De Bosuil. Geen stadion in België kent meer combinatie van cult en mythe. Op 1 november 2023 viert de Antwerpvoetbaltempel de honderdste verjaardag. Wie herinnert zich nog dat er tussen 1923 en 1988 liefst veertig officiële en twee officieuze interlands werden gespeeld? Waaronder 35 Derby’s der Lage Landen. Met tussendoor ook de halve finale van het EK 1972 tegen West-Duitsland voor een record van 60.000 toeschouwers. Voetbalschrijver Raf Willems brengt deze ‘vergeten geschiedenis van Rode & Witte Duivels in de Hel van Deurne’ opnieuw tot leven in tien afleveringen. Aflevering 3 met de grootste zege in de Derby der Lage Landen.
België-Nederland 7-1, 17 maart 1940, 32.000 toeschouwers
Lente 1940. De stilte voor de oorlogsstorm kondigde een van de merkwaardigste Derby’s aan. De negenenvijftigste aflevering van de sportieve burenruzie werd gespeeld in een macabere entourage. In volle mobilisatieperiode zaten en stonden heel veel Belgische soldaten en amper Nederlandse fans op de tribunes. De oorlogsdreiging verhinderde de traditionele supportersinvasie De Belgische bondscoach dreef na drie uitschuivers in Nederland – met 9-3, 8-0 en 7-2 – een potige verjongingskuur door.
De pers geloofde er niet in en trakteerde de selectie op schimpscheuten. In Sportleven, het officiële Bondsorgaan, nam men de verdediging van het elftal op. Getuige het verslag van 20 maart 1940: ‘Het heldhaftige publiek dat regen en storm trotseerde om te kunnen aanmoedigen. Een ploeg die voor de lol ineengestoken werd. Een ploeg die geen vijf toeschouwers vermocht te verplaatsen, naar het zeggen van sommige groottierende pers. Jan Publiek had in den strik van die goedkope stommigheid zijn dommen kop gestoken en bleef voor een groot deel thuis achter de kachel. Van de radio zou hij’t wel vernemen met welke saus de Belgskens door de reuzen van Oranje opgevreten werden! Het dynamische spektakel is alleen voor de getrouwe geweest, voor deze die de Rode Duivels in hun verjongingsdrift niet verlaten hebben. Voor de 30.000 die in den plassenden regen het vuur van onze hoop hebben weten te onderhouden. ‘ Einde citaat van de onvermoeibare auteur.
Vijftienduizend kaartjes bleven onverkocht, maar de driekwart volle, door bijna louter Belgen bezochte Bosuil, zag een fantastische score die vooral door de tragische held Jules Van Craen gestalte werd gegeven. De Belgische coach Hector Goetinck, heropgevist na de onverhoedse terugkeer van de Engelsman Jack Reynolds, haalde de bezem door de selectie. Goetinck verwijderde Raymond Braine uit het elftal, zonder te beseffen dat daarmee het doek viel over een indrukwekkende carrière. Braine werd vervangen door Jules Van Craen, een negentienjarige Kempenaar uit de omgeving van Lier die voor onderwijzer studeerde. Hij was de enige Belgische speler die het leger niet had opgeroepen. Goetinck opteerde voor het ouderwetse 2-3-5-systeem en verraste met dit tactische manoeuvre het Nederlands Elftal. De Rode Duivels grepen Oranje meteen bij de keel. Op het temperamentvolle spel van de Belgen had Nederland geen antwoord. Na 44 minuten besliste Jules Van Craen de match: 3-0. Twintig minuten en twee doelpunten later was het al 5-0.
Met de jonge Jules (van 3 september 1920) speelde België meteen diep. Op z’n Engels werd de kortste weg naar het doel gezocht. De oude Raymond Braine hield het spel graag op, hij gaf de voorkeer aan de trage, technische Tsjechische fantasie.
De Belgische kranten, die ondanks de papierschaarste, uitgebreid en euforisch berichtten over deze bijzondere Derby, hemelden Jules Van Craen op tot ‘internationale belofte’. De spits van Lierse SK bevestigde zijn faam toen hij drie weken later in Amsterdam opnieuw scoorde. Dan stokte het succes, want de FIFA verbood tot Kerstmis 1944 alle interlands.
Intussen had Jules Van Craen zijn reputatie volledig waargemaakt. Lierse SK overvleugelde drie seizoenen na elkaar alle tegenstand. In 1940 en 1941 bleef het bij officieuze titels, omdat de oorlogsomstandigheden het normale verloop van de competitie verhinderden. In 1942 won Lierse overtuigend het kampioenschap. Dat seizoen werden onder aanvoering van Jules Van Craen tweeënnegentig doelpunten gemaakt.
Hij evolueerde aan de zijde van zijn mentor Bernard Voorhoof tot een ware topvoetballer. In 1943 werd hij Belgisch topschutter met liefst 43 doelpunten. Hij was een snelle, sobere midvoor. Zijn moordend schot paarde hij een soepele lichaamsbeweging en een efficiënte techniek. De bevrijding van 1944 was al in zicht en voor Van Craen wenkte de internationale roem. Maar toen sloeg het noodlot toe. Tijdens een competitiewedstrijd incasseerde hij van Tilleurspeler Nihoul een kniestoot in de maagstreek. Twee operaties zorgden slecht voor tijdelijke beterschap. De medische wetenschap stond voor een raadsel. Jules Van Craen kon niet meer worden gered. De gedoodverfde aanvalsleider van de naoorlogse Rode Duivels stierf op 10 oktober 1945, nog maar net vijfentwintig jaar jong. Aan hem werd deze 7-1 zege, de grootste Belgische Derbyzege uit de geschiedenis, tegen Nederland opgedragen.