Van 20 juli tot 20 augustus loopt FIFA Women World Cup 2023 in Nieuw-Zeeland en Australië. Stilaan krijgt het vrouwenvoetbal het respect dat het verdient. Dat heeft een eeuw geduurd. Dik honderd jaar geleden trok de eerste vedette van het vrouwenvoetbal, de rebelse Lilly Parr, in Groot-Brittannië tienduizenden fans naar de stadions. De vrouwelijke variant van het voetbal stak op dat ogenblik de mannelijke inzake populariteit naar de kroon. Tot woede van de Engelse conservatieve bondsbonzen. Ze schrapten gedurende een halve eeuw het vrouwenvoetbal uit hun programmatie. Tijdens UEFA Women’s Euro 2022 in Engeland werden alle kijkcijfers- en toeschouwersrecords gebroken. Deze maand volgen miljoenen mensen de prestaties van onder meer Megan Rapinoe, de Lilly Parr van deze tijd.
Naar aanleiding van FIFA Women World Cup 2023 brengen we ‘een kleine geschiedenis van het vrouwenvoetbal’ in tien afleveringen. En vijftien portretten van de beste speelsters aller tijden: ‘Van Mia Hamm in 1996 tot Alexia Putellas in 2023’. Afgewisseld met enkele opiniestukken. Onder de noemer ‘Heldinnen van het voetbal’, kortom.
Birgit Prinz: carrière van beste speelster ter wereld eindigde in woede en verdriet op WK 2011 in eigen land
Birgit Prinz. Woede en verdriet mengden zich in haar gevoelens. Alle camera’s stonden op haar gericht toen ze in de spelerstunnel verdween. Ze gunde haar coach Silvia Neid geen blik. De ontgoocheling was enorm. Duitsland verloor in eigen land op 9 juli 2011 de kwartfinale van Japan, na verlengingen. In die 120 minuten kreeg Birgit Prinz geen seconde speeltijd. Ze miste daardoor haar 215 de interland. Ze trok meteen zelf een vernietigende streep onder haar loopbaan bij het nationale elftal. Drie wereldbekerfinales had ze gespeeld: in 1995 (2-0 verlies tegen Noorwegen in Zweden), 2003 (2-1 winst tegen Zweden in de USA), 2007 (2-0 winst tegen Brazilië in China). Vijf opeenvolgende keren winst in het Europees Kampioenschap tussen 1995 en 2009. En toch kreeg ze dus zoals gezegd geen seconde speeltijd in de honderdtwintig minuten van de kwartfinale. Ook al was ze al jaren de aanvoerder van de zogenaamde ‘Frauschaft’. En zelfs die aanvoerdersband ontnam coach Neid haar in de laatste groepsmatch tegen Frankrijk. De hele week sudderde het conflict door in de media, maar tot een verzoening kwam het niet. Birgit Prinz hield zoals steeds de tanden stijf op elkaar en haar emoties binnen. Ondanks het feit dat ze al een decennium krachtig leiderschap, gecombineerd met psychologische inzicht, demonstreerde op het veld, schuwde ze de openbaarheid. Tijdens de match wou ze winnen tot elke prijs en hield ze zich nooit in. Ze ging tot ver buiten haar lichamelijke limiet in functie van het resultaat. Nadien ontliep ze het liefst elk contact met de media. Ze zat aantoonbaar tegen haar zin op persconferenties en weigerde meestal journalistieke loftuitingen op het eigen spel te onderstrepen. Haar reacties ter zake na opzienbarende overwinningen waren koeltjes. Merkwaardig genoeg ontdooide ze na nederlagen en mindere prestaties. Dan aarzelde ze niet om scherpe analyses te maken over de fouten die haar elftal had gemaakt. Dan leefde ze op het gevoel dat ze iets moest meedelen en bijdragen aan de oplossing van het probleem. Ze keek naar het voetbal vanuit de rol van teamspeler die niet uit was op persoonlijk succes en nog veel minder op mediabelangstelling. Ze haatte het wanneer zeges aan haar werden opgehangen. Ze had daarvoor één zinnetje klaar: ‘Ik heb nog nooit in mijn eentje een wedstrijd gewonnen, dat is altijd de verdienste van de ploeg.’
Terwijl ze tijdens de match én ook op de training àltijd de confrontatie op het scherpste van de snee opzocht, meed ze aanwezigheid op het publieke podium. Ze sprak in de documentaire ‘Die beste Frauen der Welt’ over de wereldbekerzege van 2007 in China: ‘De openbaarheid is mijn métier niet.’ Ze wilde voetbal spelen, maar niet over zichzelf praten. Haar persoonlijk leven hield ze steeds verborgen. En toch haalde ze drie keer de allerhoogste onderscheiding, die van FIFA Women’s Player of the Year: 2003, 2004, 2005. En liefst vijf keer eindigde ze op de tweede plaats, meestal haar Braziliaanse rivale Marta. In Duitsland was ze oppermachtig: negen landstitels in de Bundesliga – zeven met FFC Frankfurt, ook twee met haar club van herkomst FSV Frankfurt – en acht keer de DFB-Pokal. Drie keer winnaar van de Champions League in 2002 (Umea), 2006 (Turbine Potsdam) en 2008 (Umea).
Ze groeide op in Frankfurt en tussen 2000 en 2010 hét symbool van het Duitse én Europese vrouwenvoetbal. Haar spel kenmerkt zich door een combinatie van snelheid, kracht en doeltreffendheid. In 2002 stapte ze voor één zomerseizoen over naar Caroline Courage om er de Amerikaanse competitie winnend af te sluiten. In 2003 kreeg ze als eerst vrouw een aanbod om bij een ‘mannenclub’ aan te sluiten. De voorzitter van het Italiaanse Perugia AC streefde een stunt na. Prinz doorzag het en weigerde het aanbod. Ze hield dus niet van de spotlights, en dat is in haar geval een understatement van jewelste.
Het liefst verdiepte ze zich in de studie: eerste die van fysiotherapeut en later die van psycholoog. Ze nam tijdens grote toernooien haar leerboeken mee. Ze ontwikkelde ze een positieve, maar nuchtere, kijk op zowel geest als gedrag van medespeelsters. Die legde ze een denkbeeldige arm om de schouder bij tegenslag. Maar op 9 juli 2011 weigerde ze deze houding aan te namen ten aanzien van haar coach Silvia Neid. Nadat die haar, volgens de publieke opinie, openlijk had vernederd tijdens het hele toernooi en vooral in de verloren kwartfinale tegen Japan.
Voor het eerst toonde ze haar boosheid. En de verzoening volgde niet. Toen ze bij haar afscheid de verschillende trainers opsomde die haar hadden beïnvloed ontbrak de naam van Silvia Neid in het rijtje. Daarvoor was de mengeling van verontwaardiging en verdriet bij haar te groot. Birgit Prinz.