zaterdag, november 23

Van Lev Yashin tot Marcus Rashford – Helden & antihelden van het EK 1960-2021 – deel 15: Cristiano Ronaldo

Pinterest LinkedIn Tumblr +

In de voorbije halve eeuw werden zestien Europese Kampioenschappen georganiseerd. Het begon met Frankrijk 1960 en eindigde met Europa 2021.

Telkens stonden spelers op die het toernooi naar hun hand zetten, een onvergetelijke indruk nalieten of op beslissende momenten faalden. Ze gingen als helden of antihelden de geschiedenis in. Lees op De Witte Duivel een serie in zestien afleveringen:
Van Lev Yashin tot Marcus Rashford, helden en antihelden van het EK 1960-2021.

EK 2016 FRANKRIJK

CRISTIANO RONALDO – DE GOD NARCISSUS VAN HET VOETBAL

Finale: Portugal – Frankrijk 1-0, Stade de France Parijs, 10 juli 2016

Portugal versloeg Frankrijk in Parijs. Cristiano Ronaldo won eindelijk het Europees kampioenschap na een verloren finale in 2004 tegen Griekenland en een halve finale (na strafschoppen) tegen Spanje in 2012. Nochtans verliep het parcours bijzonder hobbelig: drie draws tegen de middelmatige opponenten IJsland, Hongarije en Oostenrijk in de groepsfase. Kwalificatie via het zogenaamde achterpoortje van de derde beste. Pas na 117 minuten voorbij Kroatië in de achtste finale dankzij het eerste schot tussen de palen. Gered door de strafschoppen na een alweer zeer matig optreden in de kwartfinale tegen Polen. Enkel in de halve finale boekten de Portugezen een overtuigende zege tegen Wales. Cristiano Ronaldo trok eindelijk de match naar zich toe. Hij hoopte de finale tegen Frankrijk naar zijn hand te zetten, maar diende al na 25 minuten het veld geblesseerd te verlaten. Hij verliet huilend het veld. Tot verbazing van het publiek nam hij van dan af de rol van de coach over langs de lijn. In minuut 109 scoorde invaller Eder het enige doelpunt. De tranen van verdriet werden tranen van vreugde bij Cristiano in de kleedkamer tijdens een emotionele speech van de op dat moment beste voetballer ter wereld.

Cristiano Ronaldo. Real Madrid–Juventus 4-1, 3 juni 2017, finale Champions League. Hij bevond zich op het toppunt van zijn kunde, met twee doelpunten deed hij Juventus knielen. Hij verhuisde in 2003 uit het niets naar Old Trafford. Op een late juliavond troefde Sporting Lissabon Manchester United ‘vriendschappelijk’ met 3-1 af.

Een wonderkind zweefde over het veld en zette keer op keer de ervaren rode verdedigers voor schut. Tijdens de terugreis spaart coach Alex Ferguson de superlatieven niet: ‘One of the most exciting young players I’ve ever seen.’ In het vliegtuig debatteerde een spelersdelegatie over het supertalent. Achtenveertig uur later knipperde Cristiano Ronaldo Dos Santos Aveiro naar het licht van de camera’s. Ronaldo debuteerde meteen in de Premier League. En herhaalt zijn huzarenstukje: hij kapte deze keer de geroutineerde defensie van Bolton Wanderers uit. Twee maanden eerder was David Beckham richting Real Madrid verdwenen. De trainingsstaf speelde hoog spel en schreef hem als nummer zeven in op het wedstrijdformulier. The Magnificent Seven! In opvolging van Cantona en Beckham! Zo kreeg hij meteen een zware last op de tere schouders.

Op 5 februari 1985 werd hij door zijn moeder naar de toenmalige Amerikaanse president Ronald Reagan genoemd. Hij voetbalde zich op de straten de beentjes onder het vege lijf en sloot aan bij Andorhina, waar zijn vader materiaalman was. Op zijn elfde verhuisde vanuit zijn geboorte-eiland Madeira naar de grote wereld. De befaamde jeugdacademie van Sporting Lissabon lijfde hem in. Na vruchtbare participaties aan de succesvolle nationale jongerenselecties van Portugal, baande hij op zijn zestiende een spoor door het eerste team. Twee jaar later riep bondscoach Scolari hem op voor het EK 2004 in eigen land. Hij explodeerde tegen Spanje, Rusland, Engeland en Nederland, maar in de finale verloor Portugal – tegen alle verwachtingen in – van Griekenland. Hij huilde minutenlang, opzichtig en welgemeend. De tranen van de wenende jongen leverden luisterrijke televisie op. In Portugal tipte niemand nog aan zijn populariteit en op Madeira benaderde hij de status van onfeilbaarheid. Familiale problemen eisten hun tol. Hij verloor zijn vader, met wie hij tot zijn twaalfde een hechte band had. Drie jaar later legde moeder Dolores in een intiem interview de penibele gezinssituatie van Cristiano bloot. Ze vertelde over de alcoholverslaving van haar overleden man. In 1999 had bij Hugo, de oudere broer, de drugduivel toegeslagen. De zestienjarige Cristiano nam van dan af alle kosten op zich van de peperdure behandeling op zich. Bij United wisselde hij topprestaties af met abominabele performances. Het samenspel met Wayne Rooney – de andere rumoerige jonge topspits – verliep problematisch. Na een bizar incident tijdens Engeland–Portugal op het WK 2006 volgde de aangekondigde uitbarsting. Op aanwijzen van Ronaldo werd Rooney van het veld gestuurd. Die schold hem uit voor ‘matennaaier’. Alex Ferguson dwong de ruziemakers tot openlijke verzoening en boog de spanning op tot de perfecte twee-eenheid. Het duo Ro-Ro raasde van 2006 tot 2009 alle concurrentie voorbij: drie Premier Leaguetitels op rij, winst en verlies in de Champions Leaguefinales van 2008 en 2009.

Cristiano Ronaldo. Zijne hoogheid-heiligheid CR7. Die intussen een keizerlijke status kreeg aangemeten, tot in China toe. De witte prins met een duistere kant: een aanslepende zedenkwestie en belastingontduiking.

En toch … onderging hij op zijn 32e levensjaar nog een metamorfose. Die dankte hij aan zijn coach Zidane en … aan zijn blessure tijdens de finale van het EK 2016 met Portugal. Zidane opende in augustus 2016 het gesprek met zijn geblesseerde sterspeler. Hij wees hem op het feit dat hij ook in 2015 en 2016 kampte met kwaaltjes als gevolg van ‘overdaad’. Zidane overtuigde hem van het belang van ‘rust’ en ‘rotatie’ zodat hij kon pieken tijdens de ultieme fase van het seizoen. Voor het eerst in zijn voetballeven zette Cristiano zijn persoonlijk belang opzij. Hij eiste niet langer dat hij op elk moment van de match alle aandacht kreeg van pers, publiek en ploegmaats. Hij aanvaardde een plaats in de luwte. Zonder morren accepteerde hij zelfs dat hij doelbewust uit het elftal werd gehouden tegen clubs van bescheiden niveau om vervolgens te schitteren tijdens topwedstrijden zoals tegen Bayern, Atletico en Juventus. Zijn eerzucht viel niet te stillen en hij concentreerde zich op de verbetering van zowel lichaam als techniek. In soepele ‘tweebenigheid’ valt hij niet te overtreffen. En ondanks zijn ranke torso heeft ‘de magische zeven’ voldoende spier- en kopbalkracht om zelfs potige duels in de zestien te winnen. Met de tijd evolueerde hij van ‘stepover-winger-wonder’ bij Manchester United naar ‘complete spits’ bij Real Madrid.

Hij is de trotse eigenaar van een niet te imiteren insnijdend overstapje en van een ouderwetse dribbel over de flank. Hij is zowel een typische rechtsbuitenspeler als een inkomende, scorende spits, pendelend tussen middenveld en aanval. Niets wat hun schoonheid evenaart: de vrije trappen van Cristiano! Hij plaatst ze effectvol in de rechterbovenhoek, elke doelman weet dat. Wie kent de remedie? Ronaldo loopt aan en vuurt de bal met een kruising tussen lob en schot over de muur, in een zuivere rechte baan naar wat in voetbaltermen heet de ‘rechterwinkelhaak’. Typerend voor Cristiano is dat hij eerst quasiverontwaardigd rondkijkt – want hij voelt zich altijd wel ergens geschoffeerd door zowel een ploegmaat, het eigen publiek of de voorzitter van Real – en vervolgens triomferend naar zichzelf wijst. Eigendunk is ook een wezenskenmerk van CR 7, een verwijzing naar het rugnummer van ‘the magnificent seven’ maar tevens naar de zeven bolides die op een gegeven moment onderdeel waren van zijn wagenpark. In 2008 won hij met Manchester United de Champions League en ontving hij zijn eerste internationale toponderscheiding: de Ballon d’Or. Cristiano Ronaldo stond op het hoogste podium, wereldspeler nummer één. Het beste moest nog komen: een transfer naar Real Madrid. Niet zo maar een transfer maar dé transfer. In 2009 werd hij de duurste speler aller tijden.

Hij tekende een contract voor vijf jaar en van dan af zou alles in het teken van zijn persoon staan. Het hele elftal speelde voor hem en de narcistische Cristiano raakte verliefd op zijn spiegelbeeld en de eigen doelpunten. Die waren vaak van een onwezenlijke schoonheid, net als zijn stijl: snelheid, dribbels, positiespel, passeerbewegingen. Hij was spits, spelmaker, buitenspeler. In negen seizoenen sneuvelde het ene record na het andere bij Real: eeuwige topschutter met 450 goals in 438 duels. Winnaar van de Champions League in 2014 (Atletico Madrid), 2016 (Atletico Madrid), 2017 (Juventus), 2018 (FC Liverpool); van de FIFA World Cup Clubs in dezelfde jaren; van de kampioenschappen in 2012 en 2017 en van de Copa del Rey in 2011 en 2014. Met nog drie Europese Supercups en twee Supercopa’s de España erbij vierde hij zeventien prijzen in het Estadio Bernabeu. Hij evenaarde de allure van Alfredo di Stefano. Doelpunten, doelpunten, doelpunten: ook nog eens 99 voor de nationale ploeg van Portugal. Opgeteld het duizelingwekkende aantal van 725 in 1002 wedstrijden.

De internationale pers beschreef zijn prestaties vanuit de superlatief. Volkomen terecht. Hij werd ‘El Maestro’ van de Champions League. En hoewel hij nog altijd ‘verliefd is op het eigen spiegelbeeld’ bereikte hij in 2018 toch de status van volwassenheid. Het afscheid in Madrid sloeg in als een bom, de megatransfer naar Juventus voelde aan als een uittocht. Hij liet een leemte na in de ziel van de socio’s van Real. Want voor hen blijft hij zijn hoogheid-heiligheid CR7. De god Narcissus van de Champions League. Cristiano Ronaldo.

Share.

About Author

Raf Willems (1960) noemt zichzelf voetbalschrijver met een boekenkast. Hij is uitgever en auteur van meer dan 40 boeken over ‘voetbal met een knipoog naar geschiedenis & samenleving’ en schreef voor het Nederlandse weekblad Voetbal International (1995-2000), de krant NRC Handelsblad (2001-2006) en de website Stichting meer dan Voetbal (2008-20014). Sinds 2014 Initiatiefnemer van voetbaldenktank & onlineplatform De Witte Duivel.

Leave A Reply