DE VOETBALWANDELING (14)
In deze rubriek wandelt auteur Raf Willems letterlijk en figuurlijk door de bewogen geschiedenis van het voetbal. Hij vertelt over zijn herinneringen en ontmoetingen. ‘De voetbalwandeling’ verschijnt op geregelde en vooral ongeregelde tijdstippen. Vandaag vertelt hij over één van de beste voetbalboeken die hij ooit gelezen heeft: However tall the mountain van schrijfster Awista Ayub. Het verscheen in 2009. Over het verzet van vrouwen in Afghanistan tegen de islamistische dictatuur van de Taliban. En over hun verboden voetbaldroom. Het sluit aan bij de bittere actualiteit van vandaag.
Een bal en vele dromen
Khaled Hosseini, de beroemde Afghaanse auteur van ‘De vliegeraar’ en ‘Duizend schitterende zonnen’ gaf een citaat mee op de cover van de interessantste boeken over ‘voetbal & politiek’ die ik heb gelezen. Hij schreef: ‘These young Afghan women are pioneers. Their story is one of resilience and courage. This book is a testament tot he power of hope and the will to dream in a country where so many dreams have been cut short.’
De titel van het boek heet: ‘However tall the mountain’. Met als ondertitel: ‘A dream, eight girls and a yourney home’ van schrijfster Awista Ayub. Ik vertel hieronder het verhaal.
Sometimes all it takes is one ball and many dreams.
Zo klinkt de slotzin van het boek dat tien jaar geleden verscheen. Dit is het waar gebeurde verhaal van Awista Ayub en van acht Afghaanse meisjes. De auteur schreef haar belevenissen neer in het boek However tall the mountain. Naar de helft van een populair Afghaans gezegde: hoe zwaar de beklimming van de berg ook moge zijn, er is altijd een weg. However tall the mountain, there is always a road.
Vrijheidsdroom
Awista Ayub begon haar persoonlijke beklimming met de oprichting van haar Afghan Youths Sport Exchange in 2003. Ze werd geboren in 1979. Datzelfde jaar opende de voormalige Sovjet-Unie een oorlogsfront in haar geboorteland. Haar familie vluchtte naar de Verenigde Staten. Tijdens haar jeugd leerde ze het Amerikaanse vrouwenvoetbal kennen. Ze putte inspiratie uit de positieve kracht van women soccer. Ze zocht een middel om Afghaanse meisjes te verenigen en hen hoop en plezier te bezorgen. Ze zag in voetbal een weg naar ‘social change’. Met haar eigen woorden: ‘to make a loud and clear statement for Afghan women.’ Ze verzamelde acht meisjes en bracht hen naar een soccer clinic van de International Children’s Games in Cleveland.
Ze leerden de geheimen van het spel en ontwikkelden zelfvertrouwen: voor het eerst in hun leven. Exemplarisch is het verhaal van keeper Samira.
Haar ouders gaven hun dochter een droom mee: vrijheid. Toen de Taliban in 1996 op een alle brutaliteit tartende wijze de macht grepen, veranderde het leven van Samira in extreme mate. Ze legden vrouwen alle denkbare verboden op en jonge meisjes mochten niet meer naar school. Haar vader onderwees zijn dochter in de clandestiniteit. Haar moeder prentte haar onafhankelijkheid in. Na de verdrijving van de Taliban uit Kaboel in 2001 stapte Samira in het project van Awista Ayub. Ze beoefende de kunst van het keepen en worstelde met de kernvraag ter zake: overwin de angst voor de bal, de tegenstander en jezelf! Zoek de kracht om ‘alleen te staan.’ Het bracht haar opnieuw op het spoor van het leven: ‘She stands alone in the goal. In this way, Samira begins to reenter her life.’
Ze keerden terug naar Afghanistan en verspreidden de spirit voor soccer. Op 28 december 2005 trapte het team van Ayub de bal af van het eerste meisjeskampioenschap. Plaats van handeling: het nationale Ghazi Stadium, op dezelfde middenstip werden vrouwen tijdens de tirannie der Taliban geëxecuteerd. Met als decor: de agressieve massa. Ze voetbalden met maar vooral zonder hoofddoek. Voor de burgeroorlog droegen de meisjes van Afghanistan immers de kleding die ze zelf verkozen betoogt Ayub: ‘Before those wars, women weren’t wearing scarves.’
Vijftien clubs
Wat begon met acht angstige maar wel zeer gemotiveerde meisjes evolueerde tot een fenomeen van vijftien vrouwenclubs met 250 speelsters. Awista Ayub schrijft: ‘Against all odds and fear, these girls decided to come together and play a sport.’ Ze namen enorme risico’s om hun vrijheid af te dwingen. Tot vandaag wordt echter in Afghanistan – veelal met bedreigingen en vaak met geweld – nog steeds in vraag gesteld: mogen vrouwen voetballen volgens de aloude tradities en wetten der religie en cultuur? De mannelijke coach van het team van Awista Ayub botste een paar keer op de van woede withete vuisten van islamistische amokmakers. In het boek blaast hij uit: ‘Ik ben vermoeid van de voortdurende strijd. Soms gaat het mijn bevattingsvermogen te boven. Maar ik hou nog steeds van voetbal.’
However tall the mountain, there’s always a road. Sometimes all it takes is one ball and many dreams. Ziedaar de vervulling van de verboden voetbaldroom van enkele Afghaanse meisjes. Het wordt de hoogste tijd dat àlle Afghaanse meisjes die voetbaldroom mogen beleven. Dat schreef ik al een jaar of tien geleden. Intussen lijkt die droom verpulverd te zijn door, we herhalen het, de bittere actualiteit. De FIFA draagt hier een verpletterende verantwoordelijkheid. Ik pleit al langer voor een verplichte inschrijving voor elk land van een nationaal mannen- én vrouwenelftal. En landen die vrouwen – omwille van barbaarse religieuze voorschriften – verbieden op hun tribunes, horen niet thuis in het wereldvoetbal. Wakker worden Infantino Giovanni Vincenzo, schop die schoften een geweten of schop hen eruit.
‘Sometimes all it takes is one ball and many dreams.’