vrijdag, april 19

Karatetrap in Kroatië

Pinterest LinkedIn Tumblr +

Tussen de FIFA-notabelen bij de WK-finale is Zvonimir Boban zondag méér dan de plaatsvervangend secretaris-generaal van de wereldvoetbalunie. Hij zit daar ook niet als de voormalige sterspeler van AC Milan, als de baas van Marco van Basten. Boban is bovenal Kroaat, met op zijn cv een legendarische karatetrap waarmee hij in 1990 zijn bijdrage leverde aan de zelfstandigheid van Kroatië, los van het gehate Joegoslavië.

Op 13 mei 1990 gebeurt dat. Zvonimir Boban is 21 jaar en aanvoerder van Dinamo Zagreb, de trots van Kroatië in de competitie van Groot-Joegoslavië. Hij zal die dag uitgroeien tot nationale held, tot symbool van de vrijheidsstrijd in Kroatië.

Drie jaar eerder is Boban met Joegoslavië wereldkampioen geworden op het WK tot 21 jaar en gekozen tot de beste speler van het toernooi. Boban, geboren en opgegroeid in het nationalistische zuiden van Kroatië, is geïnspireerd geraakt door het sterk oplaaiende streven naar onafhankelijkheid.

TEGEN RODE STER

De vijandigheid bereikt een nieuw hoogtepunt als Rode Ster Belgrado, de favoriete club van het regiem, in mei 1990 op bezoek gaat bij Dinamo Zagreb. Fans uit Belgrado reizen massaal mee, veel omvangrijker dan gewoonlijk. Ze worden aangevoerd door gangsterbaas Zeljko Raznatovic, beter bekend als Arkan. Later, als de oorlog uitbreekt, zal Arkan onder de gewelddadigste fans  van Rode Ster leden voor het beruchte Servische Vrijwilligerskorps rekruteren.

Zagreb is Servië’ en ‘Dood aan Tudman’ (de politieke leider van Kroatië), schreeuwt de harde kern van Rode Ster op de mars naar het Maksimir-stadion, onderweg zoveel mogelijk slopend. Auto’s worden in brand gestoken, trams uit de rails gerukt. In het stadion escaleert de situatie al ruim voor de aftrap. Er breken vechtpartijen uit, drieduizend stoeltjes worden vernield. Liefst 780 politieagenten zijn ingezet, maar ze kunnen de chaos niet bezweren.

In dat tumult vallen 138 gewonden, onder wie 79 politieagenten. Daarbij doet ook Zvonimir Boban van zich spreken. Geschokt raakt de aanvoerder van Dinamo als hij ziet hoe de agenten voornamelijk inhakken op de militante aanhangers van Dinamo Zagreb. Hij spreekt de agenten daarop aan, maar ziet zich geconfronteerd met drie politieknuppels. Dan vliegt plotseling zijn been door de lucht, zijn knie treft een agent op de kin. Opmerkelijk genoeg ontkomt Boban zonder zelfs iets op te lopen. Zelfs strafrechtelijke maatregelen zullen hem bespaard blijven.

TEGEN ORANJE

Drie weken later spreek ik Zvonimir Boban op het secretariaat van de club. Het is twee dagen voor de laatste voorbereidingsinterland van het Nederlands elftal in de aanloop naar het WK van 1990 in Italië. De wedstrijd stond gepland in Zagreb. Pogingen van de Joegoslavische voetbalbond om de wedstrijd te verplaatsen naar Belgrado, zijn door de KNVB afgewezen. Dat komt de Nederlandse voetbalbond ongelegen vanwege hotelboekingen en soortgelijk ongerief.

Boban, vaste keus voor de nationale ploeg, mag niet meespelen. Hij is op last van de Joegoslavische voetbalbond buiten de selectie gelaten, uit voorzorg, als sanctie naast een schorsing van negen maanden voor zijn club. Onder het borstbeeld van de voormalige Joegoslavische president Josip Tito, ook een Kroaat, krijg ik Boban te spreken. Hij is dan net terug van een bezoek aan de nationale selectie. ,,De verhouding met de andere spelers is gewoon super. De bondscoach (Ivica Osim) heeft mij gezegd dat hij geen andere kant op kon dan mij niét te selecteren. Het moest van de bond waar Servië de meeste invloed heeft”, vertelt Boban.

POLITIE

Hij doet dan nog eens zijn verhaal van de gebeurtenissen op 13 mei. ,,De politie, vrijwel allemaal Serviërs, had het voornamelijk gemunt op supporters van Dynamo. Die van Rode Ster werden met rust gelaten. Dat gebeurde zo’n twintig minuten voor de wedstrijd moest beginnen. Ik heb alleen maar geprobeerd de gemoederen te bedaren. Ik vond dat mijn verantwoordelijkheid als aanvoerder. Maar de politie keerde zich ook onmiddellijk tegen mij.”

Aan de geraakte agent, een Bosnische moslim blijkt later, zal hij kort daarna persoonlijk zijn excuses aanbieden. Op zondag 3 juni ziet Boban vanaf de tribune hoe vijandig het Kroatische publiek zich tegen het nationale elftal keert. Met name sterspeler Dragan Stojkovic moet het ontgelden. Hij heeft het vuurtje opgestookt door in Servische bladen uit te roepen dat Boban slechts op één plaats thuis hoort: in de gevangenis.

AANMOEDIGINGEN

Vooraf applaudisseert het publiek uitdagend voor het Wilhelmus en keert het de rug naar de Joegoslavische vlag, zodra de Joegoslavische hymne wordt ingezet. Pas na de laatste toon van dat volkslied, draaien de toeschouwers zich om. Op de Nederlandse tv-zender RTL spreekt commentator Hans Kraay senior tijdens de wedstrijd zijn verbazing uit over de enthousiaste aanmoedigingen voor Oranje in Zagreb. ,,Het Nederlands elftal is hier bijzonder populair”, concludeert Kraay na de 2-0 zege voor het team met Gullit en Van Basten. Het zal de laatste zege blijven voor Oranje in het seizoen 1989-1990, zó pover zijn de prestaties die volgen tijdens het WK.

De toeschouwers in Zagreb, waar de capaciteit uit veiligheidsoverwegingen is teruggebracht van 50.000 naar 20.000, hebben na afloop geen oog meer voor Oranje. Ze leven zich uit op Ivica Osim, de Bosnisch-Kroatische bondscoach met een typisch Kroatische voornaam en even katholiek als zoveel Kroaten. Osim reageert zich af met opgestoken middelvinger naar de tribunes. Woedend is hij, beledigd door het volk dat zijn sympathie heeft.

LAPPENDEKEN

Het nationale elftal van Joegoslavië zal nooit meer in Kroatië spelen. Op 17 oktober 1990 al speelt  Kroatië onder eigen vlag een ‘interland’ tegen de Verenigde Staten. Joegoslavië mag nog even voort. Twee jaar later scheurt de lappendeken na een bloedige strijd uiteen. Inmiddels hebben Kroatië, Servië, Bosnië en Herzegovina, Macedonië, Montenegro en Kosovo elk een eigen nationaal team. 

In maart 1992 al blijkt Joegoslavië zijn laatste interland te hebben gespeeld, toevallig in Nederland. Joegoslavië heeft zich dan al geplaatst voor het EK in Zweden. Zover mag het uiteindelijk niet meer komen, tot vreugde van Denemarken, de invaller die Europees kampioen zal worden

Twitter: @hmees

 

Share.

About Author

Henk Mees (1948) was 25 jaar actief in de sportverslaggeving voor het Brabants Dagblad met als standplaats 's-Hertogenbosch. In die periode was hij twintig jaar lang vaste verslaggever van Oranje voor regionale krantencombinaties en deed hij ook verslag van Europa Cup-wedstrijden van Ajax, Feyenoord, PSV en AZ. Ook was Henk Mees actief op de EK's en WK-toernooien in de periode 1984-2000. Daarnaast versloeg hij twee keer de Tour de France (1980 en 1981), andere grote wielerwedstrijden en de Olympische Spelen van 2000 in Sydney, waarna hij verder ging in andere functies bij het Brabants Dagblad. Henk Mees schreef of werkte mee aan diverse voetbalboeken, onder meer over de geschiedenis van het Nederlands elftal en diverse Nederlandse clubs.