, het brein, de benen.’

In 1933 namen de nationaalsocialisten de macht over. Ze noemden de gezellige en educatieve invulling van het voetbal laatdunkend ‘das Judenspiel’. En ze veranderden de marsrichting: van dan af werd ‘voetbal oorlog’ en werden spelers ‘soldaten van de sport’.

  • Het wonder van Bern, Wereldbeker 1954: de geboorte van het Rijnlandmodel en de Bondsrepubliek

4 juli 1954 ´morgen precies 70 jaar geleden. West-Duitsland won de finale met 3-2 van de onklopbaar gewaande ‘Magische Hongaren’ van Ferenc Puskas. Das Wunder von Bern wordt door sociologen beschouwd als het beginpunt van de democratische Bondsrepubliek. West-Duitsland zocht naar een houvast voor zijn verbrokkelde gemeenschap. Auteur Arthur Heinrich onderzocht het fenomeen in zijn boek 3-2 für Deutschland. Die Gründung der Bundesrepublik im Waldorf Stadion Bern.

Hij toonde aan dat die Bondsrepubliek vorm heeft gekregen door de installatie van een verzorgingsstaat met arbeidsplaatsen, sociale zekerheid en vrede. Het Rijnlandmodel was geboren. Het nieuwe land raakte met zijn oorlogsverleden in het reine, werd Wirtschaftwunderland, maar de voetballers van de Zwitserse zomer, rond aanvoerder Fritz Walter, lieten het écht terugkeren in de wereld.  Er vloeiden tranen over West-Duitsland. Voor het eerst sinds 1945 waagden Duitsers zich aan collectieve euforie. Mannen toonden openlijk hun emoties. Dat was een afrekening met de gewoontes van het Derde Rijk. Daar hadden ze geleerd dat ‘een Duitse jongen niet weent’.  Naar schatting zestig miljoen West-Duitsers luisterden tussen 17 en 19 uur naar het wedstrijdverslag op de radio. Het weekblad Der Spiegel riep deze dag vijftig jaar later uit tot de belangrijkste uit de naoorlogse geschiedenis. Op 11 november 1989 na, bij de opening van de Berlijnse Muur. Volgens wetenschappers maakte Der Sieg von Bern van de Bondsrepubliek een Europees land. Het opende de deur naar de Verenigde Naties. De werkelijke waarde van het elftal zat in het beeld dat fel contrasteerde met dat van 1945. De historicus Hans-Pieter Schwarz registreerde: ‘De voetballers zijn de helden van het volk geworden. Ze namen de plaats in van de piloten en de commandanten van de U-boten.’

Share.

About Author

Raf Willems (1960) noemt zichzelf voetbalschrijver met een boekenkast. Hij is uitgever en auteur van meer dan 40 boeken over ‘voetbal met een knipoog naar geschiedenis & samenleving’ en schreef voor het Nederlandse weekblad Voetbal International (1995-2000), de krant NRC Handelsblad (2001-2006) en de website Stichting meer dan Voetbal (2008-20014). Sinds 2014 Initiatiefnemer van voetbaldenktank & onlineplatform De Witte Duivel.

Leave A Reply